Deze keer viel Pogacar zelf niet aan op de slotklim, maar beperkte hij zich tot het counteren van aanvallen om het vervolgens af te maken in de sprint. Het leek een logische zege voor de Sloveen, al spreekt hij dat tegen. “Ik had het vandaag echt niet verwacht. Het team deed het vanaf het begin super, waardoor de achterstand op de kopgroep aan de voet van de slotklim goed meeviel. Rafal deed een geweldige lead-out en het is geweldig om weer te winnen op de Prati di Tivo.”

Pogacar vertelde dat het niet echt zijn idee was om de vroege vlucht weinig ruimte te geven en zo de ritzege binnen handbereik te houden. “M’n ploegmaats wilden voor de ritzege gaan toen we de eerste gecatalogiseerde klim over waren. Mikkel (Bjerg, red.) wilde vol gaan voor het terughalen van de kopgroep en hij deed het samen met Vegard Stake Laengen geweldig tot de slotklim. Aan de voet zag ik dat Domen (Novak, red.), Felix Grosschartner (red.) en Rafal (Majka, red.) nog goed zaten en had ik er vertrouwen in dat we vandaag konden winnen.”

Was Pogacar voor iemand bang in de sprint? “We hebben dit jaar gezien dat Daniel Felipe Martínez heel sterk kan finishen, dus ik zag hem als m’n grootste concurrent. Maar ik wist ook dat er aangevallen ging worden, zoals Antonio Tiberi enkele keren probeerde. Hij toonde dat hij in heel goede vorm zit, maar ik had het min of meer onder controle”, aldus Pogacar.

(Lees verder onder de beelden)

Al loopt ook niet alles op wieltjes voor Pogacar. De Sloveen is niet 100% fit. “M’n neus zit wat verstopt, ik denk dat ik wat last heb van allergieën, maar ik ben niet zeker. Het is een beetje vervelend, maar ik denk wel dat het oké zal zijn de komende dagen.”

Zondag wacht een relatief vlakke rit, met in het slot nog enkele knikjes. “Ik hoop dat het een rustige dag wordt, maar de laatste vijftig kilometer zijn tricky en kunnen gevaarlijk zijn, dus er zullen wat zenuwen zijn en we moeten gefocust blijven tot morgenavond en dan is het tijd voor de rustdag. Ik kan al niet wachten.”