© rr

Wonen de inwoners van Singapore straks onder de grond?

De stadstaat Singapore zoekt een oplossing voor de voorspelde bevolkingsgroei. Ruimte is schaars. De stad kijkt niet naar de hoogte, maar vooral naar de diepte. Heel wat voorzieningen zouden onder de grond kunnen verdwijnen. Daarvoor worden mijnbouwers ingezet.

Sacha Van Wiele

De Zuidoost-Aziatische stadstaat Singapore heeft economisch de wind in de zeilen. Dat zorgt voor een enorme bevolkingsgroei. Het ‘landje’ telt momenteel 5,6 miljoen inwoners en dit op een gebied van 717 vierkante kilometer. Dat is net iets groter dan het Spaanse eiland Minorca.

De voorspellingen zijn dat de bevolking zal groeien naar 6,9 miljoen inwoners tegen 2030. Alleen stelt zich nu de vraag waar deze mensen zullen wonen. In de hoogte bereikte deze stad al de limiet, dus richt het de blik nu naar beneden.

Voetgangerstunnels

De stad trok daarvoor Yingxin Zhou aan. Hij is een mijningenieur. Zijn opdracht is om de ondergrond van de stad in beeld te brengen. “We hebben geen goud, olie of diamanten, maar we graven naar iets even waardevols: ruimte”, zei Zhou op het World Urban Forum.

Er wordt nu een 3D-kaart opgesteld van de ondergrond van Singapore. Daarbij wordt gekeken wat er allemaal al in de grond steekt van bijvoorbeeld leidingen en andere voorzieningen. Het moet ook een beeld geven van waar nog wel mogelijkheden zijn tot stadsuitbreiding.

Het is niet de bedoeling om mensen onder de grond te laten wonen, maar wel om voorzieningen die veel ruimte nodig hebben van de bovengrond weg te halen. Zo werd er al een tunnel aangelegd voor het vervoer van goederen tussen twee industriële gebieden.

Er wordt gedacht aan een stadsuitbreiding over verschillende niveaus. Het gaat van voetgangerstunnels tussen de verschillende wijken tot waterreservoirs, opslag van munitie, spoorwegen, afvalverwerkingsinstallaties en oliereservoirs.

Duurder

Het probleem is dat stadsuitbreiding onder de grond veel duurder is dan bovengronds. Het plaatst ingenieurs voor extra uitdagingen. “Toch kiest het stadsbestuur ervoor om zo veel mogelijk voorzieningen onder de grond aan te leggen”, zegt Zhou. “Wie daar van wil afwijken, moet al met zeer goede argumenten komen.”

Singapore is niet de eerste stad die een oplossing onder de grond zoekt voor de bevolkingsgroei. De Finse hoofdstad Helsinki boorde in de jaren 60 in de rotsen onder de stad om er bijvoorbeeld zwembaden, ijshockeyvelden en een kerk in te richten. Hongkong maakte grotten onder de stad toegankelijk via tunnels om er wagens, computerservers en wijn in op te slaan. Chicago heeft sinds de jaren 50 een heel netwerk van voetgangerstunnels die veertig metrostations met elkaar verbinden. Er zijn ook winkels, restaurants en kleine bedrijven gevestigd. Alleen blijken ze niet echt populair te zijn bij de bewoners. Chicago probeert nu de aantrekkingskracht weer te verhogen.