Leukemans bevindt zich momenteel in Spanje waar hij een tweede verblijf heeft. De zon schijnt, het leven is er goed maar het kriebelt evenzeer bij de in 2015 gestopte renner. Hij weet perfect wat zijn ex-collega’s voelen nu Kwaremont en co aan de horizont opdoemen. “Nu begint het echte werk”, aldus Leukemans. “Onbelangrijke wedstrijden bestaan er niet maar van heel wat renners weet je nu al dat ze in Harelbeke met een andere ingesteldheid aan de start van de wedstrijd zullen staan dan in bijvoorbeeld Milaan-Sanremo.”

Maar ook voor Leukemans zijn Sanremo en al wat voorafging de enige ijkpunten die hij heeft. “Als je mij naar mijn indrukken vraagt: zowel Greg als Phil zijn momenteel minder dan twaalf maand geleden”, klinkt het. “Toen domineerden zij de finale van Harelbeke, samen met Oliver Naesen. Eerlijk gezegd, die rol zie ik hen dit jaar niet spelen. Daarvoor hebben ze de voorbije weken te weinig getoond in de wedstrijden die 8ze tot nu toe hebben gereden.”

Naesen en Vanmarcke

Leukemans schuift twee namen nadrukkelijk naar voor. “Ik verwacht zowel in Harelbeke als in de wedstrijden die volgen enorm veel van Oliver Naesen en Sep Vanmarcke. Sep heeft zich tot nu toe wat weggestoken maar bij hem moet het er eindelijk uit komen. Belangrijk is dat hij zonder zorgen of tegenslagen naar de belangrijkste wedstrijden heeft kunnen toeleven.”

En Naesen gaat nog stappen zetten, weet Leukemans. “Ik heb zo het gevoel dat hij in vergelijking met vorig seizoen nog dat tikkeltje sterker is geworden. En hij gaat met meer zelfvertrouwen aan de start staan. Ook omdat zijn ploeg nog meer in hem gelooft. Ze hebben de kern rond Oliver nog versterkt, een renner voelt zoiets en het maakt hem beter.”

Benoot en Van Aert

De meest tot de verbeelding sprekende ééndagswedstrijd tot nu toe was de epische editie van Strade Bianche, met twee jonge landgenoten in een hoofdrol. “Indrukwekkend wat Benoot daar heeft laten zien”, fluit Leukemans tussen de tanden. “De snelheid waarmee hij een kloof van dertig seconden op Bardet en Van Aert dicht fietste, vond ik al bangelijk. Maar om er dan nog eens meer dan een halve minuut van weg te rijden. Verbaasd? Neen, ik heb nog aan den lijve mogen ondervinden hoe snel Tiesj kan fietsen. Gene gewone. Natuurlijk kan hij ook in Harelbeke een grote rol spelen en meedoen voor de zege. Tiesj kan, net zoals ik (grijnst), op alle terreinen uit de voeten. Dit jaar laat hij Roubaix links liggen en doet hij ook mee in Luik. Of hij moet specialiseren? Tja, ’t is wel de trend. Hij zal in Luik alleen maar renners tegenkomen die hij in het Vlaamse werk niet heeft gezien.”

Benoot heeft nog een troef die Leukemans nooit heeft gehad. “Hij kan ook in het hooggebergte zijn mannetje staan en mag in de toekomst ook op het klassement mikken in rittenwedstrijden als Tirreno-Adriatico of Parijs-Nice. Tiesj is één van de meeste complete renners van het peloton.”

En dan is er nog Van Aert. “Als 20-jarige werd hij vierde in de GP Jef Scherens in Leuven die ik won”, graaft Leukemans in zijn doos met herinneringen. “Een graadmeter? Neen! Maar het is wel een lastige wedstrijd. En wat ik de voorbije weken van Wout heb gezien, heeft enorm veel indruk op mij gemaakt.”

Toch spreekt Leukemans met twee woorden. “Wout is het wegseizoen binnengestapt terend op de conditie waarmee hij wereldkampioen veldrijden is geworden”, klinkt het. “Ik vrees een beetje voor een scenario waaruit zal blijken dat Wout momenteel een beetje over zijn top heen is terwijl de concurrenten almaar beter aan het worden zijn. Maar wat maakt het uit? Het voorjaar van Wout is nu al meer dan geslaagd. Het doet mij nu al uitkijken naar het ogenblik waarop Mathieu van der Poel de overstap naar de weg zal maken. Gaat Mathieu beter zijn als Wout? Ik weet het niet. Misschien is hij in het veld zo dominant vanwege zijn technisch overwicht en heeft Wout meer inhoud voor de weg.”

Voor alle duidelijkheid: Van Aert start niet in Harelbeke en concentreert zich volledig op Gent-Wevelgem en de Ronde van Vlaanderen.

Het blok Quick-Step Floors

Mocht het bij Quick-Step Floors mislopen met Gilbert, dan staat er nog een batterij andere kopmannen klaar. Leukemans: “Maar het zou best kunnen dat Phil er morgen wél staat. Als hij minder is, zoals ik vermoed, dan zijn er nog Terpstra, Stybar en Lampaert om over te nemen. Vier kopmannen, dat is niet altijd een voordeel maar wel bij Quick-Step. Waarom? Omdat bij hen niemand het idee krijgt om buiten de lijntjes te kleuren. Zij streven allemaal naar hetzelfde doel en daarvoor bestaat een plan. Wie het plan niet volgt en volgens zijn eigen instinct koerst, doet er goed aan om te winnen. En zelfs als hij wint, zal hij het achteraf toch te horen krijgen, denk ik. Net daarom is Quick.Step met voorsprong het sterkste blok in koers.”

En tenslotte: Sagan?

En dan is er nog, uiteraard, Peter Sagan. “Hij is zonder twijfel de beste renner van het peloton”, weet Sagan. “Maar iedereen zal zijn wiel viseren en daarom zal Peter ook deze keer stranden op een dichte ereplaats. Wil hij w4innen, dan zal hij solo moeten aankomen in Harelbeke. En dat is zelfs voor Sagan geen makkelijke opdracht.”