Menige Zeeuw verkoopt walnoten en zelfgemaakte jam. Anderen drijven een wat grotere handel: in cocaïne
Bij de oprit van een prachtige oude boerderij in Zuid-Beveland sta ik te peinzen over Nederland. Daar is alle reden voor, in een stralend Pinksterweekend vol sappig groen en bloeiend fluitenkruid. Want soms doen die witte bloemen me denken aan het witte poeder, cocaïne.
Ons Zeeuwse vakantiedorp is een oase van welwillendheid. Men verkoopt er zakjes walnoten aan de straat en potjes zelfgemaakte jam en doet nog geen vlieg kwaad. Maar sommigen hebben grotere handel.
Massale politieinzet deed dit dorp twee weken terug opschrikken. De haven van Vlissingen is dichtbij. En via die haven wordt veel drugs gesmokkeld.
Er scharrelen veel kippen rond de stille boerderij waar ik naar kijk. Het is echt een plaatje, Nederland op z’n best! Het Ot en Sien-gehalte en het Jaap en Gerdientje-percentage kunnen mij niet hoog genoeg zijn, lang leve ons erfgoed.
Vlissingen werd zaterdag 18 mei opgeschrikt door alweer een schietincident: het vierde in één week. beeld anp / - Hollandse Hoogte - Rijnhout Media