Direct naar artikelinhoud
SportNederlands handbal

Op weg naar het EK is Deens inmiddels bijna de voertaal van de Nederlandse handbalsters

De Nederlandse handbalvrouwen speelden woensdag een uitzwaaiwedstrijd. De selectie van de Deense bondscoach Helle Thomsen werkt toe naar het EK. Liefst acht internationals spelen in Denemarken.  

Charris Rozemalen test in de uitzwaaiwedstrijd de kwaliteit van het textiel van de Angolese Albertina Cruz Kassoma.Beeld Guus Dubbelman/de Volkskrant

De voertaal in de nationale handbalploeg zou met enige inspanning Deens kunnen zijn. Van de Nederlandse EK-selectie van de Deense bondscoach Helle Thomsen spelen er liefst acht vrouwen in Denemarken. Twee internationals, en niet de minste (Groot en Van der Heijden), hebben jaren in Denemarken gespeeld.

Om het Deense kransje compleet te maken komt de keepertrainer sinds kort ook uit dat handbalgekke Scandinavische land. Lene Rantala, tweevoudig olympisch kampioen (1996 en 2000) onder de lat bij het Deense dynamiet, is deze herfst aangetrokken als coach voor de Nederlandse doelvrouwen, van wie Tess Wester tegenwoordig voor Odense Handbold uitkomt.

Er was een tijd dat er Arnhems en plat Amsterdams werden gesproken op de Nederlandse coachbank. Henk Groener was tot en met de Olympische Spelen van Rio de hoofdcoach; Peter Portengen zijn gebekte assistent.

Na de vierde plaats van Rio gingen de Nederlandse handbalsters verder met Helle Thomsen, een doortastende coach uit Jutland. Dat paste naadloos, omdat Nederland er al jaren in slaagt het Deense speltype, dynamisch, snel en creatief, te kopiëren. Thomsen vroeg na haar aanstelling om een assistent-coach met begrip voor die aanpak.

Zij kon geen betere krijgen dat Olga Assink, tot de doorbraak van Nycke Groot, de beste handbalster uit de Nederlandse geschiedenis met een loopbaan die vooral op Deense grond kleur kreeg. Assink, goed voor 954 doelpunten in het oranje shirt, werd ook gekozen, omdat zij door haar tien jaren bij GOG Gudme en Viborg vloeiend Deens spreekt.

Elke dag aan de lijn

‘Er was tussen ons sowieso direct een klik’, vertelt Assink woensdag vanaf haar huisadres. Ze is sinds kort haar contractueel wankele baan (ze kreeg een dagvergoeding) bij de nationale ploeg kwijt, maar het contact tussen de twee is er nog steeds. ‘We hebben elke dag elkaar nog aan de lijn. Telefoon of Facetime’, zegt Assink, duidelijk tegen haar zin aan de kant geschoven.

Thomsen wil niet te veel over kwijt over de ingreep in haar staf, maar het is duidelijk dat zij Assink mist. De grote cirkelspeelster van weleer begreep haar. Assink: ‘Als Helle boos werd, schold ze tegen mij, in het Deens. Dat heb je echt wel nodig. Dat er iemand is die de hoofdcoach op enig moment rustig houdt.’

Rantala wil zich niet assistent-bondscoach noemen, zoals het Nederlands Handbal Verbond (NHV) woensdag op het wedstrijdformulier voor de gewonnen interland tegen Angola (32-29) vermeldde. ‘Ik ben keepertrainer. Dat is ‘t.’ Thomsen: ‘Lene is keepertrainer. Ik doe de coaching solo. Daar ben ik aan gewend hoor. Jaren zo gedaan. Geen zorg.’

Keepertrainers spreken oog-in-oog met de doelvrouwen in de time-out. De hoofdcoach staat tien meter verderop het kringetje van veldspelers te instrueren. Dat gaat voornamelijk in het Engels. Rantala, die zelf in Noorwegen werkt: ‘Dat is toch het handigst. Ik geef ook snelle aanwijzingen in het Deens. Tess Wester snapt dat, sinds ze in Odense is gaan spelen. Maar dan moet ik het toch nog weer in het Engels overdoen, omdat de andere twee keepsters dat niet begrijpen. Hoewel Jasmina Jankovic veel taalgevoel heeft.’

Olympisch kampioen

Dat Deens een veelgebruikte handbaltaal is, heeft met het uitzwermen van handbalkennis uit dat land te maken. Rantala: ‘Wij werden olympisch kampioen in Atlanta 1996. Daarna kregen we een sterke clubcompetitie. Er was grote belangstelling voor de sport in ons land. Zo zijn wij een groot handballand geworden. In 2016 werden onze mannen olympisch kampioen.’

Estavana Polman gaat scoren voor Oranje, de verdediging van Angola is ontrafelt.Beeld Guus Dubbelman/de Volkskrant

Uit Nederland speelt nu een drietal internationals voor de Deense landskampioen Kopenhagen Handbold: routinier Debbie Bont, topverdediger Kelly Dulfer en talent Larissa Nüsser. Dulfer, gevraagd naar haar kennis van de Deense taal: ‘Joh, ik begin net aan mijn tweede seizoen daar. Ik spreek de taal niet, maar ik begrijp hem wel. Ik krijg vaak aanwijzingen van Thomsen in het Deens, geen enkel probleem.’

Bont, een Volendamse specialist op de hoek, is aan haar vierde seizoen in Denemarken begonnen. ‘Ik spreek de taal vloeiend. Ik wilde, toen ik naar Kopenhagen ging, de cultuur en de taal leren. Dat is gelukt. Ja, ik ken het begrip hygge. Gezelligheid, koekjes, koffie. Dat is van groot belang in Denemarken.’

EK-selectie

Bondscoach Helle Thomsen moet eind deze week haar definitieve keuze maken voor de nationale ploeg die in december in Frankrijk het EK-zilver van 2016 verdedigt. Ze heeft een groot probleem op te lossen. Haar twee cirkellopers van wereldklasse, Yvette Broch en Danick Snelder, zijn niet beschikbaar. Broch is plots gestopt. Snelder is geveld door een rugblessure en kwam maandag op de eerste training van de nationale ploeg vertellen dat zij rust moet nemen. Woensdag werd het tweetal in de gewonnen interland tegen Angola (32-29) vervangen door twee youngsters: Merel Freriks van het Duitse Bensheim en Nikita van der Vliet van het Amsterdamse VOC. Kelly Dulfer, de langste speelster van het team, geldt als een bruikbaar alternatief. Voor Nederland begint het EK volgende week zaterdag met een wedstrijd tegen Hongarije.