Direct naar artikelinhoud
InterviewHugues Falys

Bioboer sleept TotalEnergies voor de rechter: ‘Ik kan alle mislukte oogsten bewijzen met documenten en foto’s’

Boer Hugues Falys: 'Mijn werk is compleet onvoorspelbaar geworden.'Beeld Anton Coene

Hugues Falys (54), een bioboer uit Henegouwen, heeft als allereerste Belg een multinational, TotalEnergies, voor de rechter gesleept wegens zijn rol in de klimaatcrisis en de gevolgen daarvan voor de landbouw. ‘De opeenvolgende natuurrampen in ons land hebben me wakker geschud. We kunnen echt niet voortdoen zoals we bezig zijn.’

In het Henegouwse dorp Bois-de-Lessines teelt Hugues Falys al meer dan dertig jaar groenten, peulvruchten, aardbeien en granen. Op zijn weiden grazen Charolais-runderen, kloeke koeien met een roomkleurige vacht. Hij is zichtbaar trots.

Hugues Falys: “Mijn koeien leiden hier een rustig leven. Je had me vijf jaar geleden eens moeten bezoeken: toen was mijn veestapel nog groter. Maar ik heb de afgelopen maanden zestig koeien moeten verkopen, met spijt in het hart. Nu heb ik er nog honderd.”

Waarom moest u die verkopen?

“Ik verbouw mijn eigen veevoer voor de winter, maar door de kurkdroge en snikhete zomers van 2018, 2020 en 2022 waren al mijn weiden verschroeid, dus ik kon geen hooi oogsten. Het was onhaalbaar om elke winter extra voer te kopen. Ik móést een aantal koeien van de hand doen.

“Dat ik geen hooi kon binnenhalen was één ding, maar dat mijn koeien afzagen van de hitte, vond ik minstens even erg. De klimaatverandering raakt ons hard.”

U boert al dertig jaar: u hebt het voor uw ogen zien gebeuren.

“Inderdaad. De extremen volgen elkaar op: eerst worden we geteisterd door hitte en droogte, daarna valt de regen plots met bakken uit de hemel en ruïneert die onze oogst. Mijn werk is compleet onvoorspelbaar geworden.

“In 2016 heeft een zware storm mijn boerderij blank gezet, midden in het aardbeienseizoen: alles was naar de vaantjes. Ook een groot deel van mijn aardappelen is toen weggespoeld.

“Uiteindelijk merkt u dat ook: als de oogsten mislukken, betaalt u meer in de supermarkt. Maar het frustrerende is dat de meeste boeren vastzitten aan contracten die bepalen dat ze minder verdienen als ze minder leveren. Het water komt hun nu tot aan de lippen.”

Volgens u is de Franse oliegigant TotalEnergies mee verantwoordelijk voor de klimaatverandering. U hebt het bedrijf voor de rechter gesleept met de steun van de Liga voor Mensenrechten, Greenpeace en de organisatie FIAN. Hoeveel schadevergoeding eist u?

“Het exacte bedrag moet ik nog bepalen, maar het loopt zeker in de tienduizenden euro’s. Ik kan alle mislukte oogsten bewijzen met documenten en foto’s. Ik ben niet op geld uit, want ik overleef dit wel, en de schadevergoeding zal ik doneren aan een organisatie die duurzame landbouw promoot. Het gaat me om het principe: TotalEnergies moet ter verantwoording worden geroepen voor zijn rol in de klimaatcrisis en de impact daarvan op de landbouw.”

Een proces aanspannen is een grote stap. Hoe bent u daartoe gekomen?

“Ik ben woordvoerder van FUGEA, een Waals boerensyndicaat voor landbouwers die groener willen boeren, en zo kwam ik in contact met vrijwilligers van de Liga voor Mensenrechten. Zij hebben me aan het denken gezet. En als we deze zaak winnen, is dat nog maar het begin.”

U eist meer dan een schadevergoeding?

“Inderdaad. TotalEnergies moet zijn koers wijzigen. Ze moeten stoppen met investeren in fossiele brandstoffen en tegen respectievelijk 2030 en 2040 47 procent minder olie en 75 procent minder gas produceren. Ze mogen altijd eens bij mij op de boerderij komen kijken hoe het ook met minder fossiele brandstoffen kan. Ik boer al jarenlang op een propere manier.”

TotalEnergies beweert dat het al miljarden in duurzame energie investeert.

“We mogen niet naïef zijn en ons door hun beloften laten misleiden. TotalEnergies was één van de multinationals die met opzet twijfel hebben gezaaid over de oorsprong van de klimaatcrisis, zodat ze hun gangetje konden blijven gaan. Hun zogenaamde groene investeringen verbleken bij de impact van hun olie- en gasprojecten. TotalEnergies heeft meer dan twintig megaprojecten in de pijplijn, waarvan de impact op het klimaat gigantisch zal zijn. Het bedrijf is de op één na grootste producent van fossiele brandstoffen ter wereld.”

TotalEnergies draait een jaaromzet van 250 miljard euro. Uw strijd heeft veel weg van die van David tegen Goliath.

“Schilder me niet af als een held. Ik ben máár een boer, en ik help enkele ngo’s om de wereld te veranderen. Maar we hebben ons dossier laten nalezen door juristen die gespecialiseerd zijn in de materie, en zij denken dat we een goede kans maken om te winnen.

“Ik ben de eerste Belg die een multinational aanklaagt wegens de klimaatcrisis, maar wereldwijd zijn alleen al in 2022 zo’n tweeduizend klimaatzaken aangespannen, en sommige daarvan zijn ook gewonnen. In Nederland heeft de rechter de multinational Shell een uitstootreductie opgelegd. En dichter bij huis kreeg Klimaatzaak (waarbij 58.000 Belgen zich burgerlijke partij stelden, red.) eind vorig jaar gedaan dat de Belgische overheden de uitstoot van broeikasgassen drastisch moeten terugdringen tegen 2030. “

Uw zaak tegen TotalEnergies zal jaren aanslepen.

“Dat klopt. Gelukkig betalen de ngo’s de gerechtskosten. Oók als TotalEnergies me zou aanklagen wegens laster, iets wat de fossiele industrie wel vaker doet tegen critici, heb ik me laten vertellen. Maar ik laat er mijn slaap niet voor.”

FUNDAMENTALIST

Komt u uit een boerengeslacht?

“Helemaal niet. Mijn ouders werkten allebei in het onderwijs. Ik ben opgegroeid aan de rand van Leuze-en-Hainaut, een kleine stad in de buurt van Aat. Achter ons huis lag een grote boerderij, waar mijn broer en ik als kind onze vrije tijd doorbrachten tussen de dieren. We hielpen de boer soms in ruil voor wat zakgeld. Zo hebben we de smaak te pakken gekregen, want mijn broer is óók boer geworden: hij runt nu een boerderij in Noord-Frankrijk. En ik heb de microbe doorgegeven aan mijn kinderen. Toen mijn zoon 20 was, zei hij me: ‘Papa, ik kan me geen leven inbeelden zonder de boerderij. Als jij er niet meer bent, neem ik die over.’ Nu werken we samen, en dat vervult me met trots.

“Ik heb wel voor bio-ingenieur gestudeerd. Tijdens mijn studie begon het me te dagen dat het huidige landbouwmodel niet toekomstgericht is. In de jaren 90 dacht iedereen dat we voor nog maar vijftig jaar fossiele brandstoffen zouden hebben – omstreeks 2040 zou de hele voorraad uitgeput zijn. Toen ik begon te boeren, wilde ik daartegen gewapend zijn en zocht ik naar alternatieven, en dat is me gelukt.

“Mijn runderen eten uitsluitend gewassen van mijn eigen land. Ik hoef dus geen veevoer te importeren, zoals soja uit Latijns-Amerika. Ik gebruik ook geen kunstmeststoffen, want dan heb je wel een grotere oogst, maar je planten en vruchten zijn kwetsbaarder voor ziektes en insecten en dan moet je naar pesticiden grijpen. Die vicieuze cirkel wil ik niet, want die is slecht voor het milieu én de gezondheid van de consument. Ik doe het anders, en ik ben gelukkig. Ik ken mijn klanten persoonlijk en ik kan ’s avonds met een zuiver geweten naar bed.”

Anno 2024 worden er wel nog altijd olie- en gasbronnen ontdekt.

“Dat klopt. Dat hadden ze dertig jaar geleden niet gedacht. In die tijd maakte niemand zich bovendien druk over het klimaat. Maar de opeenvolgende natuurrampen in ons land hebben me wakker geschud. We kunnen echt niet voortdoen zoals we bezig zijn.”

Eet u vegetarisch?

“Ik denk niet dat je snel een vegetarische boer in België zult vinden, maar je hoeft geen vegetariër te zijn om milieubewust te leven. Mijn vee heeft een kleine CO2-afdruk en ik leef zelf zo klimaatbewust mogelijk, maar ik ontzeg me niet alles. Ik rijd met de auto en ga weleens met het vliegtuig op vakantie. Maar ik kan op andere manieren het verschil maken, zoals met mijn boerderij.”

U bent een bioboer: zo iemand wordt weleens een zweverige wereldverbeteraar genoemd.

“Sommige collega-boeren noemen me een groene fundamentalist: ‘Je tractoren rijden op water in plaats van mazout, zeker?’ (lacht) Ik heb mensen van de FWA (de Waalse tegenhanger van de Boerenbond, red.) zelfs al horen zeggen dat ik een vriendje van de Waalse minister van Leefmilieu (Céline Tellier, Ecolo, red.) ben, maar dat is zwaar overdreven. U zou eens moeten horen wat ze bij sommige Waalse overheidsdepartementen zeggen. Volgens ambtenaren bij de diensten Leefmilieu en Natuur is er in Wallonië geen toekomst meer voor de veehouderij. Het enige wat telt, is de biodiversiteit, en we zouden beter allemaal stoppen met vlees eten.”

‘Ik dénk er niet aan om op te houden, zelfs na de zoveelste droogte of tegenslag. Het is mijn passie, mijn leven, mijn alles.’Beeld Anton Coene

GOEDKOPE IMPORT

De boeren protesteren onder meer tegen de Europese Green Deal, een pakket van groene maatregelen die ook de landbouw treft. Uw activisme valt vast niet bij iedereen in goede aarde.

“Het klopt dat sommige collega’s niet opgezet zijn met mijn acties voor het klimaat. Maar moeten we het altijd over alles met elkaar eens zijn? Bovendien zijn we een volk van ondernemers, die zijn traditioneel allergisch voor overheidsbemoeienis.

“Uiteindelijk komt mijn rechtszaak tegen TotalEnergies alle boeren ten goede. En het is veel geloofwaardiger als een bioboer zo’n proces aanspant, en geen boer met duizenden koeien en varkens, of een landbouwer die veel pesticiden gebruikt.”

U denkt groen en duurzaam, maar u gaat mee betogen in Brussel met boeren die tégen milieubeschermingsregels zijn.

“Inderdaad. Als ik tijdens een manifestatie het woord neem, zie ik sommige collega’s koken van woede. Maar de protesten gaan toch over meer? Ik vind het jammer dat de focus in de media op de antigroene slogans ligt, bijvoorbeeld die tegen het stikstofakkoord. Ik snap wel dat journalisten sappige quotes willen, maar als je een halfuur écht naar een boer zou luisteren, zou je horen dat de milieuregels maar een deel van zijn zorgen zijn. Au fond gaat het over de economische ellende die we al jaren ondergaan. Almaar meer landbouwers kunnen de eindjes niet meer aan elkaar knopen.

“De EU heeft die protesten aan zichzelf te danken. De Green Deal vind ik prima, maar tegelijk hanteert ze een keihard neoliberaal beleid. Ze zet met vrijhandelsakkoorden de deur wagenwijd open voor spotgoedkoop voedsel van overzee. Ze onderhandelt met de Mercosur-landen (de douane-unie tussen Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay, red.) voor meer vrijhandel: Europese boeren zijn bang dat ze straks overspoeld worden door Zuid-Amerikaans rundvlees.

“En dan is er nog het gedoe rond het onkruidverdelgingsmiddel glyfosaat: de EU wil het verbieden, maar ze laat wel de import toe van goedkopere, met glyfosaat behandelde producten uit de rest van de wereld. Dat slaat toch nergens op? Van onze boeren wordt geëist dat ze duurzaam en ethisch verantwoord werken, maar ondertussen moeten ze concurreren met producenten die zich niet aan de spelregels hoeven te houden. Zo jaag je ze de afgrond in en verplaats je gewoon de vervuiling. Telt de gezondheid van de Europeanen plots niet meer? Om over de CO2-uitstoot van al dat vervoer nog te zwijgen. We leven op dezelfde planeet, hè.”

Het valt wel op dat de boeren nog altijd veel steun krijgen.

“Dat klopt. Als we met onze tractoren Brussel binnenrijden, zie ik bijna alleen opgestoken duimen en hoor ik de mensen roepen dat we goed bezig zijn. Het blijft me zelf verbazen. Die sympathie is er altijd al geweest.”

Hoe komt het dat de meeste boeren niet meer van hun werk kunnen leven?

“Boeren is de afgelopen jaren héél duur geworden. Door de oorlog in Oekraïne piekten de energieprijzen, en door de automatische loonindexering is arbeid almaar duurder. Alles kost veel meer dan enkele jaren geleden: zaden, pesticiden, machines... Meststoffen, bijvoorbeeld, zijn nu 50 procent duurder dan twee jaar geleden. De inkomsten, daarentegen, zijn níét gestegen: we krijgen nog altijd geen faire prijzen voor onze producten. Oekraïne is de graanschuur van Europa en dus zijn de graanprijzen even de hoogte in geschoten. Dat leek goed nieuws voor ons, want hogere graanprijzen betekenen ook hogere prijzen voor andere producten, van vlees tot suikerbieten en aardappelen. Maar een halfjaar na het begin van de oorlog zaten de prijzen onder het niveau van vóór de oorlog. Dat was de druppel, in combinatie met de ontplofte energieprijzen.

“De EU helpt ons niet, integendeel. Ze liet meer landbouwproducten uit Oekraïne toe op de Europese markt, maar veel boeren zien dat als oneerlijke concurrentie, die de prijzen nog meer drukt.”

Boeren vereenzelvigen zich met hun beroep: zijn de protesten daarom zo emotioneel geladen?

“Absoluut. Het zijn wanhoopskreten van mensen die het gevoel hebben dat hun levenswerk hun ontglipt. Vraag elke boer wat hij in een ander leven zou doen, en hij antwoordt: ‘Geen idee. Dit is het enige wat ik kan.’ Ik ken amper collega’s die van werk veranderd zijn, en zelf denk ik er evenmin aan om ermee op te houden, ook niet na de zoveelste droogte of tegenslag. Boeren is mijn passie, mijn leven, mijn alles.”

De boer voelt zich een speelbal van de politiek, hoor je soms.

“Ik heb het zelf meegemaakt als woordvoerder van mijn syndicaat. In februari mochten we op de koffie bij Janusz Wojciechowski, de Eurocommissaris voor Landbouw. Hij onderschreef onze kritiek op het neoliberale beleid van de EU. ‘Maar ik kan niets voor jullie doen,’ zei hij. Toen we weggingen, moedigde hij ons aan om te blijven protesteren: ‘Ga zo door!’ Hij staat zélf machteloos. Nog frappanter: de kabinetschef van Charles Michel (voorzitter van de Europese Raad, red.) zei ons dat ook: ‘Blijf op straat komen!’ Eén van de machtigste mensen in Europa vraagt eenvoudige boeren om te blijven protesteren, omdat er niet naar hem wordt geluisterd. Zo invloedrijk is het leger lobbyisten van de multinationals. De druk op de EU om de vrijhandelsakkoorden erdoor te duwen is gigantisch.”

De boeren krijgen vaak te horen dat ze maar moeten uitbreiden als ze willen overleven.

“Het is een fabeltje dat je alleen maar kunt overleven door alles almaar groter aan te pakken, maar daar verdienen vooral de grote boerenorganisaties geld aan, zoals de Boerenbond in Vlaanderen en de FWA in Wallonië. Hun leden moeten almaar grootschaliger boeren en dus méér kunstmest en méér pesticiden aankopen. Op die manier hebben ze al veel boeren de afgrond in geduwd. De meeste landbouwers willen eigenlijk helemaal geen vervuilend megabedrijf leiden, en nu wijst Europa hen met de vinger omdat ze te groot en te vervuilend zijn. Erg frustrerend, als je gewoon het advies van je eigen belangenorganisatie hebt gevolgd. De Boerenbond dénkt er niet aan om zijn leden te helpen kleiner en duurzamer te worden. Integendeel: ze gaan frontaal in de aanval tegen de Green Deal.”

Waarom?

“Ze werken nauw samen met bedrijven die winst maken dankzij de intensieve, grootschalige landbouw. De Boerenbond heeft zelfs belangen in voedingsbedrijven.”

De holding van de Boerenbond heeft een aanzienlijk belang in de veevoedersector. Ze is zelfs voor 99 procent eigenaar van de land- en tuinbouwleverancier Aveve.

“Voilà. Hoe meer dieren een boer heeft, hoe meer veevoer hij moet kopen. Dat betekent dus meer winst voor de bedrijven waarin de Boerenbond een vinger in de pap heeft. Dat gaat ten koste van het milieu én van de boer. De Boerenbond klampt zich vast aan een landbouwmodel dat op zijn grenzen botst, puur uit eigenbelang. En de boeren verliezen grip op hun bestaan. Maar de bond heeft wel de macht aan zijn zijde. Toen ik van de Eurocommissaris voor Landbouw te horen kreeg dat hij niets voor ons kon doen, zaten de Boerenbond en de FWA op hetzelfde moment iets verderop aan tafel bij Ursula von der Leyen, de voorzitter van de Europese Commissie. Zij deed wél toegeving na toegeving voor hen.”

Zoals?

“In plaats van de vrijhandelsakkoorden te herbekijken, gaan de groene ambities op de schop. Zo heeft de EU de landbouwdoelen in haar klimaatplannen voor 2040 verlaagd. Ook heeft ze de plannen om pesticiden minder te gebruiken grotendeels geschrapt. Business as usual.”

Tot slot: bent u optimistisch over de toekomst van de boerenstiel?

“Ik kan begrijpen dat jonge boeren twijfelen over hun toekomst, maar ik geloof er nog in. Door de klimaatverandering zijn er zelfs nieuwe mogelijkheden: in koudere gebieden, zoals in delen van Rusland, kun je nu ook gewassen verbouwen door de zachtere temperaturen. En in België schakelen veel boeren over op de teelt van soja en durumtarwe, wat tot voor kort alleen in warmere gebieden lukte.

“Oké, de klimaatcrisis is ongezien. We wéten wat we moeten doen, namelijk minder CO2 uitstoten. Er gebeurt veel te weinig, en als we blijven talmen, zijn er gewoon geen oplossingen meer. Maar ik ben nu het boek Rien n’est joué van de socioloog Jacques Lecomte aan het lezen. Hij weerlegt met wetenschappelijk onderbouwde argumenten allerlei theorieën van onheilsprofeten. Hij zegt dat we uitdagende tijden tegemoet gaan, maar de mens heeft tot nog toe altijd oplossingen kunnen verzinnen. Ik maak me zorgen, ja, maar ik hoop dat het goed komt. En dat mijn inspanningen, hoe klein ook, iets uithalen.”

© Humo