Direct naar artikelinhoud
standpunt

Voor de laatste keer: stelt Michel met de F-35 de juiste beleidsprioriteit?

Koen Vidal.Beeld Eva Beeusaert

Koen Vidal is commentator. 

In principe hakt de Belgische regering deze week de knoop door over de aankoop van de F-35-gevechtsvliegtuigen. Deze kwestie blijft voor een ongemakkelijk gevoel zorgen. Ten eerste omdat het hier over een enorme investering gaat: 3,5 miljard voor de aankoop en minstens 15 miljard voor levensduurkosten zoals onderhoud en software-upgrades.

Het is misschien populistisch om de vraag te stellen hoeveel scholen, sociale woningen, klimaatmaatregelen en veilige fietspaden hiermee betaald kunnen worden, maar uiteindelijk raakt deze basale vraag aan de essentie van wat beleidsmensen voortdurend moeten doen: met de beperkte middelen van de schatkist prioriteiten stellen en keuzes maken. Mogen we de vraag nog een laatste keer opwerpen: stelt de regering-Michel hier de juiste beleidsprioriteit?

Het ongemakkelijke gevoel heeft ook te maken met het feit dat er behoorlijk wat aanwijzingen zijn dat de F-35 van in het begin de voorkeur genoot van Defensie.

De regering lijkt er niet in geslaagd om dit oncomfortabele gevoel te sussen en daarom zou het misschien van moed getuigen als premier Charles Michel (MR) en defensieminister Steven Vandeput (N-VA), vooraleer ze hun handtekening zetten, nog een laatste keer met dit dossier naar het parlement komen. Niet voor een pro-formababbeltje, maar met gedetailleerde informatie en gedegen argumenten om de ordentelijkheid van hun keuze te staven.

Zijn er garanties dat de werkelijke levensduurkosten niet hoger zullen liggen dan de geschatte 15 miljard?

Flou artistique

Voor parlementariërs van oppositie én meerderheid zou dit de gelegenheid zijn om de flou artistique rond dit dossier weg te werken. Hoe zit het precies met de schatting van Defensie dat de levensduurkosten maximaal 15 miljard zullen bedragen. Zijn er garanties dat de werkelijke kosten niet hoger zullen liggen?

En wat antwoordt premier Michel op de vraag of een keuze voor de F-35 ook een keuze is om voor minstens 30 jaar in een nieuw militair partnerschap met de VS te treden? Hoe verenigt de premier dat met de zelfverklaarde ambitie om werk te maken van een Europees Defensiebeleid?

Nog zo’n onopgehelderde vraag: betekent de aankoop van de F-35 dat de Belgische luchtmacht in de toekomst binnen de NAVO als speerpunt zal fungeren in internationale operaties die sowieso menselijke risico’s en zware kosten met zich meebrengen?

En last but not least: zou Defensie eindelijk meer transparantie kunnen geven over het bezoekersregister van alle lobbyisten die ze sinds het begin van de aankoopprocedure over de vloer kreeg?

Het voordeel van die ultieme parlementaire oefening is dat alle verkozenen en partijen kleur mogen bekennen over hun visie op Defensie. Interessant toch voor een kiezer die over enkele maanden naar de stembus mag? 

Het voordeel van deze ultieme parlementaire oefening is dat alle verkozenen en partijen kleur mogen bekennen over hun visie op Defensie