Ingezonden brief: Waarom wordt 'hoogbegaafd' alleen maar cognitief gebruikt?
Willemien Roos en Marion van de Velde schrijven (Nederlands Dagblad 13 juli) over hoogbegaafde kinderen die op school een betere begeleiding nodig hebben.
Het is mij uit het hart gegrepen, maar tegelijk ben ik teleurgesteld over de sterk cognitieve en prestatiegerichte benadering die aan de orde lijkt te zijn.
Kinderen, het is bekend, zijn niet alleen hoogbegaafd als ze klassen kunnen overslaan, maar ook als ze goed zijn in muziek, voetbal, tekenen, dansen, gevoeligheid, begrijpen van anderen, inspireren van anderen of overleven in de jungle.
Het is maar een greep uit de vele mogelijkheden.
Of je die rijke variatie met Cito-toetsen kunt peilen, zou ik niet weten.
Bovendien kunnen kinderen die hoogbegaafdheid met hooggevoeligheid combineren, meer tijd nodig hebben om in deze wereld te wennen. Hun talenten komen dan pas later tot bloei.
Hoe je daarmee omgaat op scholen die prestatie omarmen, zou ik ook niet weten.
Maar waarom willen we zo graag prestaties bevorderen? Waarom zetten we, in onze opgejaagde samenleving, de prestatiebril niet eens wat vaker af als we naar begaafde kinderen kijken of, beter, naar alle kinderen kijken of, nog beter, naar alle mensen kijken? <