Minister pakt Nederlanderschap af van twee veroordeelde terroristen

Wie de mannen zijn en wat ze op hun kerfstok hebben, kan een woordvoerder van het ministerie niet zeggen. Wel stelt hij dat ze 'een onherroepelijke veroordeling hebben voor een terroristisch misdrijf'. De twee hebben vier weken de tijd om tegen het voornemen van de minister in beroep te gaan.

Geen actuele dreiging

Volgens De Telegraaf gaat het om twee broers die zich in de regio Rotterdam ophouden. Het ministerie bevestigt alleen dat de mannen op vrije voeten zijn, dat ze de opgelegde straf achter de rug hebben en dat er geen sprake is van actuele dreiging.

Dat Grapperhaus de twee toch het Nederlandse paspoort wil afnemen, komt volgens de woordvoerder omdat 'het kabinet vindt dat mensen met een dubbele nationaliteit die dit soort misdaden plegen het Nederlanderschap moeten kwijtraken'. De wet biedt die mogelijkheid sinds 2010.

Nationale veiligheid

Het is pas de tweede keer een bewindspersoon van deze mogelijkheid gebruikmaakt. De eerste zaak loopt nog, omdat de betrokkene in beroep is gegaan tegen de beslissing.

Eerder dit jaar nam het kabinet voor het eerst het Nederlanderschap af van vier uitgereisde jihadisten die niet waren veroordeeld voor een terroristisch misdrijf. Dat is sinds maart 2017 wettelijk toegestaan als de nationale veiligheid in het geding is. De toenmalige minister Stef Blok (Veiligheid en Justitie) deed dat op basis van 'heel zorgelijke informatie van de inlichtingendiensten over hun aanwezigheid in terroristisch gebied'.

Het is voor het eerst dat Grapperhaus (CDA) besluit om het Nederlanderschap van iemand in te trekken. Voordat hij aantrad als minister sprak hij zich uit tegen het afpakken van het staatsburgerschap van jihadisten die zich in het buitenland bij een terreurgroep hebben aangesloten. 'Integendeel, je moet ze laten terugkomen', zei Grapperhaus in 2015. De minister heeft daarna bij herhaling gezegd dat hij zich in zijn nieuwe rol gewoon achter het beleid schaart.