Henk van den Herik (92) had als kind ‘vreemde gedachten’ over Joden. ‘Ome Leen vond Hitler een aanpakker’
Henk van den Herik (1932) zag op 14 mei 1940 Rotterdam branden. ‘Mensen knielden op straat, ze smeekten God dat de wind zou draaien en onze wijk gespaard zou blijven.’ Hij was toen acht; nu is hij 92. ‘Ik zie het nog voor me alsof het vandaag is gebeurd.’ Hoe een gewone Rotterdamse jongen de bezetting beleefde.
Als de oorlog begint, is Henk acht. Vijf jaar later heeft hij dingen beleefd die een ander in zijn hele leven niet meemaakt; bommen, beschietingen, honger, zweren op zijn benen ...
‘Ik maakte twee hongertochten, samen met mijn broer. Een keer liepen we naar de Achterhoek, Eibergen, en een keer een hongertocht tot over de IJssel, met mijn moeder. De afstanden ken ik nóg uit m’n hoofd.‘ Maar eerst terug naar het begin.