“Ik zweer (...) de mensenrechten en burgerlijke vrijheden te respecteren en te beschermen en de grondwet, soevereiniteit, onafhankelijkheid, veiligheid en integriteit van de regering te respecteren en te beschermen”, verklaarde de Russische president volgens een AFP-correspondent ter plaatse.

In zijn toespraak richtte Poetin zich nadien ook tot zijn landgenoten en beloofde hij hen dat ze als een “groot en verenigd volk” samen sterker uit deze “moeilijke periode” zouden komen, verwijzend naar de oorlog met buurland Oekraïne. “Samen overwinnen we deze obstakels (...), samen zullen we overwinnen”, klonk het.

“Heilige plicht”

De president stelde voorts dat Rusland zelf zijn eigen lot wel alleen zal bepalen en achtte een discussie met het Westen mogelijk op het vlak van “veiligheid en strategische stabiliteit”, maar “alleen op voet van gelijkheid, met respect voor elkaars belangen”. Poetin zei tot slot dat het een grote eer en verantwoordelijkheid was, en “een heilige plicht”, om Rusland te leiden.

Met deze vijfde ambtstermijn blijft Poetin in principe tot minstens 2030 aan de macht in Rusland, maar als gevolg van een grondwetswijziging in 2020 kan hij er, als hij dat wil, nog eens zes jaar bij doen, tot 2036, het jaar waarin hij 84 wordt.