© Theo Bruijnen/De Limburger

Man laat echtgenote opnieuw begraven na heibel over een plantje

Het was de laatste wens van de vorig jaar op 46-jarige leeftijd overleden Mariëlla Bruijnen uit het Nederlands-Limburgse Swalmen. Begraven worden op Natuurbegraafplaats Bergerbos in Sint Odiliënberg.

Paul Bots/De Limburger

Op het graf moesten kruiden, lavendel en een vlinderstruik groeien en er moest een kleine heksenbezem prijken, vertelt weduwnaar Theo Bruijnen. Mariëlla deed aan ‘wicca’, een oude natuurreligie waarvan de volgers zichzelf heks noemen.

“Voor de begrafenis, maart vorig jaar, vroeg ik aan de beheerder van Bergerbos of het allemaal mogelijk was met die planten,” vertelt Bruijnen. De vraag werd volgens hem beantwoord met de woorden ‘geen probleem’. “Alleen het lampje dat ze graag bij het graf wilde, was niet toegestaan. Daar kon ik vrede mee hebben.”

Stok met tekst

Acht weken na de begrafenis was er echter een stok met een vermanende tekst in de grond geslagen naast het graf van Mariëlla. Mededeling: ‘dit zijn geen bosplanten, a.u.b. verwijderen’. Bruijnen: “Ja, toen ben ik agressief geworden. Ik heb dingen gezegd die ik misschien beter niet had kunnen zeggen. Ik vond het grafschennis. Een paar weken later hebben we een gesprek gehad met de directeur van de begraafplaats. De begrafenisondernemer was daar bij. Bij het graf hebben we afgesproken wat wel en niet mocht. De directeur keurde de lavendel goed, maar zag die liever niet in een rechte rij staan.”

Voor de duidelijkheid wordt een tekening gemaakt. De planten worden aan de hand van die schets opnieuw geplant. Een paar maanden later is de lavendel echter weg. Verwijderd door de beheerder van de begraafplaats, krijgt Bruijnen in een brief van het bestuur te horen. In de brief krijgt Bruijnen ook een tik op de vingers voor zijn ‘intimiderend gedrag’.

Duidelijke regels

Het bestuur is duidelijk in de brief. Op Bergerbos gelden duidelijke regels voor herdenkingstekens en planten, om te voorkomen dat het natuurlijke karakter wordt aangetast. Alleen planten die op een lijst van de begraafplaats voor komen, mogen er geplant worden.

Bruijnen: “Ze zeggen dat ik die voorwaarden vooraf heb gekregen, maar dat is niet waar. Als ze het meteen gezegd hadden, had ik Mariëlla hier nooit naartoe gebracht. Daarom wil ik mijn verhaal ook vertellen. Om mensen te waarschuwen voor die regels, voordat ze iemand hier begraven.”

Harde woorden

Na het verwijderen van de planten vallen er opnieuw harde woorden. “Mijn vrouw was mijn alles. Ik wil er dan ook alles aan doen om haar graf respectvol te laten behandelen. Die lavendel was door Mariëlla zelf gekweekt, en is gewoon uitgetrokken en doormidden geknakt.”

De spanning loopt zo hoog op dat Bruijnen alleen nog maar op zondagmorgen naar het graf van zijn vrouw durft te gaan. “Omdat ik zeker wist dat ik dan geen beheerder tegen het lijf zou lopen.”

Bergerbos stelt voor om een bioloog te laten bemiddelen. Het mag niet baten. Juristen buigen zich over de kwestie. Het leidt tot een verrassende wending. Het is de advocaat van Bruijnen die voorstelt om ‘omwille van de rust’ en ‘om het geschil definitief te beslechten’ het lichaam van Mariëlla op te graven en haar een nieuwe laatste rustplaats te gunnen. Bergerbos stemt in, en stort de al betaalde grafrechten terug op de rekening. Directeur Huub Kluijtmans van Bergerbos wil tegenover De Limburger niet op de kwestie ingaan. “Maar er moet nogal wat gebeuren wil je het zo ver laten komen”, stelt hij. Over Bruijnen: “Deze man past hier niet.”

Bijsturen

“Mariëlla ligt nu op een kleine begraafplaats in Boukoul”, zegt Bruijnen. “Nee, die beslissing neem je niet zomaar. Ik heb het ook met haar zussen besproken. De beslissing is goed. Het klinkt misschien raar, maar ik weet zeker dat Mariëlla mij vanuit de dood bijstuurt.”

Vorige week is de herbegrafenis geweest. Een heftig moment, vertelt Bruijnen. “Je wil het in één keer goed doen. Nu ligt ze tegen de rand van het bos in een graf mét lavendel en mét vlinderstruik. Ik heb de beheerder van de begraafplaats gevraagd om vooraf schriftelijk te bevestigen dat het mag. Mijn vrouw heeft rust verdiend. De krijgt ze nu. En ik ook. Nu kan ik na tien maanden eindelijk aan mijn rouwproces beginnen.”

Herbegraven: veel papierwerk

Het herbegraven van een lichaam dat nog maar kort is begraven, komt maar zelden voor. De burgemeester moet toestemming geven voor het opgraven en verplaatsen van een overledene. Voordat die goedkeuring komt, moet eerst aangetoond worden dat de verzoeker ook werkelijk het recht heeft om het lichaam te laten verplaatsen. De gemeente Roerdalen werkte snel mee aan de procedure om het lichaam van Mariëlla te verplaatsen, vertelt weduwnaar Theo Bruijnen. Volgens een woordvoerster van die gemeente is het de afgelopen tien tot vijftien jaar twee keer eerder voorgekomen dat een lichaam vlak na de begrafenis werd herbegraven.