Direct naar artikelinhoud
ReportageEten

De steile opmars van het tussendoortje: hoe ongezond zijn al die snacks?

Telkens die kleine hongertjes stillen.Beeld Van Santen & Bolleurs

Bericht van uw broeksriem, de papiertjes onder uw passagierszetel en studies over consumptiegedrag: we snacken te veel. Steeds meer mensen wisselen een ­volwaardige maaltijd in voor meerdere kleine tussendoortjes. Maar is dat ­constante kauwen wel goed voor ons?

Terwijl ik dit tik, blijft mijn ringvinger soms hardnekkig kleven aan de L-toets, die af en toe ook hapert. Toch kan ik mijn ‘aptop’ onmogelijk binnenbrengen voor herstel. Ik weet immers zelf wel wat het probleem is. Honing. Misschien een scheutje latte. Wat verdwaald watermeloensap. Of een beetje gesmolten kaas.

Laat uw wenkbrauwen maar netjes omlaag, ik wéét dat u het ook doet. Achter uw laptop eten. Of tenminste aan uw bureau. Dat u op de trein onderweg naar uw werk een mueslireep van zijn wikkel ontdoet. Of in de file op de E40 met een warm worstenbroodje op schoot zit. Onderweg naar een afspraak snel-snel een smoothie slurpt. Of tijdens het swipen op Tinder een handjevol amandelen wegwerkt, “want Obama deed dat naar het schijnt ook”. Die amandelen, niet Tinder.

Of u nu zweert bij proteïnerepen, een stuk fruit, drinkyoghurt, beef jerky of een gesuikerde granenreep: we proppen massaal, gedachteloos en on-the-go etenswaren naar binnen als waren we zo’n elektronische Dumbo aan de ingang van een tuincentrum die men muntjes moet blijven voederen zodat de kleuter op onze rug uit zijn tirade geschud wordt.

Deel van de koek

Volgens Euromonitor is the snackification of meal­time een van dé voedseltrends van 2019. Het internationale marktstudiebureau zegt dat ons snackgedrag wereldwijd onze vaste voedingsgewoonten beïnvloedt. Vooral mensen jonger dan 50 zouden traditionele maaltijden vervangen door kleinere snacks in de loop van de dag.

Het ontbijt en de lunch lijden hier het meeste onder. Waar we vroeger bijvoorbeeld om zeven uur aan de keukentafel thuis enkele boterhammen aten, om tien uur misschien nog een mandarijntje op kantoor, vervolgens om twaalf uur soep of een salade in de kantine verorberden, om vier uur nog een koekje namen om dan de dag af te sluiten met de warme maaltijd in de eetkamer, eten we nu op veel meer verschillende, haast willekeurige momenten. Enkel het diner blijft veelal overeind omdat we dit meestal in sociale context nuttigen – met ons gezin of met vrienden.

Zijn we goed bezig, of lijkt het alleen maar zo?Beeld Arne Depuydt

“Dat is niet zo ongewoon”, zegt consumptiesocio­loog Hans Dagevos (Wageningen Universiteit), die de opmars linkt aan onze drukke levensstijl en onze toegenomen drang naar multitasken. “Convenience food kent al zo lang een stijging dat we echt niet meer van een trend, maar van een vaststaand gegeven in ons consumptiegedrag moeten spreken.” Volgens Dagevos is het aanbod van handige on-the-go-maaltijd de afgelopen tien jaar ontploft. “We kunnen nergens meer komen zonder dat er ons voedsel wordt aangeboden. En het aanbod creëert dan natuurlijk ook de vraag.”

De voedingssector heeft onze honger naar het stillen van de kleine honger geroken. Euromonitor meldt dat de ‘snack’-categorie binnen de verpakte voedingswaren ondertussen al een vierde van het wereldwijde marktaandeel inneemt. De afgelopen tien jaar is er zo’n 16 miljard dollar aan investeringen richting de snack verschoven. En dat zal de komende jaren alleen maar toenemen, zegt het marktonderzoeksbureau IRI, dat voorspelt dat maaltijdrepen en ‘single serve’-porties de komende jaren de voedselmarkt zullen domineren. Het is dan ook niet verwonderlijk dat voedselgiganten een deel van die koek willen.

De afgelopen twee jaar hebben Kellogg, Mars en Hershey kleinere bedrijven opgekocht die gespecialiseerd zijn in het produceren van snacks. Campbell’s heeft eind 2017 bijna 5 miljard dollar neergeteld voor Snyder’s-Lance, op dat moment de tweede grootste snackfabrikant van de Verenigde Staten met onder meer Kettle Chips onder zijn paraplu. Campbell’s heeft ook het eigen aanbod aangepast aan de toenemende vraag naar on-the-go-producten, door soepen te verpakken in kleine containers waar je makkelijk van kunt slurpen terwijl je naar een Excelsheet staart.

Grootmoeders recept

‘Snèk’, voor onze noorderburen of Jan Becaus, ‘tussendoortje’ voor de rest van de nieuwslezers: het woord doet er minder toe dan de invulling ervan. Die heeft de voorbije jaren immers een grote verandering doorgemaakt. Waar men bij snacks of tussendoortjes destijds vooral dacht aan chips, een appel of van die kleine koalakoekjes gevuld met chocolade, is de invulling nu veel breder en gevarieerder geworden. Gezonder vooral. Volgens onderzoek van SNAC International verwacht 58 procent van de consumenten dat ze voldoende belangrijke nutriënten uit hun snacks halen, zoals proteïnen, vitamines en mineralen.

SNACKS & CO

Nākd (135 kcal) • 15 gram koolhydraten • 2,3 gram vezels, evenveel als in drie bruine boterhammen • geen toegevoegde suikers, kleur- of smaakstoffen • vezelrijk • geschikt als tussendoortje

Barebells (203 kcal) • gezoet met kunstmatige zoetstoffen • 15 gram koolhydraten • <2 gram suiker per reep • vezelrijk en eiwitrijk • 20 gram eiwit, evenveel als drie kippeneieren

Eat Natural (238 kcal) • gezoet met suiker én glucose-siroop én rijstsuiker én honing • bevat 25 gram koolhydraten en maar liefst 16 g suiker • vezelrijk en energierijk • veel ongezonde vetten • meer verzadigd vet dan in spek • 25 g koolhydraten, evenveel als twee boterhammen

Balisto (93 kcal) • mueslireep • bevat evenveel suiker als twee suikerklontjes • bevat weinig vezels, dus niet ideaal voor de gezondheid

Special K (85 kcal) • betere keuze als tussendoortje dan Mars of Balisto • bevat minder suiker dan die twee • er zitten wel weinig vezels in, dus nog altijd niet ideaal als haastige hap

Mars (230 kcal) • bevat zowel veel suiker - 8 klontjes! - als veel vet • brengt dus enorm veel kilocalorieën aan • door de suiker krijg je een piek in je suikerspiegel, maar ook weer snel een dieptepunt • na het eten van een Mars krijg je daarom meteen opnieuw honger

“Het is een logisch gevolg”, zegt Dagevos. “We zijn veel meer bezig met wat er op ons bord komt, dieetgoeroes schrijven bestsellers en we liggen wakker van vetten of suikers of koolhydraten – wat de boosdoener van het moment ook mag wezen. Dat trekken we door naar alles wat we eten, dus ook naar onze snacks en fastfood. We willen verse of ambachtelijke producten, dus hamburgers zijn niet meer een slap broodje met een schijf dubieus vlees ertussen en granenrepen worden gemaakt volgens grootmoeders recept.”

Wanneer ik aan de kassa van het tankstation of de krantenwinkel sta, struikel ik haast over de gigantische stapels repen met noten en gedroogd fruit die schreeuwen dat ze “geen toegevoegde suikers” bevatten. Na het sporten gris ik een Barebells-proteïnereep mee, de enige maaltijd waarbij ik witte chocolade niet hoef te eten op een bedje van schuldgevoelens. En in de supermarkt staar ik verlekkerd naar de groentechips, de popcorn met verlaagd vetgehalte, de granolabars van biologische oorsprong en de handige porties granaatappelpitjes, voorgesneden mango en wortelstaafjes met hummus. Eén keer heb ik me zelfs eens laten verleiden door zo’n schabouwelijke verpakking gepelde, hardgekookte eieren. Niemand is foutloos. En ik had een hongertje.

Een reep die claimt tjokvol dadels en pecannoten te zitten, lijkt een vooruitgang op de typische Marsreep uit de bedrijfsautomaat, maar het is niet per se een positieve evolutie, zegt Loes Neven van het Vlaams Instituut Gezond Leven. “Heel wat snacks zijn nog altijd bewerkte producten, zelfs al zijn ze met een groot deel goede ingrediënten gemaakt. Wanneer we bovendien snacks boven een zelfbereide maaltijd verkiezen, gaat de kwaliteit van wat we eten erop achteruit.”

Jennifer Aniston

Zo fantastisch zijn ze dus niet, die kleine verpakkingen die kleurrijke gezondheidsclaims dragen. Bovendien is het duurder om telkens aparte minimaaltijden te kopen dan om in bulk boodschappen te doen. Om nog maar te zwijgen van de hoeveelheid verpakkingsafval. En is snacken tout court trouwens wel zo gezond? Er zijn heel wat mensen die aan de klassieke drie maaltijden verzaken voor zes kleinere maaltijden of tussendoortjes per dag. Omdat Jennifer Anniston haar slanke lichaam op die manier behoudt. Omdat er wordt gezegd dat ‘je oventje zo blijft branden’ en je je metabolisme verhoogt.

Zes tussendoortje in plaats van een maaltijd: zo behoudt Jennifer Aniston naar verluidt haar slanke lijf.Beeld Photo News

Echt sluitend wetenschappelijk bewijs is daar echter niet voor. Zowat alle studies die het effect van maaltijdfrequentie op onze calorieverbranding onderzoeken, komen met neutrale resultaten terug. Hoofddiëtist van het UZ Antwerpen Michaël Sels gelooft ook niet in die theorie: “Op zich maken gezonde tussendoortjes deel uit van een gebalanceerd voedingspatroon, maar dan vooral omdat ze er – hopelijk – voor zorgen dat we tijdens onze hoofdmaaltijden niet meer calorieën opnemen dan nodig. Het is bekend dat het verzadigingsgevoel pas later optreedt, waardoor we ons sneller overeten wanneer we aan tafel gaan met grote honger en snel eten naar binnen werken. Een snack tussendoor kan dat hongergevoel wat temperen.”

Volgens Sels is het wel belangrijk dat we deze snacks goed uitkiezen: fruityoghurtjes of snoep­repen die onze bloedsuiker de hoogte in jagen kunnen juist het tegenovergestelde effect hebben en ons meer doen eten. “Kies voor tussendoortjes met verse ingrediënten en voldoende vezels die zorgen voor een verzadigd gevoel.”

De arts wijst erop dat snacken te vaak onbewust gebeurt. We hoeven niet te stoppen met werken, tv-kijken, chatten of onderweg te zijn, heerlijk toch? Maar daarin schuilt volgens Sels dus juist het gevaar. “Wanneer je niet bezig bent met je eten, weet je niet wat je eet. Soms krijgen we mensen met overgewicht binnen in het ziekenhuis die er ten stelligste van overtuigd zijn dat ze gezond eten. ‘Ik eet bijna niets’, zeggen ze ook. Tot we hen een voedingsdagboek laten bijhouden en ze alles moeten noteren wat ze op een dag verorberen. Dat is vaak heel confronterend. Je doet er goed aan om bewust om te gaan met wat en hoeveel je eet. Je maaltijden én je tussendoortjes zelf bereiden speelt daar een belangrijke rol in.”

Iemand een reep?Beeld Van Santen &amp; Bolleurs

Loes Neven vult aan: “Onderzoek heeft bovendien uitgewezen dat wie met regelmaat eet – op vaste tijdstippen – meestal ook gezondere keuzes maakt en een beter gewicht heeft.” Het expertisecentrum voor gezondheidsbevordering en ziektepreventie vroeg bij de voorstelling van de nieuwe voedingsdriehoek dan ook niet enkel aandacht voor wat we eten, maar ook hoe, wanneer én met wie we eten. “We moeten, kortom, meer aandacht en tijd besteden aan onze maaltijden”, zegt Neven. “Tijd om ze te bereiden en tijd om er bewust van te genieten.”

Mozzarella uit het vuistje

De horror. Het niet hoeven bezig zijn met (wat ik ga) eten is voor mij de hoofdreden waarom ik maaltijdrepen, cashewnoten en olijven achter mijn huig blijf duwen. Time is nu niet zozeer money in mijn wereld, maar time is wel meer optredens, meer boeken, meer pintjes met mijn vrienden, meer doelloos naar mijn smartphone staren. Koken vind ik tijdverlies.

Soms neem ik mezelf voor dat ik ga Het Ga Doen, begeef ik me naar de supermarkt en eet ik onderweg naar huis een hele emmer kerstomaatjes leeg zodat ik voor de rest van de avond niets meer nodig heb en mijn boodschappen onaangeroerd in de koelkast belanden. De kans is bovendien groot dat die boodschappen nooit een volwaardige maaltijd worden. Ik eet mozzarella uit het vuistje en mijn linzen rechtstreeks uit blik. Ik combineer een bad met een komkommer (néén) en Netflix met rijstwafels. Mijn eettafel wordt enkel gebruikt voor ongeopende post, haastig neergegooide jeansvestjes en Risk.

Charlotte De Backer moet even slikken wanneer ik haar mijn food facts voorschotel. De hoofddocent communicatiewetenschappen aan de Universiteit Antwerpen is gespecialiseerd in de sociale rol van voeding en doet onderzoek naar de impact van media op ons eetgedrag. Ze is een groot voorstander van de zelfbereide, met anderen gedeelde maaltijd, en absoluut geen fan van de haastige hap. “Vooral omdat het zulke snelle, eenzame, zielloze maaltijden zijn. Onderzoek heeft al meermaals aangetoond dat wie regelmatig samen met anderen eet, zich gelukkiger en meer verbonden voelt. Het is ook essentieel in de opvoeding van je kinderen. Studies bewijzen zelfs dat gezamenlijke maaltijden de hechting meer bevorderen dan bijvoorbeeld samen een spelletje spelen of voorlezen voor het slapen gaan. Er is iets met die gedeelde maaltijden wat hen onvervangbaar maakt”, zegt De Backer.

Prima, maar wat dan met alleenstaanden? Sommige sociologen schrijven dat de toename van snackification samenhangt met de toename van de eenpersoonsgezinnen. Voor mezelf een visje bakken vind ik om de een of andere reden nogal sneu, en wanneer ik alleen op restaurant ga, hoor ik steevast de kleinste viool ter wereld in mijn oor spelen.

“Wanneer we alleen eten, voelen wij westerlingen ons nog altijd ongemakkelijk, waardoor we naar onze smartphone of televisie staren en niet meer bewust eten”, weet De Backer, die voorstelt om samen met huisgenoten of vrienden te koken. “Want het is noodzakelijk om je bewust te zijn van je maaltijden, omdat eten op zoveel manieren belangrijk voor je is. Dat vind ik misschien nog het meest laakbare aan die hele snackification-trend. Het bouwt voort op het idee dat voeding enkel dient als brandstof voor je lichaam, iets wat we nodig hebben om te kunnen blijven gaan, terwijl eten juist een essentiële culturele rol vervult.”

Diervriendelijke macaroni

Want het afnemen van de klassieke doordeweekse maaltijd op vaste tijdstippen wijst niet op het afnemen van het belang van voeding, integendeel. Los van de sociale en fysieke voordelen van een (gezonde) maaltijd maakt wat we eten ook een onderdeel uit van wie we zijn en wat we naar de wereld willen projecteren. We houden niet voor niets nog steeds onze gsm boven een indrukwekkend bord.

“Ik ben er niet van overtuigd dat snacks echt de maaltijden aan het verjagen zijn: volgens mij hebben we nu gewoon extra maaltijdmomenten ge­creëerd, omdat we meer kansen zien om te eten”, zegt Dagevos. “Bij veel – jonge – mensen gelden de uitersten. Door de week grabbelen ze snel een snack mee, maar tijdens het weekend mag er uitgepakt worden met eten. Dan is het weer een ­dingetje. We gaan naar hippe eetplekken of we toveren Ottolenghi op tafel”, zegt de consumptiesocioloog.

Wanneer ik, mozzarella in de hand, door mijn Instagramstory’s swipe, puilen die inderdaad uit van vrienden die eerst cashewnoten een nacht in water laten weken om zo diervriendelijke macaroni met kaassaus te maken of vrienden die hashtag friyay-gewijs het nieuwste restaurant van Nick Bril testen. Zuur.

“Waarom snij je geen tomaat bij die mozzarella van je, en leg je er niet wat rucolasalade bij?”, stelt De Backer me voor. “Dan heb je tenminste voor jezelf gekookt.” Wacht even. Is dát al koken?. “De wetenschappelijke definitie van koken is drie verse ingrediënten verwerken tot een maaltijd. Mensen worden afgeschrikt door het woord koken. Terwijl je in minder dan een half uur een simpel gerecht op tafel kunt zetten. Een omelet met groenten duurt zelfs minder lang.” Volgens de wetenschapster moeten we afstappen van het idee dat je iets enkel koken mag noemen als het spectaculair veel tijd en moeite in beslag neemt.

Drie ingrediënten, mijmer ik, terwijl ik bakboter uit de koelkast haal. Vanavond ga ik voor mezelf koken, zo blijkt. Op het menu? Een croque-monsieur. Uit het vuistje.

Met dank aan voedingsexperts Anneleen Plettinx en Michaël Sels.