Daar bliezen Nederlandse verdachten vorig jaar 367 keer een geldautomaat op. Ter vergelijking: in Nederland waren vorig jaar maar 8 plofkraken. "Het is absoluut een exportproduct geworden", zegt een woordvoerder van de politie.
Alle 137 aangehouden Nederlandse plofkrakers waren betrokken bij een plofkraak in Duitsland. De politie sluit niet uit dat ze ook in andere landen actief waren.
Veel Nederlandse plofkraakbendes wijken uit naar Duitsland, omdat maatregelen in Nederland de kans op een succesvolle plofkraak klein hebben gemaakt. Zo zijn buitgemaakte bankbiljetten vaak onbruikbaar doordat ze na een explosie automatisch aan elkaar worden gelijmd.
Aandeel 'Nederlandse' plofkraken neemt af in Duitsland
Het aantal Duitse plofkraken waarbij Nederlanders betrokken waren, nam vorig jaar wel voor het eerst in jaren af. Waar dat er in het recordjaar 2022 nog 442 waren, ging het vorig jaar dus om 367 gevallen. Volgens de politie lijkt die daling door te zetten, met 56 'Nederlandse' plofkraken in Duitsland in de eerste drie maanden van dit jaar. Dat zijn er 64 minder dan vorig jaar in dezelfde periode.
Volgens de politie is de afname een gevolg van de steeds nauwere samenwerking tussen de Nederlandse en de Duitse politie en justitie. Zo wordt onder meer ingezet op "het vergroten van de heterdaadkracht, bijvoorbeeld door het opwachten van verdachten bij de grens", zegt Cecile Kosterman, die plofkraken in haar portefeuille heeft bij de politie.
Nederlandse plofkrakers sloegen vorig jaar overigens ook toe in andere landen dan Duitsland. In Zwitserland gebeurde dat negen keer, in Oostenrijk acht keer en in België vier keer.