De onderzoeksrechter moet een nieuwe poging doen de vader van de ontvoerde peuter Insiya als getuige te horen. De rechtbank in Amsterdam oordeelde dat dit rechtshulpverzoek binnen een maand moet worden gedaan.
Daarmee ging de rechtbank mee in het verzoek van advocaat Nancy Dekens die hierom vroeg tijdens een voorbereidende zitting. Ze vindt dat er in de zaak te weinig gebeurt om de drie verdachten in het buitenland, onder wie de vader, te horen. Volgens haar zit de onderzoeksrechter tot nu toe stil en heeft hij nog geen rechtshulpverzoek ingediend om de mannen te ondervragen. Dit vertraagt het proces, aangezien het er niet naar uitziet dat zij op korte termijn worden uitgeleverd aan Nederland.
Volgens Dekens, die een van de vijf verdachten in Nederland bijstaat, kan dit verhoor bijvoorbeeld via een videoverbinding plaatsvinden. De rechtbank wil verder dat de advocaat van H. wordt gevraagd of zijn cliënt bereid is antwoord te geven als getuige. De vader zit momenteel met zijn dochter in India en wordt ervan verdacht dat hij de opdracht heeft gegeven voor de ontvoering. De autoriteiten in het land wezen een uitleveringsverzoek eerder af. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een heroverweging gevraagd, maar krijgt daar tot nu toe geen reactie op.
Behalve H. bevindt zich inmiddels ook nog een andere verdachte in India. Hij zat eerder vast in Irak, maar is onlangs vrijgelaten. In de Verenigde Staten wacht ook nog een verdachte op zijn uitlevering. Dat liep tot nu toe mis. Het Openbaar Ministerie (OM) verwacht dat hij er in maart kan zijn. De officier van justitie houdt er rekening mee dat de twee in India afzonderlijk bij verstek worden berecht. Volgens Dekens zijn de zaken met elkaar verweven en moeten ze door dezelfde rechters worden berecht.
De rechtbank schorste vrijdag de voorlopige hechtenis van de Amerikaan Robert B., de enige verdachte die nog vast zat in Nederland. Dit omdat er op dit moment nog geen zicht is op een inhoudelijke behandeling van de zaak. Die stond aanvankelijk gepland in juni, maar dat is niet haalbaar. Daardoor wordt de redelijke termijn volgens de rechtbank overschreden.