Wie de afgelopen tijd de klimaatplannen van de formerende partijen heeft gevolgd, had misschien een grote ommezwaai verwacht. "Geen miljardenverspilling aan zinloze klimaathobby's", stond in het verkiezingsprogramma van de PVV. In een motie riep BBB-Kamerlid Henk Vermeer onlangs op tot het "per direct opschorten" van de bouw van wind- en zonneparken.
Zo pakt het klimaatbeleid de komende jaren niet uit. Wie het donderdag gepresenteerde hoofdlijnenakkoord leest, ziet dat de nieuwe coalitie de klimaatplannen van NSC en (vooral) VVD uitvoert. Zij steunden grotendeels het voortzetten van het bestaande beleid.
Toen VVD-Kamerlid Silvio Erkens het hoofdlijnenakkoord samenvatte op LinkedIn, was "blijft" niet voor niets het belangrijkste woord. De wettelijke klimaatdoelen, de klimaatafspraken voor de industrie, de miljardensubsidies voor groene energie: allemaal zaken die grotendeels blijven zoals ze zijn.
Volg ons klimaatnieuws
Miljarden voor waterstof
Toch verandert er van alles. Dat begint al bij de houding rond de klimaatcrisis. Waar klimaatverandering in het vorige regeerakkoord nog "dé uitdaging voor onze generatie" werd genoemd, komt het woord in het nieuwe akkoord nauwelijks voor. "Energieonafhankelijkheid" is nu de reden om te vergroenen. Maar dat gebeurt nog steeds met dezelfde zonnepanelen en windmolens.
Die windmolens willen de coalitiepartijen zo veel mogelijk op zee bouwen. Daar wordt gezocht naar een "zorgvuldige balans" tussen energie en visserij. Het is onduidelijk of dat betekent dat er wordt gesleuteld aan de geplande bouw van duizenden windmolens op de Noordzee.
Eén mogelijke hint: de miljardensubsidies voor de productie van groene waterstof blijven vrijwel ongehavend in stand. En dat duurzame gas moet nou net worden gemaakt met de energie van nieuwe Noordzeewindmolens.
Subsidies voor grote vervuilers blijven
Het doel om in 2030 minstens 55 procent minder CO2 uit te stoten blijft overeind. Maar Nederland wil niet langer olympisch klimaatkampioen worden, zoals Mark Rutte het ooit zei. De nieuwe coalitie wil zich houden aan de Europese doelen en niet meer proberen die te overtoepen.
Tenminste, voor een deel. De partijen willen wel doorgaan met de 'maatwerkafspraken' met grote industriële vervuilers. Die zijn er nou juist op gericht om die bedrijven meer te laten verduurzamen dan Brussel vraagt.
Verschillende geplande aanscherpingen van het klimaatbeleid gaan van tafel. Zoals de verplichte vervanging van cv-ketels door (hybride) warmtepompen. De zware industrie hoeft niet meer te vrezen voor een hogere CO2-heffing vanaf 2028 en krijgt ook geen verhoging van de gasbelasting voor haar kiezen.
Maar uit de financiële bijlage bij het akkoord blijkt dat de euro's op klimaatgebied grotendeels dezelfde kant op blijven vloeien. Er wordt wel 1,2 miljard euro afgesnoept van het klimaatfonds van 35 miljard, en er verdwijnt 1 miljard euro per jaar uit de subsidies voor duurzame energie. Dat laatste is vooral een boekhoudkundige truc: het gaat om geld dat met de huidige energie- en CO2-prijzen op de plank was blijven liggen.
De grootste financiële verschuiving komt in de vorm van 9,5 miljard euro voor nog twee extra kerncentrales. Daarvan wordt 9 miljard euro pas na 2028 uitgegeven, dus na de volgende verkiezingen. De nieuwe coalitie moet hopen dat haar opvolgers ook brood zien in de nieuwe centrales, die vanwege de lange bouwtijd niets zullen bijdragen aan de klimaatdoelen voor de komende tien à vijftien jaar.
Jeroen Kraan is klimaatverslaggever
Jeroen schrijft over (inter)nationaal klimaatbeleid. Hij volgt alle aspecten van de energietransitie, van de grootste industrie tot de cv-ketel op zolder. Jeroen is bereikbaar via jeroen@nu.nl.
Landbouw en luchtvaart blijven buiten schot
De sector waar het klimaatbeleid het minst opschiet, de landbouw, heeft weinig te vrezen van het volgende kabinet. De veestapel hoeft niet te krimpen, met grote gevolgen voor de stikstofuitstoot én de uitstoot van broeikasgassen. Zonder extra beleid zal de landbouw zijn CO2-doel voor 2030 met miljoenen tonnen missen, maar het volgende kabinet laat de boeren op de huidige voet doormodderen.
Dat maakt het volgende zinnetje uit het hoofdlijnenakkoord extra relevant: "Alleen als we de doelen niet halen, maken we extra beleid." Vorig jaar berekende het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) dat het wettelijke klimaatdoel voor 2030 mogelijk gehaald kan worden, maar alleen als alles meezit. Nu de rechtse partijen (zachtjes) op de rem trappen, zal de conclusie volgend jaar vermoedelijk weer negatiever zijn.
Daardoor lijkt het onvermijdelijk dat er in 2025 toch weer nieuwe klimaatmaatregelen moeten komen. Het is twijfelachtig of dit kabinet, met de partij van de shredder en de partij van de groene groei, het dan eens kan worden over die maatregelen. Zo blijft eigenlijk best veel hetzelfde: óók het feit dat allerminst zeker is of de klimaatdoelen gehaald worden.
NUjij: Uitgelichte reacties