De Bundeswehr op oefening.
Foto: AP

In Duitsland is het leger opnieuw "in": hoe Oekraïne Duitsland heeft veranderd

Investeren in het leger, een minister van Defensie die populair wordt en wapenleveringen aan Oekraïne: de Duitsers kijken er amper nog van op. Had je dat pakweg 5 jaar geleden durven zeggen in Berlijn of Monschau, dan had niemand je geloofd. Maar een dikke 2 jaar na de 'Zeitenwende-speech' van bondskanselier Olaf Scholz is Duitsland helemaal om, ook in het hoofd.

analyse
VRT - Damon De Backer
Jeroen Reygaert
Jeroen Reygaert volgt als buitenlandjournalist bij VRT NWS Duitsland en Nederland op de voet.

Minister van Defensie was in Duitsland een ambt dat je lange tijd niet ambieerde als je er echt iets van wilde maken. In het land dat de last van zijn geschiedenis nog steeds met gebogen schouders torst, gaf tot voor kort alles wat naar 'defensie' rook een onaangename en foute smaak in de mond.

Een sterk Duits leger heeft namelijk de voorbije eeuw alleen maar geleid tot miserie en oorlogen. Daarom mocht de Duitse 'gründlichkeit' vooral niet gelden voor de Bundeswehr. De beste garantie op een vredevol Europa, was een miserabel Duits leger, was het idee.

Zo heeft huidig Europees Commissievoorzitter Ursula von der Leyen haar topjob niet gekregen omdat ze in haar vorige baan als minister van Defensie potten heeft gebroken. Ze deed gewoon wat een Duitse minister van Defensie hoorde te doen: de boel laten aanmodderen en besparen.

Met alle gevolgen van dien: door te weinig investeringen stonden gevechtsvliegtuigen massaal aan de kant, pantservoertuigen rolden niet, munitie was er niet op overschot en de digitalisering stond - zoals in wel meerdere Duitse sectoren - nergens.

Tijd van blunderen is voorbij

Ook haar opvolgster, Christine Lambrecht van de SPD, leek niet van plan om de tanker echt te keren. Aanvankelijk leek dat ook geen probleem, tot de tijden keerden en de tijd van blunderen op defensie voorbij was.

Na een klungelige nieuwjaarsboodschap en de belofte om Oekraïne te steunen door 2.000 Duitse helmen te sturen, mocht Lambrecht opstappen. Minister van Defensie werd vanaf nu een echte job met een echt takenpakket.

Duitsland zou een leger krijgen dat Europa's sterkste land waardig is. De nieuwe naam die dat in goede banen moest leiden, was Boris Pistorius, een tot dan toe niet zo bekende SPD'er uit Nedersaksen.

Duitsland schoot wakker

Het is niet uit pure liefde dat de omgang met defensie veranderde. De Russische inval in Oekraïne in 2022 heeft het land doen ontwaken uit de droom dat Rusland een normale buur zou zijn, die goedkoop gas kan leveren en voor de rest amper gevaar vormt.

Zeker voor kanselier Scholz en zijn sociaal-democratische SPD was dat schrikken. Binnen de partij was de vriendelijke omgang met Rusland logisch en normaal. Van de beroemde Ostpolitik van Willy Brandt tot een persoonlijke vriend van de Russische president Vladimir Poetin worden bij Gerhard Schröder, tot de zachte omgang van Frank-Walter Steinmeier: Rusland mocht niet als de vijand worden gezien. De verovering van de Krim in 2014 deed weinig alarmbellen afgaan.

Het was voor kanselier Scholz dan ook plots ontwaken. Een paar dagen na de Russische inval in Oekraïne volgde op een zondag voor een volle Bondsdag de tot nu toe belangrijkste toespraak in de carrière van Olaf Scholz: de wereld is 180 graden gedraaid, dus moeten wij ons aanpassen, was de boodschap.

In één klap kreeg "nooit meer oorlog" een nieuwe betekenis: de beste garantie op vrede, is militaire steun aan Oekraïne en een sterk leger dat minder pacifistische ex-vrienden als Rusland afschrikt. Duitsland moest om, in cijfers maar ook in het hoofd. Daarbij was het enthousiasme bij Scholz' coalitiepartners Die Grünen en de liberale FDP als het ware nog groter.

Bondskanselier Olaf Scholz geeft zijn 'Zeitenwende-speech'.
Foto: Belga

Miljarden voor defensie, de NAVO-norm en topleverancier voor Oekraïne

Maar woorden alleen schrikken Moskou niet af en dus moest ook de daad bij het woord gevoegd worden. Een eenmalige investering van 100 miljard euro moest de grootste problemen oplossen. Daarnaast was er het engagement om zo snel mogelijk de "2 procent NAVO-norm te halen". Dit jaar zal dat al het geval zijn: het defensiebudget is zo'n 68 miljard, net iets meer dan 2 procent van het bruto nationaal product. Dat de Duitse industrie daar trouwens mee van profiteert, is meegenomen.

Bovendien is Duitsland - na de VS - de grootste leverancier van militaire hulp aan Oekraïne. Onlangs werd ook nog beslist een derde luchtverdedigingssysteem aan het land in oorlog te leveren.

Dat het niet altijd zo lijkt, is omdat kanselier Scholz er wel in geslaagd is om de daad bij het woord te voegen, maar niet altijd het woord bij de daad. Bij elke stap militaire hulp twijfelt en weifelt Scholz, vaak tot grote ergernis van zijn groene en liberale coalitiepartners. Het lijkt alsof de man in een eeuwige tweespalt verkeert tussen "wat hij moet en wil doen" en "wat hij aan zichzelf uitgelegd krijgt".

Scoren met de Bundeswehr

Dat Scholz zo krampachtig reageert, is niet eens zo gek: ook binnen de Duitse publieke opinie leeft die tweespalt. Een meerderheid van de Duitsers staat achter het Oekraïnebeleid, maar de steun om wapens te leveren, neemt dan weer af als de sterkte en doeltreffendheid van het wapen toeneemt. Alsof er schroom optreedt als de steun ook echt het verschil zou kunnen maken. 

Toch is er veel meer in het hoofd van 'Otto Normalverbraucher' veranderd dan je op het eerste gezicht zou denken. Boris Pistorius is er namelijk in een mum van tijd in geslaagd de populairste politicus van Duitsland te worden, terwijl hij de Bundeswehr steeds meer op de rails krijgt.

Af en toe vallen nog lijken uit kast, maar het is Pistorius wel menens. Dat een minister van Defensie die voor zijn departement strijdt, de meest gewaardeerde in het Regierungsviertel wordt: het is het bewijs dat Scholz' 'zeitenwende' ook effectief iets betekent.

De Duitse minister van Defensie Boris Pistorius.
Foto: AP

Daar is de dienstplicht terug

Op haar congres deze week deed de CDU, de christendemocraten van voormalig kanselier Angela Merkel en momenteel in de oppositie, er nog een schepje bij. De partij is momenteel met kop en schouders de populairste in Duitsland. Die heropleving na de verkiezingsnederlaag in 2021 heeft voor een belangrijk stuk te maken met het feit dat de regering-Scholz totaal niet populair is.

Om zich klaar te stomen tegen de volgende verkiezingen - herfst volgend jaar - beraadt de CDU zich over een nieuwe basisideologie. Na Merkel is de partij ideologisch namelijk zo uitgekleed, dat binnen de CDU je amper iemand kan vinden die echt goed kan zeggen waar de partij voor staat.

Daarbij probeert de CDU zich fel te onderscheiden van de regeringspartijen, maar opvallend: niet door zich aan de andere zijde te plaatsen in het "nieuwe militaire Duitsland". Integendeel: op het congres besliste de CDU, dat, als zij aan de macht komen, de dienstplicht opnieuw ingevoerd moet worden. Die is sinds 2011 niet meer van toepassing. De CDU heeft een concreet plan om geleidelijk de herinvoering te realiseren, die op korte termijn 'tot een verplicht dienstjaar' zou leiden. Het was de belangrijkste beslissing op het belangrijkste ideologische congres in jaren.

Dat de CDU dit beslist terwijl de wind net gunstig in de christendemocratische zeilen blaast, bewijst ook dat Duitslands "moederpartij" gelooft dat de Duitsers om zijn en dat een kleine eeuw na de historische tegenstelling, een sterk leger en pacifisme wel hand in hand kunnen gaan. En dat de Duitsers daar almaar makkelijker mee omgaan.

Meest gelezen