Direct naar artikelinhoud
boekrecensie

Leopold III, de vorst die ons land in tweeën splijt

geschiedenis. De desastreuze erfenis van Leopold III zindert vandaag nog na
Beeld rv

In Tegen de stroom in probeert historicus en royaltywatcher Mark Van den Wijngaert een definitief oordeel te vellen over Leopold III, de vierde koning van België wiens optreden tijdens de Tweede Wereldoorlog nog altijd nagalmt.

Vierendertig jaar na de dood van Leopold III (1901-1983) splijt de opinie van de Belgen over hun vierde koning het land nog altijd in tweeën. Vele Vlamingen vinden dat hem onrecht is aangedaan, vele Walen en Brusselaars spreken met verachting over hem.

De oorzaak van de tweespalt? De koningskwestie. Die was ontstaan nadat nazi-Duitsland op 10 mei 1940 België was binnengevallen. Terwijl de regering van plan was de strijd in het buitenland voort te zetten, besloot de koning na een tumultueuze confrontatie met ministers van de regering-Pierlot op het kasteel van Wijnendale bij Brugge zijn post niet te verlaten. Zijn motivering? Hij wilde 'officieel bij zijn leger en bij zijn volk blijven'. Vervolgens tekende hij op 28 mei de overgave van het Belgische leger. Pierlot zag daardoor geen andere mogelijkheid dan de grondwettelijke bevoegdheden van de koning naar zijn ministerraad over te hevelen. Het gevolg? Koning en regering beschuldigden elkaar van verraad. De Belgische bevolking juichte de beslissingen van haar vorst hartstochtelijk toe.

Einde aan de jubel

Anderhalf jaar later kwam een eind aan de jubel, toen uitlekte dat de koninklijke weduwnaar - koningin Astrid was in 1935 bij een auto-ongeval in Zwitserland omgekomen - in het geheim was getrouwd met Lilian Baels, de dochter van de gouverneur van West-Vlaanderen. Waarom dacht de koning enkel aan zijn geluk? Had hij niet beloofd dat hij het lot van zijn krijgsgevangen soldaten zou delen?

De affaire had ook een communautaire dimensie. Een aantal Vlaamse krijgsgevangenen was in het kader van de Flamenpolitik van de nazi's al vrijgelaten, Waalse zaten nog achter het prikkeldraad. Op 7 juni 1944, één dag na de geallieerde landing in Normandië, werden Leopold III en zijn gezin op bevel van de Führer naar Duitsland weggevoerd. Ze zouden hun vaderland pas in de zomer van 1950 terugzien.

Eigenlijk had de koningskwestie op 12 maart 1950 beslecht moeten zijn. Die dag werd de Belgische bevolking in een consultatief referendum gevraagd of ze haar koning, op dat ogenblik al vierenhalf jaar in vrijwillige ballingschap in Zwitserland, terug op de troon wilde. Het resultaat van het referendum deed de gemoederen echter verder oplaaien. Hoewel 57,68 procent voor een terugkeer van de vorst had gestemd, bleek dat het land grondig was verdeeld: Vlaanderen telde 73 procent ja-stemmers, Brussel 48,2 procent en Wallonië 41,8 procent.

De koning streefde ernaar om zelf ministers te benoemen en te ontslaan, en zelf het opperbevel over het leger te voeren

Nadat Leopold III op 21 juli 1950 naar zijn paleis in Laken was teruggekeerd, braken ten zuiden van de taalgrens stakingen uit. Bij een betoging in Grâce-Berleur in de buurt van Luik werden zelfs vier manifestanten door gendarmen doodgeschoten. België balanceerde op de rand van een burgeroorlog. Op aandringen van de regering-Duvieusart besloot de koning uiteindelijk ten voordele van zijn zoon Boudewijn af te treden.

Nieuwe synthese

Waarom bereikte de politieke temperatuur toen een kookpunt? Wat had Leopold III gedaan, of misdaan, opdat zowel de gewone burger als de politieke klasse met getrokken zwaard tegenover elkaar stond?

In Tegen de stroom in presenteert de vooraanstaande historicus Mark Van den Wijngaert een, zoals hij het in zijn woord vooraf aankondigt, 'nieuwe synthese' van de gebeurtenissen. Het is een voortreffelijk werkstuk: Van den Wijngaert kiest zijn woorden zorgvuldig uit, verliest zich zelden of nooit in bijzaken en fileert haarscherp de woorden en daden van de hoofdrolspelers. Zijn resumé is weliswaar zo compact dat de nieuwshongerige lezer ongetwijfeld meer vlees op de botten van het koninklijk drama zal willen.

Van den Wijngaert kondigt voorts 'nieuwe' informatie aan. Welke verse elementen worden aangeboden, legt hij helaas niet uit. De bibliografie vermeldt een handvol vrij recent uitgegeven biografieën en wetenschappelijke studies. Waarom deelt Van den Wijngaert niet mee wat ze precies hebben bijgedragen? In elk geval zullen ze het beeld over koning en koningskwestie hebben bijgesteld, anders zou het zinloos zijn geweest om de lezer met de aankondiging van dat nieuwe nieuws te doen watertanden.

Van den Wijngaert doet in elk geval zijn uiterste best om een definitief oordeel over Leopold III te vellen. Daarbij is van cruciaal belang dat het vonnis op grond van steekhoudende argumenten wordt uitgesproken. In juli 1945 somde premier Van Acker in het parlement de fouten van het staatshoofd op: "Zijn onderhoud met Hitler, zijn weigering om met de regering in Londen contact te hebben, de betrekkingen van raadgevers van de koning met collaborateurs, de felicitaties van Hitler bij de verjaardag van Leopold, het feit dat hij op zijn huwelijksakte opnieuw gebruikgemaakt heeft van zijn Duitse titels van hertog van Saksen en prins van Saksen-Coburg en Gotha, de bloemen die Leopold en Lilian van Hitler ontvangen hebben bij hun huwelijk, en de bezoeken in volle oorlog aan notoire nazi's zoals graaf Karl Kühn." Voorts werd de koning verweten dat hij latent antisemitisch was, niet openlijk tegen de Jodenvervolging en de deportatie van arbeiders had geprotesteerd en het verzet niet had gesteund.

Nieuwe synthese
Beeld rv

Een ruiker van de Führer? Een ijzersterke beschuldiging? Ach. Voor Van den Wijngaert omzeilden de critici van Leopold III in feite de grond van de zaak: de koning had er vanaf zijn troonsbestijging in 1934 op onbehouwen wijze naar gestreefd om zelf ministers te benoemen en ontslaan, en om zelf het opperbevel over het leger te voeren. Zelfs tijdens de bezetting had hij zijn grote politieke ambities niet willen opgeven. Het sprak voor zich dat die autoritaire aanspraken heftig botsten met de verworvenheden van de parlementaire democratie.

Naïviteit

Leopold III zou, koppig en eigengereid als hij was, zijn overtuigingen nooit loslaten. Van den Wijngaert had ook de naïviteit van de vorst mogen vermelden. Had die bijvoorbeeld geen lering uit de Eerste Wereldoorlog getrokken? Duitsland zag België louter als oorlogsbuit. Had de koning werkelijk gedacht dat nazi-Duitsland daar anders over zou denken? Kwam die naïviteit voort uit een gebrekkige opvoeding? Of fluisterde zijn entourage, onder wie zijn kabinetschef Louis Wodon, hem zowel die antidemocratische als verzoeningspolitieke opvattingen in zijn oor?

Misschien had Van den Wijngaert tevens meer oog mogen hebben voor de implosie van de democratie in het Europa van de jaren 30. In België bleef het weliswaar bij kibbelkabinetten. Het resultaat: 22 regeringscrisissen en 12 regeringen, waarvan sommige het slechts enkele dagen of maanden volhielden. Het partijbelang primeerde duidelijk op het landsbelang.

Duitsland zag België louter als oorlogsbuit. Had de koning werkelijk gedacht dat nazi-Duitsland daar anders over zou denken?

Valt het dan tenminste niet te begrijpen dat de vorst zijn geloof in de democratie verloor en meer macht voor zich opeiste? Absoluut niet, besluit Van den Wijngaert kordaat. De koning kende nu eenmaal 'zijn plaats niet (...) in een politiek bestel dat door de democratisering en de partijvorming grondig (was) gewijzigd'.

Het eerste deel van Tegen de stroom in schetst de levensloop van Leopold III. Een kolfje naar de hand van royaltywatcher Van den Wijngaert. In het deel over de politieke betekenis van de vorst is het de historicus die op volle toeren draait. Maar zal hij met zijn 'nieuwe synthese' een einde maken aan de controverse rond Leopold III?

Mark Van den Wijngaert, Tegen de stroom in. Leopold III, Manteau, 176 p., 22,50 euro.