© *

Geen bad, douche, wastafel of wc: 117.000 Vlaamse woningen ontbreken sanitaire basis­voor­zie­ningen

In 117.000 woningen in Vlaanderen – 4 procent van het totale woning­park – ontbreken een of meer sanitaire basis­voor­zie­ningen, zoals een bad of douche, of een wastafel met mengkraan. Er zijn zelfs nog altijd woningen zonder toilet.

Johan Rasking

‘Indirecte, therapeutische ledverlichting verwerkt in de douchestraal om niet alleen de badkamer te verlichten, maar ook het gemoed van de gebruikers te stimuleren.’ Zo klinkt het in de reclameteksten voor Batibouw, de jaarlijkse hoogmis op de Brusselse Heizel voor bouwers en verbouwers. Batibouw opent zaterdag zijn deuren voor het grote publiek. U kunt er onder meer de allernieuwste badkamertrends en -snufjes bekijken.

In realiteit zouden veel Vlamingen al best tevreden zijn met een woning die hun het nodige sanitaire basiscomfort biedt. Want in liefst 117.000 woningen – 4,3 procent van het totale woningpark in Vlaanderen – is dat niet het geval. Er is bijvoorbeeld geen bad of douche, geen wastafel of geen lavabo met een mengkraan voor warm en koud water (zie grafiek).

Soms ontbreekt het aan de meest elementaire voorzieningen: in 0,9 procent van de Vlaamse huizen en appartementen ontbreekt … de watertoevoer naar de badkamer; in 0,8 procent is er zelfs geen wc aanwezig in de woning.

Daarbovenop kampen nog eens meer dan 430.000 woningen met slecht werkende sanitaire toestellen.

© *

Wooninspectie

Dat alles blijkt uit het Grote Woononderzoek, een enquête uit 2013 naar de woonkwaliteit in Vlaanderen. De studie werd uitgevoerd door het Leuvense Steunpunt Wonen, op basis van een bevraging en een heuse ‘inspectie’ - ter plaatse - van 5.000 woningen. Die oefening levert geen positief beeld op. Als alle criteria in aanmerking worden genomen (vochtproblemen, slecht werkende of onveilige elektrische installatie, gebrek aan isolatie of verluchting,...), verdient liefst 37 procent van alle woningen in Vlaanderen het label ‘ontoereikende kwaliteit’.

Voor woningen op de private verhuurmarkt gaat het zelfs om 47 procent, zegt Sien Winters van het Steunpunt Wonen. ‘De eigen woning wordt veel vaker en sneller helemaal in orde gemaakt dan de tweede woning die wordt doorverhuurd. Voor veel mensen met een laag inkomen zijn die woningen van mindere kwaliteit helaas de enige betaalbare optie op de huurmarkt.’

Oude huizen

De slechte woonkwaliteit is voor een groot stuk te verklaren door de hoge ouderdom van veel woningen. Hoe ouder, hoe meer kans op een gebrek aan comfort.

Volgens de federale administratie van de Patrimoniumdocumentatie (zeg maar het vroegere ‘Kadaster’) is liefst 20,3 procent van het totale woningpark in Vlaanderen ouder dan honderd jaar. Het gaat om bijna 300.000 woningen die dateren van voor 1918, dus van voor het einde van de Eerste Wereldoorlog (zie grafiek).

Die situatie is nog zorgwekkender in Brussel en Wallonië, waar meer dan één woning op de drie ouder is dan honderd jaar.

© *

Volgens de databank van het kadaster is het zelfs ronduit dramatisch gesteld met het sanitair comfort in Vlaanderen. De zogenaamde ‘kadastrale statistiek over 2017’ leert dat er in 12,8 procent van alle woningen in Vlaanderen ‘geen badkamer aanwezig is’. Dat is omgerekend in één woning op de acht.

Kan dat? Nee, zegt experte Sien Winters. ‘Die cijfers kloppen niet met de realiteit. De databank van het kadaster is hopeloos verouderd. Vele tienduizenden Belgen hebben het kadaster in de voorbije decennia niet ingelicht over verbouwingen of renovaties die ze aan hun woning hebben doorgevoerd, zoals de plaatsing van een nieuwe, moderne badkamer, of de vervanging van een oude kachel door cv. Die comfortverbetering blijft onder de radar van de overheid omdat er voor dit soort kleine verbouwingen geen bouwvergunning nodig is.’

Er is een eenvoudige verklaring voor het feit dat veel woningbezitters het kadaster niet correct inlichten over het (gestegen) comfort van hun woning. Als ze dat doen, stijgt hun woning in waarde (het kadastraal inkomen) en moeten ze een hogere onroerende voorheffing betalen.

Af en toe weerklinkt de roep om het volledige kadaster een grondige update te geven. Maar geen enkele politicus durft zich aan zo’n correctie te wagen, want dat zou op een forse belastingverhoging neerkomen. De federale minister van Financiën, Johan Van Overtveldt (N-VA), heeft in 2015 een onderzoek aangekondigd naar de haalbaarheid van zo’n update, maar tot op heden zonder enig resultaat.