Direct naar artikelinhoud
Nieuws

ChristenUnie: bestel Hilversumse omroepen moet totaal op de schop

De Hilversumse omroepen moeten zich op korte termijn voorbereiden op een grondige hervorming van het bestel, zonder taboes. Op tafel komen dan het aantal netten, de afhankelijkheid van reclame-inkomsten en het bestaansrecht van een deel van de huidige omroepen. Dat moet leiden tot een toekomstbestendig bestel, waarbij niet voortdurend financiële gaten gedicht dienen te worden. 

Partijleider Segers eerder dit jaar op het partijcongres van de ChristenUnie in Lunteren.Beeld ANP

Met die boodschap bij de Algemene Politieke Beschouwingen hoopt ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers woensdag het debat over de toekomst van de publieke omroep open te breken. De omroep staat onder druk door snel wegvallende reclame-inkomsten, dalende ledenaantallen en weglopende kijkers. Op korte termijn dreigt een tekort van ruim 60 miljoen euro op de begroting.

Volgens niet officieel bevestigde berichten is de regeringscoalitie bereid nog één keer te hulp te schieten: minister Slob van Media, ook van de ChristenUnie, krijgt 40 miljoen euro tot zijn beschikking om de ergste nood te lenigen. Dat geld zal hij alleen besteden als hij kan instemmen met de plannen van de omroep op korte termijn. Namens de kleinste regeringspartij wil Segers ook op langere termijn verandering . Na het aflopen van de huidige concessieperiode voor de omroepen, die duurt tot en met 2020, moeten de grondslagen voor een nieuw bestel klaar zijn.

Segers zelf ziet een bestel voor zich met minder macht voor de NPO, het overkoepelende bestuur van de omroep. Hij heeft zich in hoge mate geërgerd aan de recente dreigementen vanuit Hilversum dat bezuinigingen vooral ten koste zullen gaan van levensbeschouwing, wetenschap, geschiedenis en journalistieke programma’s. Dat is nou precies niet de bedoeling, vindt Segers. ‘Het is ongewenst dat nu slechts enkele mensen, zoals NPO-directeur Frans Klein, kunnen beslissen wat er wel en niet wordt uitgezonden. Er ligt veel te veel macht bij een paar ongekozen mensen zonder enige achterban. Dat moet veel democratischer worden georganiseerd.’

Verwaterd blazoen

Wat Segers betreft ligt de bal in de nabije toekomst juist bij de omroepverenigingen, die onder druk van vorige kabinetten zijn gefuseerd en daardoor kampen met een verwaterd blazoen. Wat hem betreft moeten zij, om een licentie te krijgen, voortaan overtuigender dan nu kunnen aantonen dat zij maatschappelijk geworteld zijn. Segers: ‘Ik zie een democratische, pluriforme publieke omroep voor me. Wat wordt uitgezonden moet de uitkomst zijn van een democratisch proces. De ledenaantallen spelen een rol in de zendtijd die de omroepen krijgen, maar zij moeten ook allianties aangaan met maatschappelijke organisaties. Dat zou onafhankelijk beoordeeld moeten worden.’

Hij noemt de EO en Omroep Max, beide met een duidelijk afgebakende en grote achterban, als sterke voorbeelden.  Hetzelfde geldt voor ideologisch herkenbare omroepen als WNL en BNNVara. 'En de AVRO, bijvoorbeeld, is van oudsher sterk in cultuur. Ik zie een samenwerking voor me met het Concertgebouw of het Rijksmuseum om maar iets te noemen.’ 

Segers sluit nadrukkelijk niet uit dat in die slag ook enkele van de traditionele omroepen het onderspit zullen delven. Sommige kampen al jaren met een krimpende natuurlijke achterban.

Van het kabinet vraagt Segers om de barrières weg te nemen voor allianties tussen de omroepen en commerciële mediabedrijven zoals de kranten, zodat intensieve journalistieke samenwerking mogelijk wordt. ‘In tijden van nepnieuws en wantrouwen tegen de media kan dat veel opleveren. Maar het gebeurt nu slechts incidenteel, zoals laatst tussen Nieuwsuur en Trouw over de omstreden besteding van Nederlands geld aan Syrische rebellen.’

Intussen zal Hilversum zich in zijn ogen moeten beraden op de vraag of reclame nog een rol blijft spelen. ‘Misschien minder, misschien helemaal niet meer. De vraag hoeveel publieke televisienetten er blijven, hangt nauw samen met het antwoord op die vraag.’