De zondagetappe naar Napels biedt in principe mogelijkheden voor de sprinters. Of Tim Merlier zich ook in de debatten gaat kunnen mengen, is nog maar de vraag. De spurter van Soudal Quick-Step kwam vrijdag ten val tijdens zijn tijdrit richting Perugia. Buiten beeld en daardoor bleef het meer dan 24 uur onder de radar. Op een oneffen stuk asfalt met stenen verloor hij de controle over zijn tijdritstuur en maakte hij een schuiver aan hoge snelheid. Hij klokte uiteindelijk ook pas als op vijf na laatste renner af en stond 9 minuten toe op ritwinnaar Pogacar. In de zaterdagetappe was het dan ook zaak om te overleven voor Merlier die met schaafwonden over zijn gehele zijkant rondrijdt, van “zijn enkel tot zijn elleboog”, liet ploegleider Iljo Keisse verstaan.

Na zijn ritzege in de etappe naar Fossano hoopte Merlier in deze Giro nog een gooi te doen naar een tweede overwinning. Of hij zijn kansen straks voluit kan verdedigen, moet straks blijken. Voor de geaccidenteerde zondagrit naar Napels, slinken in elk geval zijn kansen. Bij Soudal Quick-Step zijn ze zo niet geneigd om de controle te nemen en voluit de kaart Merlier te trekken. “We verwachten eigenlijk dat Alpecin en Lidl-Trek het laken naar zich toe willen gaan trekken en opnieuw sprinters uit de wielen gaan proberen rijden om de kansen van Groves en Milan te vergroten”, zegt Keisse.

Mauri Vansevenant viel de voorbije dagen terug in het klassement. Hij ging vol in de tijdrit op vrijdag, maar moest uiteindelijk 4’46 prijsgeven. In de rit naar Prati di Tivo zakte hij verder weg. Hij kreeg nog een tik van 14 minuten. Hij mikt vanaf nu op een ritzege.