Minister Weyts over tekorten buitengewoon onderwijs: "We zorgen voor extra capaciteit, maar misschien worden jongeren ook te snel gelabeld"
Er wordt voor extra capaciteit in het buitengewoon onderwijs gezorgd, maar op langere termijn moet de oorzaak van de grote instroom onderzocht worden. Dat zegt Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) over de plaatstekorten in het buitengewoon onderwijs. Hij haalt aan dat er misschien sprake is van overdiagnose, waardoor kinderen te snel richting het buitengewoon onderwijs worden geduwd.
Een groep ouders klaagt met een petitie aan minister Weyts aan dat er voor bijna 700 kinderen volgend schooljaar geen plek in het buitengewoon onderwijs in Antwerpen zal zijn. Uit een rondvraag van VRT NWS blijkt dat dat probleem zich ook in andere Vlaamse centrumsteden voordoet.
Minister Weyts reageert op die tekorten in een interview aan VRT NWS. "Op korte termijn zorgen we voor extra capaciteit en daar zijn we in geslaagd. De afgelopen 4 jaar hebben we het aanbod kunnen verhogen van 47.000 naar 55.000 plaatsen, al is dat nog niet voldoende. Het zijn nog altijd de scholen die het moeten kunnen organiseren en soms is dat gewoonweg moeilijk."
"Er is ook wel een dubbeltelling op die wachtlijsten, want sommige kinderen staan op verschillende scholen ingeschreven", gaat hij voort. "De ultieme oplossing is dat we kinderen met bepaalde zorgnoden ook in het gewone onderwijs opvangen, waarbij we die scholen versterken en ervoor zorgen dat de leerkrachten daar sterker in hun schoenen staan en meer assistentie krijgen."
Niet alleen in Antwerpen zijn er plaatsen te kort
Ook in andere Vlaamse centrumsteden zijn er kinderen die voorlopig nog geen plaatsje voor volgend schooljaar in het buitengewoon basisonderwijs konden bemachtigen. Dat blijkt uit een rondvraag van VRT NWS.
Vooral voor kinderen met een verstandelijke beperking zijn er niet genoeg plaatsen. In Aalst, bijvoorbeeld, hebben 51 kleuters en 16 lagere schoolkinderen met een mentale beperking voorlopig nog geen school.
In Leuven hebben een kleine 300 kinderen, bijna de helft meer dan vorig jaar, zich aangemeld voor het buitengewoon basisonderwijs. 173 van hen hebben voorlopig nog geen plaatsje, vooral kinderen met een verstandelijke beperking en kinderen met een autisme-spectrumstoornis.
Na de klassenraden in juni zullen er wel nog wat plaatsen vrijkomen in Leuven, maar Mia Douterlugne, voorzitter van het lokaal overlegplatform, benadrukt dat sommige ouders echt wanhopig zijn. Zo zegt ze zelfs inschrijvingen binnen te krijgen van kinderen uit Brussel, Gent en Antwerpen. Daar zitten wel dubbele inschrijvingen bij, want ouders kunnen zich in verschillende regio's tegelijk inschrijven.
Bekijk: "Misschien is er ook een beetje een overdiagnose", zegt minister Ben Weyts
"Die plotse explosie is niet te verklaren"
"De afgelopen jaren zien we een enorme toename van het aantal kandidaten voor het buitengewoon onderwijs", gaat de minister verder. "Het aantal jongeren in type 2, met een sterke mentale beperking dus, is op 4 jaar tijd bijvoorbeeld vervijfvoudigd. Dan kan je als beleid niet volgen natuurlijk."
Volgens hem is het daarom belangrijk om de oorzaak van die grote instroom te onderzoeken om het probleem op lange termijn te kunnen aanpakken. "Die plotse explosie is gewoon niet te verklaren", zegt hij. "Het is eigenlijk een maatschappelijk probleem waar we heel ruim naar moeten kijken: niet alleen vanuit onderwijs, maar ook vanuit welzijn."
"Worden jongeren niet te snel gelabeld en te snel richting het buitengewoon onderwijs geduwd? Is de slinger niet een beetje doorgeslagen?", vraagt de minister zich af. "Ik heb daar al onderzoek over besteld, om ervoor te zorgen dat we in de toekomst minder jongeren laten instromen."