Op reis met Vlaamse meesters: Zangvogels, ooit een delicatesse voor de rijken van Antwerpen

Elke week leiden Jos Vandervelden en fotograaf Alexander Dumarey u naar een plek in Vlaanderen of Brussel waar onze grootste schilders hun schildersezel opstelden.  Ooit vonden schilders het de volmaakte plekken om verzinnelijkt te worden op het canvas. Vaak zijn ze het nu nog. Soms zijn ze het niet meer. Het schilderij van toen en het beeld van nu.

Vandaag: “De mis is uit” uit 1866 of hoe schilder Henri Leys een arme vogelvanger de hoofdrol toebedeelde tussen de gefortuneerden van zijn tijd.

Volbloed Antwerpenaar Henri Leys schilderde met “De mis is uit” een tafereel dat hij plaatste midden in zijn florerende stad uit de renaissance. Een adellijk echtpaar met aanzien verlaat de kerk. Andere onberispelijke gelovigen laten uit ontzag de edelen voorgaan. Te midden van vogelkooien zit een jongen op een bank met een doelloze blik. Hij wacht op kopers voor zijn zangvogels. In de hand heeft hij een lijmstok om vogels te vangen.

Het schilderij kreeg de niet onterechte bijnaam "De vogelvanger". Door zijn centrale plaats en de belichting liet Leys de jongen opzettelijk contrasteren met de godvruchtige kerkgangers. Vogelvangers, ook vogelaars of  vinkeniers genoemd, probeerden in de zestiende eeuw met de vangst van consumptievogels in levensonderhoud te voorzien. Al deed ook de burgerij zelf aan "pleziervinken", het was geen stiel met achting. De kerkgangers van Henri Leys lijken dan ook minachtend weg te kijken van de jonge vogelvanger.

Image courtesy of LUKAS - ART IN FLANDERS vzw

Vinken en geelgorzen op het menu

Het lijkt vandaag onvoorstelbaar, maar zangvogels waren lange tijd modieus en deftig voedsel. Kleine vogels werden vooral in de vijftiende en zestiende eeuw als een lekkernij beschouwd door de adel. Allerlei vogelvangst­technieken werden beoefend als hippe sport, te vergelijken met het golf van vandaag. Schilderijen uit die periode met stillevens van rijkgevulde tafels laten zien hoe tussen het traditionele voedsel vinken, geelgorzen, kepen of koperwieken liggen.

Zangvogels werden meestal levend verkocht op vogelmarkten naast vogelwild, kippen, eenden of ganzen. Er werd gevangen met slagnetten, inloopkooien met lokvogels, en stokken die met hardnekkige lijm werden ingesmeerd. Bij het gewone volk stonden zangvogels veel minder op het menu. Het werk woog niet op tegen de geringe hoeveelheid vlees. Vogelvangst werd er eerder als volksvermaak beoefend. Vooral de vinkenzetterij zou nog tot ver in de twintigste eeuw standhouden.

Zangvogels kwamen ook terecht in vogelkooitjes in de huiskamers, werden opgezet of leverden veren voor hoeden en ander decor. Hoeft het gezegd dat vogelvangst op een bepaald ogenblik leidde tot een vermindering van soorten? Zo werd er in Holland in de achttiende eeuw alarm geslagen voor het voortbestaan van de nachtegaal. De verboden op vogelvangst kwamen er pas in de twintigste eeuw.

Montage van Antwerpse stadsbeelden

Henri Leys was historisch zeer goed gedocumenteerd. Hij besteedde in zijn schilderijen buitengewoon veel aandacht aan de kostumering en uitrusting van zijn personages, aan architecturale en landschappelijke details. Maar toch goochelde Leys met de waarheid.

Voor de "De mis is uit" monteerde de schilder twee stadsbeelden aan elkaar. Leys schilderde heel precies de huizen van de Handschoenmarkt, het plein bij de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Antwerpen. Toch speelde het echte gebeuren op de voorgrond zich niet af op de Handschoenmarkt, maar bij de Gratiekapel, een later gesloopt gebouw dat enkele straten verder ligt.

© K.M.S.K. Antwerpen - Foto Hugo Maertens Plaatsnijdersstraat 2 B-2000 Antwerpen België www.kmska.be

De schetsen of etudes die aan dit werk voorafgingen zijn bewaard gebleven, en tonen feilloos de aanpak van Leys. De schets "Oude Korenmarkt, Oud Antwerpen" laat het zicht vanop de Handschoenmarkt zien met de achtergevels van huizen van de Oude Korenmarkt. Leys schilderde de huizenrij zoals ze erbij lag in 1866, met de kathedraal in de rug. Een andere schets toont de Gratiekapel. Leys heeft beide schetsen naadloos samengebracht voor “De mis is uit” en er daarna zijn historische figuren bij geplaatst.

De Gratiekapel werd begin zestiende eeuw gebouwd. In 1882 werd ze gesloopt, ondanks tegenkanting van historici en kunstminnaars. Het laatgotische gebouw leeft wel nog voort in Antwerpen als straatnaam. Ze lag immers op de hoek van de huidige Gratiekapelstraat en de Prinsstraat, nu dichtgebouwd met rijhuizen.

Het waaigat

Op de Handschoenmarkt heeft de tijd veel minder vat gehad. Ze vond haar naam bij de standplaats die pels- en handschoenverkopers er in de zeventiende eeuw hadden. Lang daarvoor was het plein gewoon het kerkhof rond de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. In Antwerpen doet nog een andere benaming de ronde, het "waaigat". Die verwijst naar de harde wind die soms van de Groenplaats langs de hoge kathedraal naar de markt waait. 

Het mag opmerkelijk heten dat de toen al verweerde gevels die Leys schilderde vandaag nauwelijks veranderd zijn. Sommige punt- en trapgevels zijn vrijwel identiek. Ook toen was er duidelijk al een typisch Vlaams scala aan bouwstijlen, maar dat belette Leys niet er een mooie ritmische eenheid in te vinden.

De Henri Leys van de receptiezaal van 't Stad

Henri Leys stak in zijn tijd qua populariteit Rubens naar de kroon. Zijn roem had hij vooral te danken aan historische genretaferelen die de grootsheid van de gouden zestiende eeuw voor Vlaanderen en zijn stad lieten zien. Zijn romantisch-realistische werk bezorgde hem alle eer: de adelstand, erepenningen en kroonordes. Bij leven werd al een straat naar hem vernoemd. En al was hij eerder klein en mollig, Antwerpen gaf hem een standbeeld dat van hem een rijzige en machtige figuur maakte.

Veel blijft van de roem niet meer over. Te vrezen is dat baron Henri Leys vandaag in de eerste plaats bekend is als de man die zijn naam gaf aan de chique receptiezaal  van het Stadhuis van Antwerpen. Daar waar pasgehuwden schuimwijn drinken tussen de muurschilderingen van Leys.

"De mis is uit" van Henri Leys hangt in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen

Meest gelezen