© katrijn van giel

Als de zorg uitbesteed wordt aan de privémarkt: “Het kantoor vroeg 10.000 euro per maand voor mij aan het ziekenhuis. Schandalig”

De verpleegkundige in een flexibel statuut – als zelfstandige, uitzendkracht of ‘ingehuurde’ projectverpleegkundige – rukt op. Is dat een oplossing of een bijkomend probleem voor de zorgsector die al lang schreeuwt om meer handen aan het bed? “De vijver wordt niet groter, wel duurder.”

Nathalie Carpentier

“10.000 euro per maand?” Toen een mail van het externe uitzendkantoor per ongeluk in haar inbox belandde, trok projectverpleegkundige Sabrina Snoeckx grote ogen. “Durfde het kantoor zó veel voor mij te vragen aan het ziekenhuis dat mij inhuurde? Belachelijk veel, het druiste tegen mijn principes in. Als je het afzette tegen wat ik zélf kreeg, was het helemaal schandalig: 2.200 euro bruto. Oké, ik had wel een auto, maar dat waren toch maffiapraktijken.”

Met de mail in de hand eiste ze een loonsverhoging bij het kantoor. Ze kreeg er 400 euro bruto bij. Ze hield van de voor­delen – een auto, een tankkaart, gevarieerd werk – maar de negatieve ervaring bleef hangen. “Na dat voorval voelde ik nattigheid, het kantoor is ook failliet gegaan.” Ze besloot intern voor de GZA in Antwerpen te gaan werken, in dienst als intern projectverpleegkundige voor de drie ziekenhuizen. “Ik werkte er graag.”

De projectmatige aanpak ligt haar. “Ik ben niet gemaakt om jaar in, jaar uit op ­dezelfde dienst te werken. Nu werk ik hier eens zes maanden, dan daar eens een paar maanden. Het is erg leerrijk, ik doe overal ervaring op. Voor GZA is dit ook beter, nu ben ik minder duur.” Financieel krijgt ze nu hetzelfde als wie vast in dienst is, plús een auto. “Nodig voor de verplaatsingen tussen de drie ziekenhuizen, maar ook goed voor 5.000 euro extra per jaar.”

Ze begrijpt de kritiek op extern ‘ingehuurde’ verpleegkundigen. “De voordelen zijn voor wie zo werkt, de nadelen voor de ziekenhuizen. Ze vinden zo ook moeilijker vast personeel. Soms wringt dat, maar op het einde maak je je eigen rekening.”

Vierduizend vacatures

Almaar meer verpleegkundigen maken die optelsom. Ze zijn niet alleen gegeerd, de hoge werkdruk en avond-, nacht- en weekendshifts zijn een gekend zeer. Vandaag staan er 4.000 vacatures open in de zorgsector, het voorbije jaar werden liefst 10.798 verpleegkundigen gezocht. Vooral sinds corona kiezen ze vaker voor een flexibeler statuut als interimkracht, freelancer of projectverpleegkundige. Voor de ziekenhuizen zijn er geen recente cijfers, maar uit gegevens van het Departement Zorg die De Tijd opvroeg, bleek die groep flexibele verpleegkundigen in de woonzorgcentra verzesvoudigd in vergelijking met vorig jaar (zie grafiek).

Sommige uitzendbedrijven spelen erg listig in op de war on talent. Met beloften van een hoger loon, een auto en betere uren snoepen ze soms vast personeel af van zorginstellingen en bieden die vervolgens weer aan tegen andere voorwaarden. Onder meer verpleegkundigen verhuren aan zorginstellingen legde Steve Rousseau met House of Talent alvast geen windeieren, bleek vorige week. Het omgekeerde geldt voor de instellingen.

“Ik heb een verpleegkundige weten vertrekken met de fiets. Een tijd later bood ze zich opnieuw aan in een Mini”, vertelt Wouter Sonneville, directeur van De Medemens, met 17 woonzorgcentra in Antwerpen. Zijn verhaal gaat over de periode toen hij nog bij een wzc in Gent werkte. “De verpleegkundige in kwestie kreeg bij een kantoor betere arbeids- en loonvoorwaarden.” Hij botste op een soms perverse mechaniek. “Als iemand als uitzendkracht begint in een woonzorgcentrum, er zijn draai vindt en je wilt hem of haar aanwerven, dan moet je als wzc een zeer hoge fee (volgens Zorgnet-Icuro soms tot 25.000 euro, red.) betalen aan het kantoor. Omgekeerd is daar uiteraard geen sprake van.”

LEES OOK. Broer van Conner Rousseau verdient 100 miljoen euro met verkoop van zijn bedrijf: “Elke familie heeft zijn zot. In onze familie ben ik dat”

De situatie leidt tot frustratie bij directies. “We zien goede medewerkers vertrekken omdat we de middelen niet hebben om hen beter te betalen”, zegt Sonneville. “De uitzendmarkt kan dat wel en biedt hen vervolgens weer duurder aan. Als je écht mensen nodig hebt, zoals wij, lijdt de ­financiering van het wzc er finaal toch onder. Je kunt die extra kosten niet doorrekenen aan de bewoners. Een wzc is al niet goedkoop.” Het systeem ondermijnt de continuïteit van de zorg, de band met de bewoners en met de collega’s. Zij zien telkens andere gezichten. “Minister Crevits stelt dat je geen winst mag maken op de zorg, maar kijkt daarbij naar de wzc’s”, ­besluit Sonneville. “Terwijl je je toch ernstige vragen kunt stellen bij die kantoren die via hun marges winst op zorg maken.”

“Ik hoorde een projectverpleegkundige ooit tegen mijn vast personeel zeggen dat ze het haar moesten zeggen als ze ook ­geïnteresseerd waren. Als zij iemand aanbracht, kreeg ze een fee”, vertelt Kenny De Cuyper, verpleegkundig directeur van GZA.

Dat creëerde nog extra spanning op de werkvloer. “De zeer agressieve cowboys hebben we geweerd, dat spel wilde ik niet meespelen.” Nu hebben ze een respectvollere samenwerking met de kantoren. Maar ze betalen nog steeds 1,7 keer zoveel en de risico’s blijven, schetst De Cuyper. “Soms heb je uitzendkrachten voor één dag nodig. Die kunnen standaardzorg bieden, maar kennen de patiënten, procedures of protocollen niet altijd. Daarvoor vallen ze terug op ons vast personeel. Ook vastere interimkrachten leunen op de reguliere verpleegkundigen.”

Met externe projectverpleegkundigen rijst een ander probleem. “Onze mensen leiden telkens nieuwe mensen op met het oog op een langdurige samenwerking. Als wij na drie maanden met een projectverpleegkundige verder willen, maar zij of hij wil dat niet, dan kan die meteen vertrekken. Het maakt ons personeel opleidingsmoe. Dat nieuwe gezicht gaat toch weg.”

Op meer dan duizend vaste mensen telt GZA nu veertig projectverpleegkundigen. Een noodzaak, zegt De Cuyper. “Neem hen weg en we moeten zowel een deel van het operatiekwartier als van de afdelingen sluiten. De werkdruk nog verhogen gaat niet. We huren ze dus nog wel in, maar verliezen er gelukkig geen personeel meer aan.”

Moderne slavenhandel

In de woonzorgcentra is de situatie mogelijk nog moeilijker. “Als ik niet moest, zou ik geen uitzendwerk gebruiken”, vat Joeri Fabry directeur van wzc Salvator Welzijnszorg uit Hasselt samen. “Het ontwricht de zorg. Maar het personeelstekort is groot. Als een verpleegkundige kan kiezen voor een auto, betere uren of voor een ziekenhuis, dan komt ouderenzorg vaak op de laatste plaats. De uitzendkrachten hier hebben een auto. Ik kan dat nooit aan al mijn vijftig medewerkers bieden.”

Fabry zou “liever mijn centen voor iets anders gebruiken dan dubbel zoveel te betalen voor hetzelfde werk”. Het bericht over de miljoenenwinsten van Steve Rousseau, onder meer door het detacheren van verpleegkundigen, maakte Fabry erg kwaad. “Dat is bijna een moderne vorm van slavenhandel. Het kantoor wordt er rijk van, maar voor de zorg smaakt dit bitter.”

De directies met wie we spraken, vinden dat ingehuurde krachten zeker een plaats hebben om een acute nood te lenigen. Maar de evolutie naar de huidige nood­gedwongen structurele inzet is onbetaalbaar en problematisch, reageert Margot Cloet, hoofd van zorgkoepel Icuro-Zorgnet. “Je zult nooit zonder interims kunnen als iemand ziek of zwanger is. Maar dat mag de reguliere zorg niet structureel vervangen, zoals nu stilaan gebeurt.”

Sabrina Snoeckx: “Ik ben niet gemaakt om jaar in, jaar uit op dezelfde dienst te werken.”© Katrijn Van Giel

Vooral de ingehuurde projectverpleegkundigen zijn Cloet een doorn in het oog. “Die kosten al snel 2 tot 2,3 keer zoveel aan de instelling. Te vaak komen ze hetzelfde werk doen als de reguliere verpleegkundigen die wél binnen de afgesproken cao’s werken. De uitzendkantoren maken sluw gebruik van de personeelskrapte en de wettelijke mogelijkheid. Een bekommernis om de zorg betaalbaar te houden, heb ik daarbij nog niet gezien. Het is onethisch en pervers, het ondermijnt het zorgsysteem. Bijkomende handen creëert het niet, het maakt de financiële problemen alleen maar groter.” “Dat is belastinggeld dat naar de privé wordt doorgesluisd om zorg te ­bieden”, beaamt Vera Vertessen, verpleegkundig directeur van UZ Brussel. “Dat is de wereld op zijn kop.”

“De vijver wordt niet groter, maar wel duurder”, vat Olivier Remy, algemeen coördinator ACV Puls non-profit het samen. “Bij uitzendkrachten moet je de kosten van de kantoren bijtellen, zelfstandigen kunnen meer vragen vanuit hun sterke onderhandelingspositie en de projectverpleegkundigen zijn twee keer zo duur. Je kunt de prijs voor zorg niet zomaar verhogen. Die verpleegkundigen zelf verdienen niet twee keer zoveel, he. Als je het verhaal van House of Talents leest, weet je wel waar het geld naartoe gaat.”

Dat De Standaard dat businessmodel maandag pervers noemde, vindt Rika Coppens van concurrent House of HR onterecht. “Ons businessmodel is mensen in knelpuntberoepen vinden, binden en uitsturen naar diverse werkgevers met tijdelijke noden”, mailt ze. “Bij de overgrote meerderheid zijn de intenties wel zuiver. Wij willen de beste werkgever zijn, ik vrees dat het in de zorg soms ontbreekt aan ambitie om de beste werkgever te zijn. Men rekent te veel op het engagement van de zorgverleners.”

Familiedag

Zorginstellingen bieden wel tegenwicht. Tijdens corona zag het Limburgse Virga Jesse-ziekenhuis verpleegkundigen vertrekken en zich opnieuw – duurder – aanbieden als externe projectverpleegkundige. “Met zes andere Limburgse ziekenhuizen hebben we afgesproken om hen te weigeren”, zegt Mauro Convalle, directeur zorg. “Anders beland je in een vicieuze cirkel.”

Convalle zocht wel uit waarom die verpleegkundigen vertrokken waren. “Soms was de reden financieel, vaak wilden ze ­betere uren. Als werkgever kun je dat niet altijd bieden. Maar als we ons personeel willen houden, zullen we het toch zelf moeten proberen op te lossen, niet via uitzendkantoren. Veel verpleegkundigen starten om 7 uur, combineer dat maar eens met jonge kinderen. Moet het operatiekwartier echt om 8 uur beginnen? Kunnen we niet nadenken over kortere en langere shifts? Bekijk dat met een open geest.”

“In Limburg hebben we de luxe dat we mensen kunnen weigeren, in de grootsteden heb je die keuze soms simpelweg niet.” Zijn Antwerpse collega, Wim Van de Waeter van ZNA, beaamt dat. “Daarom moet je je als gebruiker ook assertief opstellen ­tegenover die kantoren.” De rode cijfers van de ziekenhuizen zeggen genoeg. “Je moet onderhandelen over die fee, over de tarieven en de termijnen. Ingehuurde projectverpleegkundigen hebben veel vrijheid, maar bij ons moeten ze gewoon de shifts meedraaien die wij voorzien.”

Dat verpleegkundigen kiezen voor betere uren en een betere verloning, nemen weinigen hen kwalijk. Robin werkte eerst als projectverpleegkundige via een interimkantoor, nu als freelancer. “Ik voelde me een nummer voor dat kantoor. Ik wil vrijheid hebben, kunnen vertrekken als ik het beu ben. Als freelancer heb ik nu een auto van mijn zaak en bepaal ik zelf mijn tarieven. Nu verdien ik 10.000 euro per maand voor mijn zaak, ik keer mezelf daar een deel van uit.” Hij kiest soms bewust voor avond- en weekendwerk. “Dat verdient beter.”

T., die anoniem wil blijven, werd na 27 jaar vast dienstverband bewust extern projectverpleegkundige. “Bij mijn werkgever draaide ik mee in een reserve- en wacht­systeem. Ik moest uren beschikbaar zijn, zonder deftige vergoeding.” Hij verdient nu 100 euro meer en heeft een auto. Zijn kantoor noemt hij “een werkgever uit de duizend”. “Ik ben met mijn gezin naar Pairi Daiza gegaan, op hun kosten. Al heb ik daarvoor ook een zondagsshift moeten wisselen. Dat je vrij je uren kiest, klopt niet helemaal.”

Vroeger was T. syndicaal actief. “Mijn vorige secretaris noemde mijn overstap onethisch. Ik weet dat ik een dure vogel ben. Misschien is het niet erg correct, maar dan moet het beleid maar veranderen. Leg het zorgpersoneel beter in de watten en geef ze een deftig loon. Dan vertrekken ze niet.”

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Keuze van de Redactie

MEER OVER