Shifts van 24 uur voor ambulanciers: ‘stand-by staan is ook werken’

De vakbonden hebben het over ‘cowboypraktijken’. © belga

Ambulanciers zijn het slachtoffer van ‘cowboypraktijken’, vinden de vakbonden. Maar geld om hen voor hun lange shifts – waarbij ze vaak 24 uur achter elkaar stand-by moeten zijn – te betalen, is er niet. Eigenlijk is de cruciale vraag: is stand-by zijn ook werken?

Jef Poppelmonde

Ambuce, de grootste speler op de markt van de private ambulancebedrijven in ons land, heeft de arbeidsinspectie over de vloer gekregen. Aanleiding waren klachten van personeel over een te hoge werkdruk. ‘De ambulanciers die in vast dienstverband werken, hebben een contract voor 38 uur per week’, getuigde een ambulancier aan de Gazet Van Antwerpen. ‘Maar bij het arbeidscontract wordt een addendum gevoegd waarin staat dat van iedereen wordt verwacht om per week drie shifts van 24 uur te presteren. Per maand loopt dat op tot elf of twaalf. Een ambulancier komt dus gemakkelijk aan 300 gewerkte uren, maar wordt slechts betaald voor de helft. Het bedrijf beschouwt het nachtwerk als een wachtdienst, maar dat is onzin.’

Ambuce is geen alleenstaand geval. Op het kabinet van minister van Werk Kris Peeters (CD&V) wordt bevestigd dat ‘al een hele tijd klachten binnenlopen over de uren die ambulanciers moeten presteren’. Daarom neemt de Arbeidsinspectie nu al een tijdje de hele sector onder de loep. ‘Die uren leiden tot onveilige situaties voor zowel de ambulanciers als voor de patiënten’, zegt de woordvoerder van Peeters.

De vakbonden hebben het over ‘cowboypraktijken’ die de sector teisteren.

De problemen situeren zich niet bij de ambulancediensten die door ziekenhuizen beheerd worden, maar alleen bij private ambulancebedrijven. Die groeien de laatste jaren fors in aantal, omdat ziekenhuizen hun ambulances steeds vaker afstoten – omwille van de te hoge kostprijs.

Geen 140, maar 35 miljoen

De kern van de zaak ligt bij de ‘wachtdiensten’ van 24 uur die ambulanciers moeten presteren. Dat is waar de bulk van de klachten over onmenselijke werkomstandigheden zich rond concentreert. De arbeidsinspectie neemt die diensten op de korrel. Maar volgens Jan Christiaen, de ceo van Ambuce, heeft hij geen alternatief. ‘Vandaag hebben wij honderd werknemers in dienst. Om volledig aan de arbeidsregeling te voldoen, zouden wij met drie shifts van acht uur per dag moeten werken. Dan moet ik ook drie keer zoveel personeel aanwerven. Daar heb ik geen geld voor.’

Christiaen verwijst naar een studie van de Nationale Arbeidsraad uit 2016. Die berekende hoeveel extra geld de ‘dringende medische hulpverlening’ nodig zou hebben om óf de shifts van 24 uur volledig uit te betalen, óf om voldoende personeel aan te trekken zodat werken in shifts van 8 uur mogelijk wordt. ‘Ze kwam uit op 167 miljoen euro,’ zegt Christiaen, ‘goed voor zo’n 700.000 euro per standplaats’.

Dat geld is er niet. Minister van Sociale Zaken Maggie De Block (Open VLD) vroeg aan de regering om 140 miljoen euro, maar kreeg uiteindelijk 35 miljoen – of zo’n 150.000 euro per standplaats. ‘Daarmee hebben we het aantal permanentiedagen kunnen terugbrengen van 13 naar 11 à 12. Zonder extra middelen, kunnen wij niet meer doen’, zegt Christiaens.

© lvd

De ambulancesector draait ook op vrijwilligers. Maar die aantrekken, zegt Bart Thys van ACV, is uiterst moeilijk. ‘Het is heel zwaar werk. Je hebt al heel veel idealisme en enthousiasme nodig om het vol te houden – zeker tegen een vrijwilligersvergoeding.’

Slapen, sporten, bingewatchen

De woordvoerder van minister De Block noemt het ‘ongehoord dat een man die de wet overtreedt, zich verschuilt achter een gebrek aan financiering’. Maar de vakbonden bevestigen het verhaal van Christiaen. ‘Wij praten niet goed wat er bij Ambuce gebeurt, maar het klopt dat de overheid een belangrijke verantwoordelijkheid draagt in de financiering van de ambulancediensten.’

Eigenlijk is de cruciale vraag: is stand-by zijn ook werken? Twee jaar geleden nam de Nationale Arbeidsraad ook de permanenties binnen de ambulancesector onder de loep. Tijdens een shift van 24 uur wordt gemiddeld 3 uur ‘gewerkt’ – wat betekent dat de ambulanciers effectief op de baan zijn. ‘De rest van de tijd gaat naar slapen, sporten of bingewatchen’, zegt Christiaen. Volgens hem oordeelde de regering op basis daarvan dat een volledige uitbetaling van die uren – wat de belastingbetaler miljoenen euro’s zou kosten – niet wenselijk was.

De vakbonden bestrijden die visie met vuur. ‘De volle 24 uur geldt als arbeidstijd’, vindt Thys. ‘Stand-by zijn is ook werken. Mensen weten nooit vooraf wanneer ze opgeroepen kunnen worden. Gemiddeld moeten ze drie tot vier keer per nacht uit hun bed, in Antwerpen nog veel vaker. Het is onmogelijk om even vijf uur de ogen te sluiten. Dat is slopend.’

Permanent op waakvlam

Arbeidspsycholoog Hans De Witte (KU Leuven) noemt het een ‘heikel punt’. ‘Ik ben alleszins geen voorstander van zo’n shiftwerk’, zegt hij. ‘Studie na studie toont aan dat het heel schadelijk is voor de gezondheid. Dat het dag- en nachtritme overhoop haalt. En 24 uur aan een stuk van dienst zijn, dat is onmenselijk. Het vraagt een aanhoudende, continue, zeg maar ondraaglijke inzet, die alle mentale en fysieke grenzen overschrijdt.’

Het antwoord ‘dat ze niet de hele tijd moeten werken’, vindt hij tekortschieten. ‘Dat is niet correct en eerlijk. Aanwezig zijn met de mogelijkheid om op elk moment in actie te moeten schieten, is iets heel anders dan thuiszitten. Die mensen staan op waakvlam. Dat vraagt een grote mentale capaciteit en die moet beloond worden.’