Sportcolumn: Eindelijk goud
De Canadees Jeremy Wotherspoon (41) was als schaatser actief tussen 1995 en 2010 en wordt gezien als de beste sprinter ooit. Jarenlang was hij de te kloppen man, zeker op de 500 meter. Gezegend met een fantastische techniek reeg het fenomeen titels en wereldrecords aaneen. Maar … (veel kampioenen kennen een ‘maar’), Wotherspoon won nooit een gouden plak op de Olympische Spelen; viermaal eindigden ze voor hem in een deceptie. Oké, de schaatser won nog wel zilver op de Spelen van Nagano (1998), maar dat het daarbij bleef was een grote teleurstelling. Zoiets steekt. En het vervelende: iedereen herinnert je er constant aan. Sven Kramer weer er alles van ...
Dan moet het maar als coach, moet Wotherspoon gedacht hebben. In 2015 werd de Canadees aangesteld als sprintcoach van de Noorse selectie. De Noren, die het winnen inmiddels behoorlijk waren verleerd, konden zijn expertise en ervaring goed gebruiken. Een gouden greep, want alleen al de aanwezigheid van de sprintkoning van weleer maakte wat los. ‘Ik ben erg blij te mogen leren van de beste sprinter ooit’, jubelde schaatster Hege Bøkko.
Wotherspoon ging aan het werk met de Noren. Stap voor stap bracht hij zijn ervaring en kennis over aan zijn leergierige leerlingen, onder wie Håvard Lorentzen. Juist die 25-jarige pupil pakte gistermiddag het goud op de 500 meter. Zijn rit tegen Ronald Mulder was er een om in te lijsten, in de geest van Wotherspoon. Het goud van Lorentzen is daarom niet alleen het lang verwachte goud voor de Noren, maar ook voor Wotherspoon. En mooi, Lorentzen vergat zijn coach na zijn winnende race niet, hij kent de olympische geschiedenis van Wotherspoon, die nu toch nog een gouden randje heeft gekregen: ‘Hij is de beste sprinter ooit … en hij heeft nu goud, finally …’