The Fashion Spot heeft zijn tweejaarlijkse rapport bekendgemaakt waarin wordt nagegaan hoe divers de modeweken zijn. Daarbij kijken ze naar hoeveel niet-blanke modellen, plus-sizemodellen, oudere modellen en transgenders er meelopen tijdens de shows in Parijs, Milaan, New York en Londen. Goed voor in totaal 72 modeshows van grote namen en 2.203 modellen. Hoewel die cijfers jaar na jaar op enige verbetering wijzen, blijkt er nog een lange weg af te leggen. En dat is zeker het geval voor de shows in Europa.

De vier grote mdeshows samen waren dan wel de meest diverse ooit, dat hadden ze vooral te danken aan New York. Daar was liefst 44,8 procent van de modellen er eentje met een kleurtje. In Londen was dat 36,2 procent, in Parijs 32,4 procent en de slechtste van de klas was Milaan met 29,9 procent. De aanwezigheid van plus-sizemodellen verdubbelde, er was meer diversiteit inzake leeftijd en met 91 transgender modellen op de catwalk werd een record gebroken.

In slechte papieren

Als je de cijfers van New York echter wegneemt, dan tuimelen ze zienderogen naar beneden. Zo bedraagt de gemiddelde raciale diversiteit dan plots maar 32,9 procent meer, zakt het aantal castings van plus-sizemodellen naar 5 in plaats van 54, die van vrouwen boven de 50 tuimelt van 27 naar 14 en het aantal transgenders daalt van 91 naar 38.

Drie pluimen

Volgens The Fashion Spot waren er maar drie Europese merken die echt hun best hadden gedaan als het over plus-sizemodellen ging: Nicholas Kirkwood die in Londen showde, bij Dolce & Gabbana in Milaan liepen er drie mee en in Parijs had vooral Alexander McQueen het goed gedaan.

"Europa is oud"

Hoe dat komt dat Europa het zo slecht doet, daarvoor bood het Franse plus-sizemodel Clémentine Desseaux in een interview met Refinery29 een mogelijke verklaring. "Europa is oud, conservatief en zit vastgeroest in zijn gewoontes. Ze weten wat werkt en spelen daarom op veilig. Ze proberen niet eens de zaken om te gooien omdat ze bang zijn om te verliezen wat ze hebben."