Is natuurwijn beter dan gewone wijn?
Dat natuurlijke wijnen aan een stevige klim bezig zijn, valt niet te ontkennen. Trendy bars pronken met een bijzonder aanbod biologische, biodynamische of natuurwijnen. Maar wat is eigenlijk het verschil tussen die drie, en zijn ze zoveel beter dan ‘gewone’ wijn?
Trek jij al eens een flesje biologische wijn open? Dan krijg je een pluim van sommelier Andy De Brouwer. Natuurlijk geproduceerde wijn heeft gewoon een intensere smaak, hoewel het altijd spannend is wat je in je glas krijgt.
Aardse smaken
“Het verschil tussen al die wijnen zit hem in de vraag hoe zorgeloos de wijnbouwer op vakantie kan gaan”, legt Andy De Brouwer uit. “Commerciële wijnbouwers kunnen gerust een paar weken op het strand gaan liggen, want de chemicaliën werken intussen voor hen. Die worden opgezogen door de wortels van de wijnranken, en bieden de planten zeker drie weken bescherming. Het mag stormen en gieten, de oogst is verzekerd.”
De druivenranken van commerciële wijnbouwers worden ook artificieel bemest, waardoor de wortels minder diep moeten zoeken naar voedingsstoffen. Dat heeft als resultaat dat die wijnen minder aardse smaken hebben. “Waar ter wereld ze ook geproduceerd worden, de smaak verschilt niet wezenlijk. Dat is een groot verschil met natuurlijke wijnbouw, waarbij de wijn wél veel van z’n smaak uit de ondergrond haalt”, zegt De Brouwer.
Biodynamische lieveheersbeestjes
Kiest een wijnbouwer voor biologische landbouw, dan kan hij of zij het wel vergeten om in wisselvallige periodes op vakantie te gaan. In de biologische wijnbouw worden ziekten aangepakt met natuurlijke producten, zoals kopersulfiet. Maar tijdens een forse regenbui worden die producten zo van de wijnranken en de druiven gespoeld, waardoor de boer opnieuw kan beginnen.
De biodynamische landbouw gaat nog een stapje verder. “Daarbij worden alle wapens neergelegd. Men bestrijdt geen ziektes, maar zorgt ervoor dat de planten en de natuurlijke organismen in de ondergrond zo sterk mogelijk worden. Zo groeien er allerlei andere gewassen tussen de wijnranken, die zorgen voor antioxidanten en zuurstof in de ondergrond. Zijn er te veel spinnen, dan biedt een leger van lieveheersbeestjes soelaas.”
Voor dit type wijnbouw zijn zware machines, die de ondergrond comprimeren en de groei van micro-organismes verstoren, uitgesloten. “Handen uit de mouwen dus, en ook het paard mag weer aan de slag! Als de wijnbouwer droomt van een strandvakantie, had hij beter een ander beroep gekozen”, lacht De Brouwer.
Niet achterom kijken
Natuurwijn tot slot wordt ook gemaakt met biodynamische druiven, maar gaat in de kelder nog een stapje verder. Er wordt gewerkt met authentieke gisten, afkomstig van de druivenschillen bijvoorbeeld. Verder doet men niet aan aanzuring en toevoeging van sulfieten - al blijft een klein beetje wel nodig om de wijn op fles te kunnen trekken. Ook worden die wijnen niet gefilterd of geklaard.
Lieveheersbeestjes, authentieke gisten, ongefilterde wijnen… Leveren al die inspanningen ook wat op? De sommelier is eenduidig in zijn oordeel: “Het is een avontuur om een bio- of natuurwijn te proeven, want je weet nooit wat je in je glas krijgt. Die wijnen zijn onstabieler, ze kunnen minder goed tegen temperatuurschommelingen. Maar geloof mij: eens je gewend bent aan het natuurlijke spul, wil je voor geen geld meer terug.”
De Morgen bundelde adviezen van Belgische topsommeliers in een complete wijngids. Ontdek de gids hier.
Deze artikels lees je ook binnen onze wijngids:
Wijn uit eiken vat, meerwaarde of verkooptruc?