Direct naar artikelinhoud
Opinie

Tijd om de kiesleeftijd te verlagen naar zestien jaar

Maarten Rabaey.Beeld Tim Dirven

Maarten Rabaey is journalist voor De Morgen.

De Brusselse klimaatmarsen door scholieren toonden de voorbije twee weken niet alleen aan dat jongeren milieubewust zijn, ze tonen ook aan dat ze klaar zijn voor actieve politieke participatie. Wie met goede argumenten kan gaan betogen, verdient het ook te mogen stemmen.

“Komt wijsheid met de jaren, of is een frisse wind hard nodig?”, vraagt onze VS-correspondent Michael Persson zich af wanneer hij het heeft over hoe het Amerikaanse Congres verwerd tot een seniorensociëteit. De gemiddelde leeftijd in de Senaat en het Huis is 59 jaar. De leiders zijn zeventigers. De VS zijn nu een gerontocratie, en dat is een probleem. Gelukkig zetelen er sinds deze maand ook jonge politici als Alexandria Ocasio-Cortez, met 29 lentes de jongste vrouw ooit in het Huis.

In ons land maakten we de voorbije jaren al een eerste verjongingsgolf mee. De premier en veel partijkopstukken zijn jonge veertigers, en steeds meer politici zijn dertigers. Toch kan je argumenteren dat deze verjonging niet verregaand genoeg is.

De klimaatmarsen door – voornamelijk progressieve – scholieren toonden de voorbije twee weken aan dat een grote groep jongeren zich niet vertegenwoordigd voelt door de huidige generatie verkozenen. Aan de radicaal-rechtse kant van het politieke spectrum zie je dan weer conservatief-nationalistische jongeren luidruchtig in de pas lopen van Schild & Vrienden. Tussenin mogen we ook niet de diverse en geanimeerde debatten vergeten van onze vele klassieke studentenverenigingen en scholierenkoepels.

Het is te gek dat de scholieren die vandaag met volwassen argumenten gaan betogen in Brussel, eind mei nog niet mogen gaan stemmen

Politici – en toegegeven, wij als media – luisteren soms te weinig of te laat naar deze jonge, tegendraadse stemmen; van hun visie op onze mobiliteit tot hun zorgen over de toekomst van onze vergrijzende welvaartsstaat. Roos Vonk, auteur en hoogleraar sociale psychologie, legt haarfijn het mechanisme uit waarom we ‘morele weigeraars’ vaak irritant en betweterig vinden, of ze nu goeddoeners zijn of relschoppers. “Wanneer iemands morele superioriteit je irriteert, zou dat altijd aanleiding moeten zijn om in de spiegel te kijken”, schrijft ze. “Mogelijk zie je dan dat het je eigen geweten is waar je last van hebt.”

De uitdaging is nu hoe we beter kunnen leren kijken naar de spiegel van onze samenleving, voor we stikken in ons fijn stof of vooraleer radicalen de spiegel ingooien, waarvoor Tarik Fraihi (Groen) bezorgd waarschuwt

Een mogelijk antwoord is ervoor zorgen dat de volksvertegenwoordiging de stem van de jonge generatie beter weerspiegelt. Het is te gek dat de scholieren die vandaag met volwassen argumenten gaan betogen in Brussel eind mei nog niet mogen gaan stemmen. De tijd is rijp om voor onze parlementen de kiesleeftijd van 18 naar 16 te verlagen.