Direct naar artikelinhoud
Kernkabinet

Hoe bang moeten we zijn voor Chinese telefoonspionage?

Hoe bang moeten we zijn voor Chinese telefoonspionage?
Beeld REUTERS

De VS verdenken het Chinese telecomconcern Huawei van spionage en vragen om de uitlevering van CFO Meng Wanzhou wegens schending van het handelsembargo tegen Iran. Politicoloog Jonathan Holslag vindt dat België veel meer geld moet vrijmaken om onze informatie te beveiligen.

Op 1 december werd Huawei-topvrouw Meng Wanzhou op vraag van de Amerikaanse justitie opgepakt in Canada. Inmiddels verblijft ze met een enkelband in Vancouver en is een borgsom opgelegd van omgerekend 6,6 miljoen euro.

De gevolgen bleven niet uit: China nam wraak met de arrestatie van de voormalige Canadese diplomaat Michael Kovrig in Peking, gevolgd door de verdwijning van zakenman Michael Spavor. Volgens de Chinese overheid zijn beide Canadezen meegenomen voor onderzoek, omdat ze mogelijk de Chinese nationale veiligheid ­hebben geschonden.

De aanhouding van Meng vormt het ­voorlopige hoogtepunt in de almaar escalerende handelsoorlog tussen de VS en China. Amerika waarschuwt al langer voor de spionagepraktijken van Huawei. Nadat de VS, Australië en Nieuw-Zeeland de telecomgigant van de markt geweerd hebben, bekijkt ook ons land opnieuw de relatie met Huawei. Het bedrijf is leverancier van Proximus en Orange.

Jonathan Holslag.Beeld Bas Bogaerts

Moet ook België Huawei bannen?

Jonathan Holslag: “Het is geweten dat Huawei softwarematig achterpoortjes heeft ingebouwd die toelaten om te spioneren. Het bedrijf beweert dat dit niet doelbewust is, maar er zijn serieuze aanwijzingen over ingebouwde gebreken in de software die toelaten dat je makkelijk kunt ­inbreken.

“Daarnaast zijn er in een aantal Afrikaanse en Aziatische landen incidenten geweest in verband met afluisterpraktijken van Huawei via draadloze telefonie en communicatie. Ook bestaan er ­ernstige vermoedens dat mensen van de Chinese inlichtingendienst werkzaam zijn in de ­onderhoudsteams van Huawei in landen buiten Europa en de VS.

‘Als burger is het alsof je schoon­moeder meeleest in de diepste geheimen van je dagboek’
Jonathan Holslag, politocoloog

“De invloed van Huawei in ons land is groot. Ze zitten in onze kernnetwerken en met de komst van 5G zouden ze nog een stap verder gaan. De datastromen breiden immers voortdurend uit, waardoor we steeds moeilijker kunnen nagaan of bepaalde gegevens doorstromen naar China. Ook worden er meer en meer data via China zelf ­versluisd en gestockeerd.

“Als België Huawei van de markt weert, zou dat beter op Europees niveau gebeuren. Tegelijk moet ieder land en iedere bevoegde minister voor zich in eer en geweten de rekening opmaken.”

Gaat het louter om bedrijfsspionage of zijn we als burger ook de dupe?

“Het gaat om beide. Als burger komt het er als het ware op neer dat je je schoonmoeder mee laat lezen in de diepste geheimen van je dagboek. Via de gestockeerde data heeft men toegang tot alles. Dat soort spionage is niet nieuw, andere landen zijn er al langer mee bezig, maar de vraag is of we dat ook nog eens willen laten gebeuren door een land met een autoritaire staatsvorm.

“Bijkomend probleem is dat de Belgische inlichtingendiensten totaal niet in staat zijn om deze ontwikkelingen het hoofd te bieden. Qua cyberbeveiliging is ons land zo lek als een vergiet. We geven ieder jaar zo’n 40 miljoen uit ter bescherming van miljarden euro’s aan data en kennis. Dat is onaanvaardbaar, de schade alleen al van digitale criminaliteit bedraagt 3 miljard per jaar. En dan hebben we het nog niet over ­industriële spionage, waarvan de schade nog eens kan oplopen tot miljarden euro’s.

‘In België werkt het Centrum voor Cybersecurity met een budget van 12 miljoen per jaar. In China spenderen ze jaarlijks 9 miljard aan cyberveiligheid’
Jonathan Holslag, politocoloog

“Niemand weet momenteel echt wat er ­allemaal aan de gang is. In België werkt het Centrum voor Cybersecurity met een budget van 12 miljoen per jaar en een paar dozijn medewerkers. Dat is niet voldoende om bedrijven als Huawei in de gaten te houden. Ter vergelijking: in China wordt jaarlijks 9 miljard gespendeerd aan cyberveiligheid.

“Onze militaire inlichtingendienst zal tegen 2030 tweehonderd man beschikbaar hebben voor cybernet, dat is rijkelijk laat. Politici beloven iedere keer weer dat de privacy van de bevolking en het wetenschappelijk potentieel van onze industrie beschermd worden, maar dat is een lachertje. We hebben in België nood aan veel meer capaciteit om onze informatie te beveiligen. In het geval van Huawei is daar veel politieke moed voor nodig, gezien de grote invloed van China in ons land.”

In het verleden werden we ook al bespioneerd door de Britse veiligheidsdienst. Moeten we meer op onze hoede zijn voor Chinese ­spionagepraktijken dan voor Engeland of de VS?

“Eigenlijk weten we helemaal niet wie ons ­bespioneert. Maar China vormt een extra bezorgdheid omdat het land voor een politiek model staat dat niet te rijmen valt met wat wij willen. China past intern steeds meer digitaal autoritarisme toe, het gebruikt cyber om een sterk repressief bewind te voeren en het begint dat ook internationaal meer te promoten.

“Daarnaast spelen economische argumenten een grote rol voor Huawei. Het concern is het beste voorbeeld van een uitgekiend staats­kapitalisme. Huawei probeert zich normaal voor te doen door slimme reclame en samenwerking met universiteiten, maar het blijft een ­verlengstuk van de communistische partij in China. Huawei is geenszins te vergelijken met ondernemingen als pakweg Nokia of Samsung.”

De vervolging van Huawei-topvrouw Meng wekt de indruk dat de VS bang zijn dat Huawei hen op technologisch vlak voorbijstreeft. Is er een nieuwe koude oorlog op komst tussen de VS en China op vlak van infotechnologie?

“Absoluut. Het gaat om een bewapenings­wedloop op alles wat te maken heeft met ­artificiële intelligentie, de supersnelle ontwikkeling van chips en kwantumcommunicatie. De vraag die wij ons in Europa moeten stellen, is of we ons straks louter als digitale kolonie willen opstellen of dat we zelf ons steentje bijdragen. We zijn zeer sterk in het uitvinden van technologie, maar we kunnen het niet goed verkopen én we kunnen onszelf niet voldoende beschermen tegen bedrijfsspionage.

‘Als we niet van koers veranderen, bestaat het risico dat we straks afhankelijk worden van zowel Washington als Peking’
Jonathan Holslag, politocoloog

“Op vlak van militaire toepassingen in de ­technologische vooruitgang staan we bovendien nergens. De Chinezen hebben hun eerste ­kwantumsatelliet in een baan om de aarde gebracht, wij lopen hopeloos achter. Dat heeft grote gevolgen voor zowel onze veiligheid als onze autonomie.

“Iedereen klaagt steen en been dat president Trump zo agressief is tegen Europa en dat we met handen en voeten gebonden zijn aan de Amerikaanse militaire macht, maar als we niet van koers veranderen, bestaat het risico dat we straks afhankelijk worden van zowel Washington als Peking.

“Dat is alleszins geen benijdenswaardige ­situatie.”