Bureaus incasseren voor de winst
Amsterdam
Zulke handelaren in schulden brengen vaak hoge incassokosten in rekening, die de schuldenaar moet betalen. Mensen die al grote problemen hebben, raken zo nog dieper in de schulden. Marco Florijn, van de branchevereniging voor schuldhulpverleners NVVK, en Walter Weissgerber van Schuldsanering Nederland, constateren dat het doorverkopen van schulden steeds vaker voorkomt. Florijn spreekt van een ‘Angelsaksisch model’ dat de laatste twee jaar in opkomst is. Dat model houdt in dat een incassobureau grote partijen oninbaar geachte leningen opkoopt en daar nog wat winst uit perst door schuldenaren onder druk te zetten.
Incassobureau Hoist schatte de markt voor opgekochte schulden in de Benelux twee jaar geleden op ongeveer 150 miljoen euro. Hoist voorspelde toen dat die markt tussen 2015 en 2020 elk jaar met 8 procent zou groeien. Incassobureaus Vesting Finance, Direct Pay en Intrum Justitia hadden datzelfde jaar in Nederland samen voor meer dan 100 miljoen euro aan opgekochte leningen in bezit.
Als banken, webwinkels en andere bedrijven hun vorderingen niet zelf willen opeisen bij wanbetalende klanten, kunnen ze die schulden doorverkopen aan een incassobureau. Dan hoeven ze niet achter de schuldenaren aan te jagen en zijn ze in één keer van hun probleemkredieten af. In ruil betaalt de opkoper, het incassobureau, een fractie van het bedrag aan uitstaande vorderingen.
Toezichthouders Autoriteit Consument & Markt (ACM) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) vinden dit een zorgelijke trend. Volgens de toezichthouders leidt de schuldenhandel tot uitwassen. Incassobureaus die voor eigen rekening wanbetalers achter de broek zitten hebben er nog meer belang bij hard op te treden dan incassobureaus die in opdracht van anderen schulden innen. Elke schuld die onder druk wordt voldaan, draagt dan immers bij aan hun winst. Het aantal mensen met probleemschulden neemt ondertussen toe. In 2003 klopten 34.000 mensen aan bij de schuldhulpverlening; in 2016 was dat aantal gestegen tot 89.000.
schuldpreventie
Het nieuwe kabinet heeft het groeiende aantal mensen met problematische schulden en de rol die incassobureaus daarbij spelen ook op de radar. In het regeerakkoord kondigt de vierpartijencoalitie aan dat het problematische schulden effectiever wil bestrijden. Het kabinet wil onder meer het stapelen van boetes aan banden leggen. Er moet een register komen voor betrouwbare incassobureaus, die voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen. Ook stelt de regering geld beschikbaar voor schuldpreventie en armoedebestrijding.
De ACM stelt vast dat de schuldenhandel veel verwarring onder schuldenaren wekt. Ze worden plotseling benaderd door een vreemde schuldeiser waarvan ze niet kunnen nagaan of die in zijn recht staat. ‘Consumenten weten vaak niet of ze een dergelijke partij kunnen vertrouwen’, laat woordvoerder Saskia Bierling weten. De toezichthouder vindt het aannemelijk dat hoge incassokosten schuldenaren nog dieper in de ellende storten. Volgens ACM-onderzoek uit 2015 berekenen incassobureaus in 20 procent van hun incassobrieven hogere kosten dan toegestaan. De schuldenaren betalen die kosten.
Ook de AFM heeft bedenkingen bij de doorverkoop van schulden. ‘Als incassobureaus tot in lengte van dagen de laatste stuiver uit een schuld persen, vinden wij dat amoreel’, zegt Nicole Reijnen. Jarenlang verdienen aan een schuld door zoveel mogelijk rente en incassokosten in rekening te brengen vindt de AFM verwerpelijk. ‘Incasso moet gericht zijn op een oplossing.’
Voor een verbod op de doorverkoop van schulden pleiten de toezichthouders niet. De ACM vindt dat een zaak voor de politiek. De AFM is niet per definitie tegen het doorverkopen van kredieten, omdat niet elke verhandelde schuld in handen komt van een omstreden incassobureau. <