Familiedetective Leijs: 'Laat donorkinderen zelf DNA-test regelen'
Bussum
Dat zegt Els Leijs, die als familydetective donorkinderen steunt bij de zoektocht naar hun biologische vader en halfbroers en -zussen. Ze reageert op een voorstel van ChristenUnie- Kamerlid Carla Dik-Faber om de DNA-test van de FIOM-databank te vergoeden. Het gaat daarbij om zo’n 40.000 kinderen die vóór 2004 zijn verwekt. In dat jaar is het anoniem doneren verboden. Momenteel staan ongeveer vijfhonderd donoren gratis geregistreerd bij FIOM terwijl hun kinderen daarvoor 250 euro moeten betalen. FIOM is een organisatie die hulp geeft bij ongewenste zwangerschap en afstammingsvragen.
Volgens Leijs werken de vier of vijf grote Amerikaanse DNA-databanken met andere, meer geavanceerde methoden. ‘Bij de FIOM-test wordt maar een beperkt aantal ‘markers’ vergeleken. Daarbij is materiaal nodig van zowel de vader als het kind. De grote databanken brengen alle chromosomen in kaart en vergelijken dan delen daarvan die erg op elkaar lijken. Door deze techniek kun je verwantschap aantonen van mensen die qua generaties ver van elkaar verwijderd zijn.’
emigrant
Leijs noemt als voorbeeld een broer van je betovergrootvader, die naar Amerika is geëmigreerd. ‘Als jij je DNA gaat vergelijken met een achterkleindochter van die emigrant, zul je een match vinden.’ Leys adviseert daarom haar klanten DNA aan alle vijf grote commerciële databanken af te staan. ‘De grootste heeft ruim tien miljoen profielen.’ Met behulp van de matches en eventueel aanvullende openbare informatie – zoals doop- en huwelijksregisters – is zo een stamboom te maken, waarbij uiteindelijk de vader ‘voor honderd procent zeker’ gevonden kan worden.
Door hun schaalgrootte kunnen de commerciële bedrijven hun testen goedkoper aanbieden. ‘Vaak voor ongeveer 60 euro, maar er is één die rond Kerst een actie heeft waarbij je het al voor ongeveer 35 euro kunt laten doen’, zegt Leijs. ‘Voor 250 euro kun je je al door alle vijf laten testen.’
Overigens werken ook steeds meer donoren mee aan deze databanken. ‘De tijden zijn veranderd. Vroeger werd er minder beseft wat anonimiteit voor het kind later kan betekenen. Nu is daar veel meer oog voor en willen donoren ook vaker contact met hun kinderen.’ <