Direct naar artikelinhoud
Opinie

En dan nu een echt verhaal over 'illegalen': mensen zoals u en ik

Het Centrum voor Illegalen in Merksplas.Beeld BELGA

Sven Peeters is leerkracht NT2 (Encora) en auteur. Hij schrijft momenteel een roman over illegalen in Antwerpen.

De naderende verkiezingen vormen een glijmiddel voor hapklare oplossingen, geformuleerd in simpele bewoordingen en containerbegrippen. Over transitmigranten, sans-papiers en asielzoekers wordt namelijk alleen nog in verzamelwoorden gesproken. Alleen als ze agressief zijn of sterven onder een auto krijgen ze een vaag gezicht. 

Omdat politici blijven praten over anonieme migrantenstromen hoort het publiek de individuele verhalen niet en wordt het draagvlak voor drastische en buitenproportionele oplossingen groter. Sluit de snelwegparkings langs de E40. Plaats een hek rond het Maximiliaanpark. Sluit de illegalen op.

Eind mei kan T. bij een identiteitscontrole geen geldige papieren voorleggen en sturen ze hem naar Merksplas. Daar heerst een gevangenisregime

Dat laatste idee, onlangs geformuleerd door N-VA-fractieleider Peter De Roover, is niet alleen praktisch onhaalbaar en populistisch, het is vooral moreel verwerpelijk. Daarom wil ik graag deze mensen een gezicht geven.

Merksplas

Onlangs bezocht ik het Centrum voor Illegalen in Merksplas, waaruit staatssecretaris Theo Francken (N-VA) vorige week illegalen liet vertrekken om plaats te maken voor transitmigranten. Ik bezocht er een Afrikaanse vriend T., die al twee jaar zonder papieren in Antwerpen woont. T. ontvluchtte jaren geleden zijn land, waar het te gevaarlijk werd wegens zijn al te luide kritiek op lokale corruptiepraktijken. Met een diploma toerisme ging hij werken in São Paulo. Toen het daar economisch slechter ging, kwam hij naar Europa. In Duitsland vroeg hij asiel aan. Een antwoord liet op zich wachten. In Antwerpen kende hij iemand en dus kwam hij hier zijn geluk beproeven. 

Ondertussen woont T. al twee jaar in Antwerpen, tot zijn voldoening. Maar hij zit in een limbo. Hoe kan hij gelegaliseerd raken? Eind mei kan hij bij een identiteitscontrole geen geldige papieren voorleggen en sturen ze hem naar Merksplas. Daar heerst een gevangenisregime, stelde ik vast. Overal loert het cipiersoog. Gedrukt papier komt er niet binnen, al zeker niet in het Nederlands. De geïnterneerden worden er als misdadigers behandeld. Een crimineel is T. duidelijk niet. Hij is nooit veroordeeld; hij is enkel volgens de wet strafbaar omdat hij geen geldige papieren heeft.

De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) vraagt, conform het Dublin-akkoord, Duitsland tweemaal of ze T. kunnen terugnemen. Duitsland weigert telkens. T. mag het gesloten centrum verlaten en heeft ondertussen zelf hier een asielprocedure opgestart.

Een Tunesiër en een jonge Afghaan

In Merksplas zitten illegalen met een strafblad, juist. Een Tunesiër bijvoorbeeld pleegde een drugsfeit. Hij is getrouwd met een Belgische vrouw, maar zijn papieren waren nog niet in orde. Hij zat zijn straf uit. België wil hem echter repatriëren. De Tunesische ambassade weigert zijn uitreispapieren want “hij heeft zijn straf toch gehad?”. 

De meesten hebben echter helemaal niets strafbaars gedaan. Een Afrikaan heeft een Belgische vrouw en kinderen. Er loopt een samenlevingsprocedure. Tot op een nacht een buurman de politie belt na nachtlawaai. De Afrikaan wordt meegenomen en opgesloten. Zijn procedure wordt opgeschort en DVZ wil hem uitwijzen naar Italië, waar hij eertijds asiel aanvroeg. Italië weigert. De wanhopige moeder vertelt ondertussen aan haar kinderen dat papa op voetbalstage is. 

De Afghaan slikt kalmeringspillen nu hij beseft dat hij terug moet naar 'het land van de dood'

Een jonge Afghaan kwam naar België als niet-begeleide minderjarige vluchteling. Tegenwoordig krijgen velen onder hen, zodra ze 18 zijn (en volkomen geïntegreerd), een bevel het land te verlaten. De jongeman vroeg tot driemaal toe asiel aan. Bij de derde keer werd hij opgepakt en opgesloten. Enkele jaren geleden had zijn moeder hem naar Europa gestuurd, nadat zijn broer was omgekomen bij een bomaanslag in Kaboel. De Afghaan slikt kalmeringspillen nu hij beseft dat hij terug moet naar “het land van de dood”.

Er wonen niet weinig mensen zonder papieren in onze steden. Volgens sommigen zijn het er meer dan 200.000. Het zijn onze onzichtbare medeburgers. Sommigen zijn hier al jarenlang. De meesten onder hen maken er het beste van en bijna allemaal zoeken ze naar een oplossing, naar een legale deelname aan onze maatschappij.

Een gok

Hoe kwamen ze in die illegaliteit terecht? Die verhalen zijn vaak even tragisch als menselijk.

Zo zijn er de noeste arbeiders uit Brazilië, die na het verlopen van hun toeristenvisum hier blijven werken om de familie in het thuisland te ondersteunen, in afwachting van hun partner die onderweg is of tot ze hier trouwen met een Belg(ische). Soms is het een gok: een Zuid-Amerikaanse vrouw wacht hier in de illegaliteit tot haar man de Italiaanse nationaliteit heeft geërfd – een lange, dure procedure betaald met het geld dat ze hier verdient – om zo legaal te kunnen verblijven in ons land. Dat is een persoonlijke keuze.

Soms gok je fout, zoals in het geval van de Congolese vrouw J., die wilde trouwen met een Belg. Ze liet daar alles achter voor een nieuw leven hier. Het huwelijk ging niet door. Zo verdween ze in de illegaliteit want terug naar huis gaat niet. Sommigen blijven hier onder de radar omdat het gewoon kan: in onze steden kunnen de meeste nationaliteiten meteen opgaan in de eigen gemeenschap, met hun winkels, café-vzw’s en gebedshuizen. Al wat je nodig hebt bij aankomst zijn een paar telefoonnummers en WhatsApp.

Het zijn mensen met plannen en dromen, zoals u en ik. Plannen die om uiteenlopende redenen in hun thuisland niet uitvoerbaar zijn. Ze kwamen naar hier met moed en ambitie. Sommigen onder hen kunnen nu nergens anders meer heen. Ze hadden pech. Ze schamen zich tegenover hun familie die achterbleef, aan wie ze financiële hulp hebben beloofd. Ze schamen zich tegenover zichzelf omdat ze het hebben geprobeerd maar zijn mislukt. Als wij pech hebben, hebben we opvangnetwerken ter beschikking, mutualiteiten, sociale diensten en dergelijke. Zij niet, want officieel bestaan ze niet.

Hun kinderen gaan hier legaal naar school, maar voor de illegale ouders is het elke dag bang opletten. Gaan we die nu allemaal oppakken?

Anderen hielden vol. Ik ken een Nepalees die jaren illegaal was. Hij werkt nu als intercultureel bemiddelaar én ervaringsdeskundige. Een Afghaan is na lange tijd in de clandestiniteit VRT-medewerker geworden. Vele mensen zonder papieren zijn veerkrachtig en hoopvol, zoals de Marokkaanse alleenstaande moeder S.. Ze heeft een kind op te voeden dus stilstaan kan niet. Integendeel, ze mag dan wel niet officieel kunnen werken, ze doet graag vrijwilligerswerk bij… een overheidsdienst.

Twitter-simplisme

Laten we niet hypocriet zijn: mensen zonder papieren leven dichter bij ons dan we denken. Vele papierloze mannen bouwen onze huizen terwijl hun vrouwen ze poetsen. Velen onder hen zijn ondertussen warm omgeven, sloten vriendschappen met Belgen en zijn geïntegreerd in de lokale gemeenschap. Velen onder hen spreken Nederlands, de ene vlotter dan de andere. Hun kinderen gaan hier volkomen legaal naar school, maar voor de illegale ouders is het elke dag bang opletten onderweg naar en van de schoolpoort. Gaan we die nu allemaal oppakken?

Momenteel wordt het migratiethema beheerst door verkiezingspaniek, Facebook-hysterie en Twitter-simplisme. Soms lijkt het wel of Venezuela ons buurland is.

Beste beleidslieden, teken eindelijk eens een standvastig én menselijk migratieplan uit. Doe dat op Europees niveau. En houd, zoals enkele jaren geleden, een amnestiecampagne waarbij jullie eindelijk eens echt gaan luisteren, individu per individu, naar de verhalen van zij die veel willen maar weinig mogen. Mensen zoals u en ik. Praat met ze, niet over ze.

Het opvangcentrum voor mensen zonder geldige verblijfspapieren, met daarachter de gevangenis van Merksem.Beeld BELGAIMAGE