In de play-offs al bleek Maaseik zichzelf te hebben gevonden – spelverdeler Vanker verliest de pedalen niet meer – en Roeselare zichzelf een beetje te hebben verloren, met het thuisvoordeel voor de Limburgers in de finale als gevolg. Dat voordeel verzilverde Greenyard donderdagavond in de eerste match van de finale meteen met een duidelijke 3-1-zege. Knack staat er met de rug nog niet tegen, maar ziet de spreekwoordelijke muur toch gevaarlijk dichterbij komen.

“Maaseik bevestigde zijn vorm van de voorbije weken, maar bij ons is nog geen sprake van enige twijfel. Het verschil tussen beide titelconcurrenten blijft heel klein”

Simon Plaskie

Knack Roeselare

In de eerste match van de titelstrijd donderdagavond was enkel de tweede set echt spannend. Zes setballen voor Maaseik, eentje voor Roeselare en een veelzeggende 31-29 op het scorebord. In de overige drie sets was het verschil duidelijker. Knack rechtte de rug na een 2-0-achterstand met duidelijk overwicht en een 21-25 in de derde beurt. Van 7-6 ging het evenwel snel naar 13-7 in de vierde set. Meteen de zwanenzang van Roeselare, dat in die vierde en laatste set geen 20 punten meer kon scoren.

Geen hoofdaanvaller

Het verschil tussen beide ploegen was donderdag alleszins op één positie overduidelijk. Roeselare mag met Seppe Rotty de Speler van het Jaar in de rangen hebben, maar Knack mist duidelijk een opposite. “Ik doe het om de ploeg te helpen, maar ik ben geen hoofdaanvaller, wel een receptie-hoekspeler”, wist Seppe Rotty al voor Nieuwjaar. Aanwinst Diego Gonzales Castaneda mag dan wel Mexicaan zijn, een Ivan Contreras is hij nog lang niet. Als hij of de van Gent overgekomen Hugo Fischer al eens een schaarse kans kregen als hoofdaanvaller, dan kon geen van beiden overtuigen.

Bij Maaseik scoorde opposite en ‘Star of the Game’ Jolan Cox donderdag 27 punten, zijn concullega aan de overkant, Seppe Rotty, 17. “We zullen het zaterdag thuis onder zware druk moeten doen”, concludeerde Roeselare-speler Simon Plaskie bij Sporza. “Maaseik bevestigde zijn vorm van de voorbije weken, maar bij ons is nog geen sprake van enige twijfel. Het verschil tussen beide titelconcurrenten blijft heel klein. Het blijft knokken, want na een zege voor hen of een nederlaag voor ons is het verschil nog lang niet gemaakt.”