Direct naar artikelinhoud
Documentaire

Buying the Band: Spinal Tap zonder acteurs

Still uit 'Buying the Band'.Beeld rv

Geluk kun je niet kopen. Een rock-’n-rollgroep wél. Maar dat zo’n aankoop niet noodzakelijk gelukkig maakt, leert Buying the Band. Een Nederlandstalige documentaire à la This is Spinal Tap en David Brent: Life on the Road. Maar dan zonder acteurs.

De realiteit haalt de fictie evenwel moeiteloos in. In deze bitterzoete docu – een viral hit onder muzikanten – volg je een vastgoedondernemer. Die investeert een fortuin om de begeleidingsband rond Herman Brood opnieuw op de baan te krijgen. Voor niets gaat de zon op, natuurlijk. De Amsterdamse magnaat wil als mecenas meteen ook zijn jeugddroom laten uitkomen: drummen bij His Wild Romance. Hoe snel zo’n jongensdroom een nachtmerrie wordt, vormt de plot.

Het verhaal begint in 2013, wanneer zakenman en miljonair Jan ’t Hoen duizenden euro's investeert in Romanza Brava – de nogal luie Spaanse vertaling van Wild Romance. Hij huurt voormalige leden David Hollestelle en Dany Lademacher in, en schaft zichzelf en zijn compagnons een gigantische Nightliner aan. Met die peperdure tourbus zie je de oude mannetjes vervolgens tuffen naar hun eerste concert… in een jeugdhuis.

Potsierlijker wordt polderrock niet.

Niemand wil water bij de wijn doen. Oude rockers nog het minst van al

Haar in de boter

De groepsleden – onverbiddelijk op hun retour – denken eerst dat ze met hun gat in de boter zijn gevallen. Maar algauw komt een haar in diezelfde boter. Zo blijkt ’t Hoen niet te spreken over het grootgebruik van zijn huurlingen. Hij probeert de veteranen droog te leggen, want “op kantoor ga je toch ook niet tussen de middag een biertje drinken”. U voelt ’m al aankomen! De suikernonkel uit de stropdassenwereld schat zijn ongeleide projectielen hopeloos verkeerd in. Want, zoals Dany Lademacher stelt: “Als je rock-’n-roll wilt spelen, komt die hele shit mee. De drugs, de alcohol, de dames.” Niemand wil water bij de wijn doen. Oude rockers nog het minst van al. 

En dan gaat het van kwaad naar erger. Ze besluiten in zee te gaan met het clowneske Duitse punkicoon Nina Hagen. Die krijgt een contract van 80.000 euro, om twee jaar mee op pad te gaan. Zover komt het niet eens: haar divagedrag grenst aan een psychische meltdown. Al na de eerste gemeenschappelijke repetitie valt de samengestelde groep door de mand én de tour in het water. 

'Buying the Band' is hilarisch, maar de cartooneske clichés wasemen tegelijk iets treurigs

"Het doel is om de komende twintig jaar een band te zijn met bestaansrecht," klopt ’t Hoen zich aanvankelijk op de borst. Maar aan het eind van de rit moet hij zijn meerdere erkennen in frontman Dirk Vermeij. "Succes kun je niet kopen," zegt die spottend in de lens. "Je kunt niet zomaar een zonnebril opzetten en op slag een rockartiest zijn." In een schraal keukentje Jack Daniels hijsen over de middag, maakt van hem wél een echte rocker, merk je aan zijn zelfverzekerde oogopslag. 

Zwalpend en lallend

Buying the Band is hilarisch, maar de cartooneske clichés wasemen tegelijk iets treurigs. Zoals wanneer gitarist David Hollestelle uit de groep wordt gepleurd, omdat niemand kan voorspellen in welke hoedanigheid hij het podium zal bereiken. Zwalpend en lallend probeert hij achteraf verhaal te halen. Het zou rock-’n-roll moeten zijn, maar oogt zielig. 

De docu pakt dan ook uit als een bitterzoete klucht én een cautionary tale over vergane glorie, naïviteit en eeuwige jeugd. Gitaarheld Lademacher die zijn gage meteen in de aankoop van een nieuw huis steekt, om dan te horen dat 't Hoen de stekker uit de groep dreigt te trekken? Oh Danny boy... Vroeg of laat zal zelfs de eeuwigste belhamel naar zichzelf in de spiegel kijken als een oud, bang mannetje. 

Buying the Band is te bekijken op 3voor12.vpro.nl.