Direct naar artikelinhoud
RecensieOpera

Kleine grapjes in de personenregie komen niet over, de tragische momenten van het ­verhaal worden niet werkelijk invoelbaar (***)

Un ballo in mascheraBeeld Joost Milde

Dikke rode fluwelen gordijnen in schijnbaar eindeloze rijen achter elkaar. 19de-eeuwse kostuums, met weelderige tournurejurken. Gouden maskers, glitters, zachte, flatteuze verlichting; de liefhebber van oldskool opera haalt zijn hart op bij de nieuwe productie van Opera Zuid, Verdi’s Un ballo in maschera. Waar de opera enkele jaren geleden in Brussel nog in een strak decor van beton werd gegoten, is deze productie onder leiding van regisseur Waut Koeken lekker overdadig. Niet gek voor een operahuis met minimale financiële middelen; Koeken, de intendant van het Zuid-Nederlandse operahuis, zette een slimme co-productie op met operahuizen uit Luxemburg, Nancy en Angers/Nantes.

Je hebt niet per se beton en een kale speelvloer nodig voor geraffineerd theater, laat Koeken overtuigend zien. In Verdi’s opera wordt de Zweedse koning door zijn beste vriend Renato gewaarschuwd voor een samenzwering. De koning bedankt zijn vriend vervolgens door diens vrouw in het geheim te versieren. Het bedrog wordt ontdekt, de vriend sluit zich aan bij de samenzweerders. Tijdens een gemaskerd bal wordt de koning vermoord.

Het gegeven van het masker, van schijn en bedrog versus de naakte waarheid, is bij Verdi al verfijnd doorgevoerd, bijvoorbeeld in het libretto van Antonio Somma, met verzen als ‘wat verbergt u in uw hart’, ‘niets blijft voor mijn blik verborgen’, en in de stemvoering. Koeken gaat nog een stap verder en speelt een duizelingwekkend spel met de tegenstelling tussen verborgen en onthuld, tussen publiek en privé. Op het toneel plaatst hij nóg een toneel, dat verrijdbaar is en geregeld wordt omgedraaid. Wat niet op dat toneel-in-toneel plaatsvindt, wordt daarmee in de backstage-sfeer geplaatst.

Un ballo in mascheraBeeld Joost Milde

De grenzen tussen publiek en privé worden met die ingreep aangescherpt en tegelijkertijd vertroebeld. De koning spreekt zijn volk bijvoorbeeld toe vanaf het podium, maar bespreekt ook, terwijl hij nog op de planken staat, zijn liefdesleven met zijn hofnar. Dat verwarrende effect is even humoristisch als interessant.

De uitwerking loopt echter een tikje achter bij dit barokke concept. De zang is op niveau, zelfs verrassend goed voor een operahuis dat eerder bijna zijn rijkssubsidie verloor vanwege de matige kwaliteit. Jammer genoeg zijn het vooral de acteerkwaliteiten van de zangers die voorkomen dat de regie werkelijk scherp wordt. Kleine grapjes in de personenregie komen niet over, de tragische momenten van het verhaal worden niet werkelijk invoelbaar.

Un ballo in mascheraBeeld Joost Milde

Jason Howard als Renato Anckarström, de trouwe vriend van de koning, lijkt zijn rol in het verhaal maar matig te begrijpen en grijpt terug op clichématige operamaniertjes – ook oldskool natuurlijk, maar niet effectief. Ook in het spel van de koning, hoewel stevig en met pathos gezongen door Adriano Graziani, ontbreekt de vonk die van Un ballo meer had kunnen maken dan een onderhoudende maar dunne voorstelling over bedrog.

Uitblinkers waren de vrouwen: waar de speelse Kristina Bitenc als hofnar Oscar en de gracieuze Melanie Forgeron als waarzegster Ulrica verschenen, hielden zij de toeschouwer in hun greep.

De Philharmonie Zuidnederland, onder leiding van de Vlaamse rising star Karel Deseure, zorgde voor een spannend contrast met het bovengrondse. Uit de bak klonk juist geen overdaad, maar een strakke, opgeschoonde uitvoering. Moeiteloos schakelt het orkest tussen donker bombast en intieme kamermuziek. De psychologische gelaagdheid in de opera waarmee Verdi zich van zijn tijdgenoten onderscheidde, werd dankzij de muziek dan toch overgebracht.

Opera. Un ballo in maschera. Door Opera Zuid. Waut Koeken (regie), Philharmonie Zuidnederland o.l.v. Karel Deseure. 19/5, Parktheater, Eindhoven. tournee t/m 30/6.

Verdi maakte vele gecensureerde versies van zijn opera voor deze eindelijk in première ging.

Opera Zuid koos voor ‘de ongecensureerde versie’ van Verdi’s Un ballo in maschera. Voor de hedendaagse toeschouwer is er niets onbehoorlijks aan deze opera uit 1857-1859, maar voor de Napolitaanse censor was er van alles mis. Vooral het feit dat er op het toneel een koning wordt vermoord was problematisch. Verdi herschreef de opera morrend en verplaatste de handeling van Stockholm naar Stettin in de 12de eeuw, de koning werd een hertog. Later werd dat de 17de eeuw, en nog wat afwijzingen later speelt het verhaal zich af in Boston en was de koning slechts een gouverneur. Eindelijk mocht de opera in première, op 17 februari 1859, maar voor Verdi had het drama zijn kracht verloren.