Direct naar artikelinhoud
Fashion voor mannen

Het zijn gouden jaren voor de mannenmode

Waarom fashion nu ook een mannenzaak is
Beeld Pieter Van Eenoge

Mannenmode boomt. Hoe dat komt, vroegen we aan enkele experts. Omdat mannen eindelijk kimono’s met bloemetjes durven te kopen? Daarover bestaat nog discussie.

De cijfers liegen er niet om. Tussen 2010 en 2015 groeide de verkoop van mannenmode met 17,4 procent en Euromonitor verwacht een nog sterkere stijging de komende jaren. Tussen 2011 en 2015 groeide mannenmode dubbel zo snel als vrouwenmode. Hoe komt dat?

Herbert Hofmann (33), creative director van VooStore, een cutting edge concept store in Berlijn: “Ik merk inderdaad dat ons mannelijke cliënteel ieder jaar groeit. Laatst zei mijn shop manager dat we meer mannenmode in de winkel hebben hangen dan vrouwenmode. Hoe dat komt? Mannen hebben aan vertrouwen gewonnen. Ze houden zich niet langer aan de ­stereotiepe outfit maar zoeken naar inspiratie op het internet. Op platforms zoals High Snobiety en Hypebeast zie je de meest crazy stylings, en sociale media bulken van de popsterren die zich excentriek durven kleden — denk aan Kanye West in een bloesje van het vrouwenmerk Céline. Als je die crazy outfits downsizet naar je eigen, iets normalere smaak, dan is je outfit nog steeds behoorlijk excentriek. En zo geraken mannen in de ban van mode.”

Hendrik Opdebeek (54), manager van STIJL Men, een vaste waarde in Brussel met focus op Belgische mode: “Ik denk dat er inderdaad een soort van emancipatie aan de gang is bij de man. Mannen durven meer met hun uiterlijk bezig te zijn. Neem bijvoorbeeld al die barber shops die tegenwoordig de deur openen, waar mannen hun baard laten verzorgen zoals een eeuw terug. Tien jaar geleden zou dat ondenkbaar geweest zijn.”

Markus Strasser (43), oprichter van PARK, een conceptstore in Wenen, en vriend van Raf Simons: “Ik merk dat de nieuwe generatie van mannen opnieuw meer met avant-gardemode bezig is en meer lef heeft. In de jaren 90 was dat ook zo, maar midden de jaren 2000 is dat wat weggezakt. Vandaag komen ook jongere mannen over de vloer. Vaak om te kijken, dat wel: ze hebben het kapitaal niet. Maar soms keren zij terug en kopen ze in de solden. Ik merk dat zij liever 300 euro geven aan een T-shirt van Raf Simons, dan wekelijks in de H&M te shoppen.”

Hendrik: “Nu, mannenmode is op creatief vlak ook sterk vooruitgegaan. Van professionals hoor ik dat zij de mannendefilés interessanter vinden dan die van de vrouwen. Mannenmode is vernieuwender en alles wat je tijdens de show ziet, kun je ook dragen. De vrouwendefilés zijn al te vaak ­spektakels die dienen om bijproducten zoals handtassen te verkopen – vooral bij grote merken genre Chanel en Dior is dat het geval. Het gaat om het verkopen van een droom en niet om de kleding. Bij mannendefilés wel.

“Mannenmode bestond vroeger voornamelijk uit een jas, een broek, een hemd en zwarte schoenen. Dat is hard veranderd. Raf Simons heeft als eerste de sneaker en de street ­culture op de catwalk geïntroduceerd. Ook heeft hij het slanke silhouet aangebracht dat later door Hedi Slimane is ­overgenomen. Dat leidde tot verjonging en maakte dat er een ander publiek werd aangetrokken.”

'Mannen winkelen anders dan vrouwen. Het internet is voor hen een etalage. Treffen ze er een bepaald high fashion-kledingstuk aan, dan gaan ze zeer gericht op zoek naar de winkel om het te kopen'
Hendrik Opdebeek (54), manager van STIJL Men

Sinds Raf Simons wordt mannenmode sterker gelinkt aan muziek, sport, popidolen en subculturen. Denk maar aan bomberjacks en sneakers. High fashion is daardoor sportiever en stoerder geworden. Heeft dat ook een invloed op de verkoop?

Herbert: “Absoluut. Daar komt nog bij dat sportkledij overal is toegelaten. Hier in Berlijn loop ik in een trainingsbroek een restaurant binnen en iedereen vindt dat oké. Sneakers zijn al langer aanvaard. Mannen hebben het gevoel dat ze meer mogen én meer kunnen.”

Hendrik: “Dat denk ik ook. Mannen winkelen ook anders dan vrouwen. Ze zijn op dat vlak meer nerdy. Het internet is voor hen een etalage. Treffen ze er een bepaald high fashion kledingstuk aan, dan gaan ze zeer gericht op zoek naar de winkel om het te kopen. In feite gaan zij rechtstreeks van de show – waarvan foto’s op internet staan – naar de winkel. Bij vrouwen is dat minder het geval. Zij schuimen een groot aantal winkels af en kopen vaak iets wat in de sfeer zit van wat ze gezien hebben.”

De vier experts in mannenmode. Ze hebben ieder een eigen mening over de plotse groei.Beeld rv

Tegenwoordig is er sprake van een zekere genderfluïditeit: mannen en vrouwen houden zich niet langer aan de genderstereotiepen en doen elkaars kleren aan zonder gêne. Zangeres FKA Twigs draagt een broek van Craig Green op Coachella en er zijn mannencollecties van Raf Simons, Thom Browne en Rick Owens waarin rokken voorkomen.

Herbert: “Vooral vrouwen kopen steeds vaker mannenkleren. Andersom gebeurt het veel minder vaak. Vrouwen vinden ­mannenkleren er minder designy uitzien, minder verfijnd en vooral ‘echter’. Heel wat merken spelen erop in door steeds meer vrouwelijke modellen in te zetten op de catwalk van ­mannendefilés. Er bestaan ondertussen ook vrouwenwinkels die mannenkleren inkopen.”

Markus: “Vijftig procent van de stuks van Raf Simons en Dries Van Noten in mijn winkel wordt gekocht door vrouwen. Genderfluïditeit bestaat al jaren, maar begint nu pas op te ­brengen. De fluïditeit bestaat niet enkel tussen man en vrouw maar stilaan ook tussen jong en oud. Wij proberen dat te ­ondersteunen door voor onze stylings op Instagram een 95-jarig, vrouwelijk model te gebruiken dat zowel de vrouwen- als de ­mannencollecties presenteert.”

‘Laatst heb ik vier kimono’s met een bloemenmotief aan echte ‘mannelijke’ mannen verkocht. Heteromannen zijn steeds meer ­geïnteresseerd in mode’
Markus Strasser, oprichter van conceptstore PARK

Die Instagram-foto’s zijn hilarisch.

Markus: (lacht) “Genderfluïditeit zal blijven groeien. Ik ben vaak verrast hoe open mannen zijn. Een goed voorbeeld is oversized kleding. Wie had tien jaar geleden gedacht dat zelfs de H&M dat soort kleding zou kunnen slijten? Laatst heb ik vier kimono’s met een bloemenmotief van Dries Van Noten verkocht aan echte ‘mannelijke’ mannen. Heteromannen zijn steeds meer ­geïnteresseerd in mode.”

Geert Bruloot (64), eigenaar van Coccodrillo en Louis in Antwerpen, staat sinds 1984 in het vak en ziet de mannenmode ook groeien, maar relativeert tegelijk. “Want het is maar de vraag hoe je mode definieert. Om eerlijk te zijn, zie ik amper nog mode in het straatbeeld. De gemiddelde man draagt ofwel sneakers met een T-shirt en jeans, ofwel een blauw pak met puntige, cognackleurige schoenen.

“En wat betreft die openheid van de man... Weet je wat hier het best verkopende item is? De eenvoudige witte sneaker van Balenciaga. Er wordt niet méér mode gekocht, er wordt meer product gekocht van modemerken. Dat is een verschil. Een wit T-shirt waarop in het klein ‘Balenciaga’ of ‘Gucci’ staat, kun je geen mode noemen. In de beginjaren van mijn winkel vlogen de meest extreme schoenen van Bikkembergs over de toonbank. Vandaag zijn mannen behoudsgezind. In de jaren 70 droegen mannen zoals mijn vader, een zakenman, hoge hakken, brede pijpen en hadden zij een nektapijt. Mode zag er veel extremer uit dan nu. En dat terwijl er destijds amper modepublicaties beschikbaar waren. Ik vind dat wij erop achteruit zijn gegaan.

“Nu, er wordt nog wel goede mode gemaakt: Prada, Walter Van Beirendonck, Dries Van Noten en Rick Owens ontwerpen bijvoorbeeld sterke collecties. Voor de rest wordt er vooral veel herkauwd. Neem nu Gucci: hoe lang kun je nog hetzelfde blijven herhalen?”

‘Vandaag zijn mannen behoudsgezind. In de jaren 70 droegen ze hoge hakken, brede pijpen en hadden ze een nektapijt. Mode zag er veel extremer uit’
Geert Bruloot, eigenaar van Coccodrillo en Louis in Antwerpen

Markus, jij verkoopt Balenciaga noch Vêtements. De creatief directeur van beide merken is Demna Gvasalia, de ontwerper van de ironie die veelal bestaande ‘lelijke’ kleren herwerkt en het grootste rolmodel van de hedendaagse man is. Is het een statement om die merken juist niet in huis te halen?

Markus: “Ik koop enkel wat ik interessant vind. De kids van vandaag kennen de oudere collecties van Margiela niet, waardoor zij niet weten dat Vêtements er een kopie van is. Ik merk dat zelfs de grote modecritici eerder beschrijvend dan kritisch schrijven over mode. Alles mag en is mogelijk, zowel voor de klant als voor de ontwerpers. Toen ik aan de Modeacademie studeerde, was het motto: zoek je eigen stijl en kopieer niet. Nu is dat geen vereiste meer. Het voordeel is dat het leidt tot meer openheid.”

Hoe zal mannenmode evolueren? Komt er nog meer openheid?

Herbert: “Er zullen meer en meer linken gezocht worden met muziek en popcultuur. De zelfzekerheid van de mannen zal blijven groeien waardoor zij mainstream en high fashion nog meer zullen mixen. Ik ken mensen die witte sokken van Nike combineren met kleren van Marni. Hun motto is: Vind ik het leuk? Dan koop ik het. Het beeld zal sowieso ook een stuk kleurrijker worden. De tijden van ‘enkel zwart’ zijn stilaan voorbij. Alles kan gecombineerd worden. Dressy en sporty kunnen tegenwoordig ook samen.”

Hendrik: “Ik merk in de winkel dat de moeilijkste stuks het gemakkelijkst verkopen. Een simpele rolkraagtrui verkoop ik moeilijker dan een excentriek stuk van Rick Owens. Mannen zijn op zoek naar individualiteit. De stijlen zijn erg uiteenlopend: Rick Owens, Dries Van Noten, Jan-Jan Van Essche. Terwijl al die verschillende stijlen appelleren aan verschillende types van mannen, verkopen wij die onder een dak. Een winkel die vasthoudt aan één stijl zal steeds minder van toepassing zijn.”

'Vandaag de dag worden alle voorgaande decennia gemengd. Werkelijk alles is mogelijk'
Markus Strasser, oprichter van conceptstore PARK

Markus: “Jongeren van vandaag hebben een jeugd beleefd in de jaren 2000, het eerste decennium zonder een eenduidige stijl. Vandaag de dag worden alle voorgaande decennia gemengd. Werkelijk alles is mogelijk. Je kiest wat je wilt. Dat zal zich verderzetten.”

Geert: “Ik hoop dat men in de toekomst meer zal focussen op kleine, ambachtelijke bedrijven die op ethisch en ecologisch correcte wijze mode produceren. Het wordt echt tijd dat de mens daarvoor begint te vechten.”

Herbert: "Mannen zullen zich ook altijd ‘mannelijk’ blijven kleden. Wel zullen zij steeds meer een modemerk aandurven met een sterke identiteit. Neem nu Issey Miyake. Tot een tijd terug kon ik die stuks niet inkopen omdat mannen ze te vrouwelijk vonden. Nu wel. Het is echt leuk dat tegenwoordig haast alles kan.”