Amerikaanse overheid heeft deuren weer geopend, maar patstelling over immigratie is nog niet verholpen

De Senaat en het Congres stemden maandag in overgrote meerderheid voor de enige uitweg uit een doodlopende straat: de terugtocht. De overheid mag weer drie weken geld uitgeven, zo besloten de senatoren. Op 8 februari moet er opnieuw worden gestemd over een verhoging van het bestedingsplafond. En ligt de weg naar de impasse weer open.

De Democraten, die de sluiting hadden veroorzaakt met hun eis dat er een oplossing kwam voor de 700 duizend zogeheten Dreamers, gaven die eis op. In ruil daarvoor kregen ze wel een 'intentieverklaring' van de Republikeinse leider Mitch McConnell, die toezegde dat hij in de komende drie weken 'wetgeving zal oppakken' voor de Dreamers, kinderen die jaren geleden met hun ouders zijn meegekomen tijdens hun illegale grensoversteek.

Nederlaag

Daarmee is de steen des aanstoots een paar weken naar voren geschopt, maar een oplossing niet dichterbij gekomen.

Dat is vooral een nederlaag voor de Democraten, die al maanden denken dat ze de Republikeinse meerderheid tot concessies kunnen dwingen rond de periodieke budgetverhoging. De Democratische leider Chuck Schumer zei zaterdag nog dat de overheid gesloten zou blijven tot er een oplossing voor de Dreamers was.

De toezegging die Schumer maandag van McConnell kreeg is lang niet zo hard als hij wilde. Als het de Senaat al lukt de komende weken een kansrijk wetsvoorstel ter tafel te brengen, en als dat vervolgens door de Senaat wordt aangenomen (dat is mogelijk, omdat gematigde leden uit beide fracties graag een oplossing voor de Dreamers willen), dan is de vraag wat het Huis van Afgevaardigden en president Trump daarvan vinden.

De Republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden schoot in 2013 al eens een immigratievoorstel af. Over het algemeen zijn de volksvertegenwoordigers in de lagere kamer extremer dan in de Senaat.

Hardere lijn

Ook Trump kan een immigratiewet dwarsbomen. Hij is degene die DACA, Barack Obama's gedoogbeleid voor de Dreamers, in september heeft beëindigd. Hoewel hij zijn hoop heeft uitgesproken dat het Congres een oplossing bedenkt (hij vroeg om 'een wet van liefde') en hij vorige week mondeling akkoord ging met twee voorstellen, koos hij vervolgens voor een hardere lijn.

Die onzekerheid over het uitlekgewicht van de gedane belofte leidde tot wantrouwen aan de linkerflank van de Democratische fractie. Potentiële presidentskandidaten als Cory Booker, Kirsten Gillibrand, Kamala Harris en Elizabeth Warren stemden net als onafhankelijk senator Bernie Sanders tegen. 'De opmerkingen van McConnell waren verre van de ijzeren garanties die ik nodig had', zei Harris. 'Ik weiger de levens van 700 duizend jonge mensen in de handen te leggen van iemand die herhaaldelijk op zijn belofte is teruggekomen.'

Maar andere Democraten moesten wel. Zij willen dit jaar herkozen worden in staten die voor Trump hebben gestemd - en moeten dus niet te ver van het midden afdwalen, willen ze een kans maken.

Daarmee werd eens te meer duidelijk dat de scheuren in de Democratische partij, die tijdens de verkiezingen van 2016 aan de oppervlakte kwamen, nog lang niet zijn gedicht.