Direct naar artikelinhoud

Arsène Wenger vertrekt na 22 jaar bij Arsenal

Lang heeft hij er tegenaan gehikt, maar vrijdagochtend nam Arsène Wenger de moeilijkste beslissing uit zijn leven: hij vertrekt na dit seizoen als manager bij Arsenal. Na 22 jaar komt daarmee een einde aan een tijdperk waarvan de betekenis veel verder gaat dan de drie landstitels en zeven FA Cups (waaronder twee dubbels) die hij met The Gunners heeft gewonnen.

Arsene Wenger in januari 2018.Beeld AFP

De 68-jarige Fransman introduceerde een nieuwe manier van spelen, niet alleen in Noord-Londen maar ook elders op het eiland: elegant, artistiek en perfectionistisch. Zijn magie, echter, was al tijden uitgewerkt, maar hij kon zijn geliefde club maar niet vaarwel zeggen.

‘Boring, boring Arsenal’. Dat zongen fans van andere clubs regelmatig als hun ploegen tegen de rode formatie speelden. Het spel was altijd verzorgd, maar nooit spectaculair. Een nette club, residerend in een van de mooiste stadions van Engeland: Highbury. Deze voetbalcultuur veranderde toen Wenger arriveerde, nadat de club binnen vier jaar tijd vier managers had versleten. Daar was een visionair uit de Elzas, die zijn ploeg avontuurlijk voetbal wilde laten spelen. Dit was geen manager die na een of twee jaar een prijs wint en daarna weer vertrekt. Dit was voor het voetbal wat het aantreden van Tony Blair, een jaar later, voor de Engelse politiek zou worden: het Morgenrood.

In ‘Het land van de hartstocht’, zoals hij zijn geadopteerde vaderland noemde, kneedde hij een ploeg naar zijn gelijkenis, een intelligente en aanvallende eenheid die zou uitgroeien tot ‘De Onoverwinnelijken’. In het seizoen 2003-04 wonnen Patrick Vieira, Kolo Touré, Thierry Henry, Dennis Bergkamp en de hunnen ongeslagen de Premier League, iets dat zelfs het Manchester City van nu niet gelukt is. Fascinerend was zijn tweestrijd, langs de zijlijn, met die andere grootheid uit het Engelse voetbal van de afgelopen dertig jaar: Sir Alex Ferguson, de sluwe en stugge Schot die anders dan Wenger wel eens een schoen, of haardroger, smeet naar een ongehoorzame speler.

Tien jaar na zijn komst moest de bekroning volgen op Wengers ontwikkelingswerk bij de club van de Noordlondense intelligentsia. In zijn land van herkomst trof Arsenal Frank Rijkaards Barcelona in de finale van de Champions League, maar na 1-0 voor te zijn gekomen verloren de Londenaren de wedstrijd in het laatste kwartier. Van deze klap zouden Wenger en Arsenal niet meer herstellen. Jarenlang bleef de prijzenkast ongeopend. Elk jaar leek hetzelfde te zijn: plekje in de top vier en uitschakeling in de kwartfinales van de Champions League. Topspelers vertrokken naar Manchester, van Robin van Persie tot, recenter, Alexis Sanchez. Ondertussen werden de Spurs steeds beter.

De drie FA Cups die Wenger in de herfst van zijn Arsenal-tijd won dienden als troost, en camouflage voor het verval. Vorig jaar liep het de Champions League mis en thans staat het zesde, 33 punten achter de kampioen en 14 achter Tottenham. Wenger, echter, vreest een leven zonder voetbal. Toen hij de bekerwedstrijd tegen Chelsea wegens een schorsing vanaf de perstribune volgde zagen journalisten van dichtbij hoezeer hij fysiek meeleefde, schoppend en hamerend. Zijn spelers, echter, leken het geloof in hem te hebben verloren. Alleen in Europa presteren ze, misschien omdat ze hun voetbalvader als afscheidscadeau de Europa League willen geven.