© Joris Herregods

“Een kwartier lang proberen we te praten met de mensen. Daarna halen we de politie erbij”

Wij waren er gisteren bij tijdens de thuiswedstrijd van Antwerp tegen Anderlecht, al lag onze focus deze keer niet op de grasmat. We keken vooral aandachtig naar de tribunes en naar wat zich er nog zoal in en rond het stadion van de Great Old afspeelde.

Mischa Bludts

Het was zondag namelijk een risicomatch en uw discreet geklede reporter liep mee met de mannen van Protection Unit, het bedrijf dat sinds kort samen met de stewards van RAFC en de politie op de Bosuil voor de veiligheid zorgt.

Bij de term security denkt men vaak aan mensen die niet geslaagd zijn in hun examen voor de politie of schijnbaar in een halve coma een winkel op de Meir bewaken. “Vroeger klopte dat beeld helaas ten dele. Toen stond er aan de deur van bijvoorbeeld een discotheek vaak een buitenwipper die kickboksen als hobby had en meer problemen veroorzaakte dan oploste”, vertelt Kristof Verwilghen, event branch manager van Protection Unit. “Nu werken we volgens de strikte richtlijnen van de private bewakingswet. Zo zul je bij ons geen vechtlustige cowboys aantreffen. Onze mensen kunnen altijd ingrijpen, maar we werken toch het liefst proactief en verbaal. Ons ideaal is dat iedereen op het einde van de dag rustig naar huis kan, zonder dat er fysieke incidenten hebben plaatsgevonden. We stellen vooral vast en rapporteren. Je kunt stellen dat we ontradend werken en een extra paar ogen voor de politie zijn.”

De vereisten voor een kandidaat-bewakingsagent liggen hoog. “Meertaligheid is om te beginnen een noodzaak: een goede kennis van Nederlands, Frans en Engels is verplicht. En aangezien er in onze sector heel wat is geautomatiseerd, is technische kennis een pluspunt. We zoeken geen universitairen, maar enige intellectuele bagage kan zeker geen kwaad.”

Op de Bosuil begon het voor Protection Unit allemaal met het in de gaten houden van de nieuwe tribune, die toen in aanbouw was. “Men probeerde er geregeld werfmateriaal te stelen. Van het een kwam het ander en nu bewaken we het stadion de klok rond. Ook nu nog zijn er af en toe ongenode bezoekers die ’s nachts, laat ons zeggen, weleens een kijkje in het stadion willen nemen.”

Geweld is uit den boze

Tijdens wedstrijden, zoals gisteren tegen Anderlecht, staat Protection Unit op de Bosuil in voor het beveiligen van de vip-zone. “De stewards van RAFC doen de controle aan de inkom en houden de tribunes in de gaten. Buiten het stadion verzorgt de politie de veiligheid, al zijn ze natuurlijk ook binnen aanwezig. Wij controleren vooral tribune 1, waar de vips zitten en de loges en het restaurant zich bevinden, en zorgen ervoor dat alleen mensen met het juiste toegangsbandje binnen en buiten kunnen. Verder houden we tijdens de afterparty, waar vaak ook spelers aanwezig zijn, een oogje in het zeil.”

Tijdens een wedstrijd zijn er normaal gezien negentien mensen van Protection Unit aanwezig, maar gisteren waren dat er 26. “Het stadion is volledig uitverkocht en bovendien is dit toch wel een belangrijke match, vandaar. We zijn hier trouwens al uren op voorhand actief en blijven vandaag toch zeker tot na middernacht.”

En hebben hun security-agenten eigenlijk veel te doen? “Dat valt best mee, al zijn er altijd wel discussies over bijvoorbeeld zitplaatsen. Die zijn nochtans genummerd, maar als iemand dan niet naast zijn kameraad kan zitten… We gaan trouwens niet oeverloos met boze mensen blijven praten. Als zoiets pakweg langer dan een kwartiertje duurt of ze worden agressief, dan halen we er de politie bij. Fysiek geweld is uit den boze, al mogen we onszelf natuurlijk wel verdedigen als we aangevallen worden.”

Gelukkig was dat zondag niet nodig. De Great Old moest weliswaar in de blessuretijd de duimen leggen tegen Anderlecht, maar de fans gedroegen zich rustig, met natuurlijk de nodige euforie bij die van Anderlecht, terwijl de Antwerp-supporters met stoïcijnse gelatenheid (en weliswaar een begrijpelijk tikje frustratie) huiswaarts gingen. Europees voetbal zit er tenslotte nog altijd in.