Direct naar artikelinhoud
Klimaat

Ja, de klimaatopwarming leidt tot meer oorlog

Voedselbedeling voor mensen in hongersnood in Wajaale, Somaliland.Beeld Benoit De Freine

De klimaatopwarming vergroot het risico op gewapende conflicten. Dat leert een internationale studie gepubliceerd in Nature. Vandaag is de impact nog beperkt, maar in de toekomst kan de opwarming meer opstanden en oorlogen ontketenen.

Klimaatwetenschappers, politieke wetenschappers, historici en andere deskundigen debatteren al decennia over de vraag of de klimaatopwarming een impact heeft op het uitbreken van conflicten. En indien ja, welke dan? Het antwoord op die vraag is essentieel om de humanitaire tol van de opwarming correct te kunnen inschatten.

Een nieuw onderzoek van de Amerikaanse universiteit van Stanford, waarin elf van de meest gerenommeerde en geciteerde specialisten in dit vakgebied hun kennis combineren, leert dat de klimaatopwarming wel degelijk een impact heeft.

Vandaag is die nog niet zo groot. De laatste honderd jaar wordt het risico op een oorlog met het klimaat als oorzaak tussen de 3 en de 20 procent geschat. “Er exacte cijfers opplakken is moeilijk. Dat het klimaat een impact heeft gehad op georganiseerde gewapende conflicten is duidelijk. Maar andere factoren, zoals lage economische ontwikkeling, beperkte staatscapaciteit, ongelijkheid tussen groepen en een recente geschiedenis van geweld, hebben een grotere impact op interne conflicten”, legt econoom Jean-François Maystadt (UAntwerpen) uit. Hij was een van de betrokken specialisten.

In de toekomst stijgt het risico echter aanzienlijk. “In een scenario van 4 graden opwarming neemt de invloed van het klimaat op conflicten toe met een factor 5, een sprong naar 26 procent kans op een substantiële toename van het conflictrisico”, zegt Maystadt. “Zelfs in een scenario van 2 graden opwarming boven pre-industriële niveaus is er meer dan een verdubbeling van de invloed van klimaat op conflict, stijgend naar een kans van 13 procent.” Een opwarming van niet meer dan 2 graden tegen 2050 is het doel van de klimaatakkoorden van Parijs. Een doel dat we dreigen te missen.

Syrië  

De klimaatopwarming kan een domino-effect creëren. Eerst is er een impact op het weer: de opwarming van de aarde gaat gepaard met meer droogtes, stormen, orkanen. Vervolgens op de landbouwproductie en op de economie in het algemeen. En uiteindelijk op ongelijkheden binnen maatschappelijke groepen, migratie en politieke conflicten.

Krijgen we dan straks echte ‘klimaatoorlogen’, die een direct gevolg zijn van de klimaatopwarming? Dat is vandaag moeilijk in te schatten. Een opstand of een oorlog breekt meestal uit door een opeenstapeling van meerdere, met elkaar verbonden factoren die zich doorheen de jaren ophopen. Zo is er in academische kringen de laatste jaren veel gediscussieerd over het verband tussen de klimaatopwarming en de oorlog in Syrië. Volgens sommige experts heeft de aanhoudende droogte in het land een beslissende rol gespeeld. Ook de Amerikaanse krijgsmacht is deze theorie genegen.

In academische kringen is de laatste jaren veel gediscussieerd over het verband tussen de klimaatopwarming en de burgeroorlog in Syrië.Beeld REUTERS

In een rapport uit 2015 aan het Congres in Washington schrijft het Amerikaanse leger dat de droogte, de ergste in ruim vijfhonderd jaar in de regio, nieuwe migratiestromen naar de steden op gang heeft gebracht, die vervolgens de politieke en maatschappelijke spanningen daar hebben doen stijgen. De droogte was de spreekwoordelijke druppel. Volgens anderen is de burgeropstand pas echt uitgebroken nadat dictator Bashar al-Assad enkele belangrijke subsidies voor irrigatie afschafte. Een puur politieke beslissing van een staatshoofd dus. De waarheid ligt wellicht ergens in het midden.

“De grote onzekerheid is hoe klimaatopwarming inwerkt op de traditionele politieke factoren”, zegt Kenneth Schultz, politicoloog van de universiteit van Stanford, in een filmpje over het onderzoek. “Uiteindelijk is het ons doel om hieruit te leren. Bijvoorbeeld over hoe we internationale ontwikkelingshulp verdelen of hoe we crisissen beter kunnen managen.”