© Fred Debroyk, Mia Uydens

David Van Reybrouck ziet actie voor klimaat nog groeien: “Deze jongeren laten zich niet zomaar afpoeieren”

“De klimaatjongeren worden talrijker, fantastisch. De energie hebben ze dus al mee, nu moeten de juiste eisen op tafel komen.” David Van Reybrouck, auteur en een van de achttien ambassadeurs van de Klimaatzaak, is onder de indruk van de grote opkomst op de klimaatmars in Brussel.

Karin Vanheusden

“Ik ben onder de indruk, maar ook dankbaar voor het engagement van deze jongeren en omdat ze voor het klimaat, misschien wel hét belangrijkste thema voor de mensheid om voor op straat te komen, onder de aandacht brengen”, zegt David Van Reybrouck. “Op zo’n fijne, feestelijke manier dan nog, zonder rellen of andere opstootjes. Ik zie deze beweging nog groeien. De Franstalige jongeren waren er gisteren voor het eerst bij. Die groep zal wellicht groter worden en waarschijnlijk sluiten volgende week ook de studenten, die nu nog examens hebben, zich aan.”

Kop koffie

David Van Reybrouck heeft zich de voorbije week geërgerd aan de vele discussies over spijbelen. “Vreemd dat de discussie alleen maar daarover gaat en niet over het klimaat, de belangrijkste uitdaging ooit. Ik weet dat deze jonge mensen zich niet zomaar zullen laten afpoeieren. En ze zijn met veel.”

“Ik vond de uitnodiging van de politici, die overigens zeer snel kwam, maar een beetje goedkoop. Ze was misschien wel deels oprecht, maar deels ook uit opportuniteit. Maar goed, een viertal scholieren op de koffie vragen, is gemakkelijk gebeurd. Het is nu aan de jongeren om boter bij de vis te vragen en concrete eisen op tafel te leggen. En als ik het juist inschat, zullen ze zich niet gemakkelijk laten afschepen.”

Grote moeilijkheid nu, volgens Van Reybrouck, is de regering in lopende zaken. “Er zal nog weinig bewegen voor de verkiezingen van 26 mei, een datum die nog ver weg ligt. Maar de jongeren moeten nu resultaat boeken.”

Principeverklaring

Hoe moeten politici omgaan met het protest van de jongeren? David Van Reybrouck heeft drie suggesties die volgens hem zowel voor de politici als voor de jongeren zinvol zijn om over na te denken. “De jongeren moeten de politieke partijen zo ver krijgen dat ze zwart op wit hun engagement voor het klimaat uitspreken. Dat moet een soort van principeverklaring worden waarin ze duidelijk stellen dat het klimaat topprioriteit is bij de besprekingen van de regeringsvorming. Opgesteld in samenwerking met de jongeren en ondertekend door alle politieke partijen.”

Een staten-generaal van de jeugd, zoals afgelopen dagen al werd gesuggereerd, vindt Van Reybrouck ook een goed idee, tenminste als het op een dynamische manier gebeurt.

Een derde mogelijkheid is burgerparticipatie. In 2011 bracht David Van Reybrouck mee de G-1000 samen, een burgertop met willekeurig gekozen burgers die vanuit het idee van burgerparticipatie aanbevelingen uitwerkten om uit de politieke impasse te geraken. Aanleiding was immers de aartsmoeilijke regeringsformatie die pas na 541 dagen onderhandelen is rond gekomen.

Burgerparlement

“In dezelfde lijn kunnen de jongeren ook ijveren voor een burgerparlement, waarin ook volwassenen zetelen en waarin concrete aanbevelingen voor het beleid worden gedaan. Zo’n burgerassemblee zou zich bijvoorbeeld kunnen buigen over kernenergie. Hierover is al zo veel gezegd en geschreven, maar wie heeft nu echt de tijd genomen om te bekijken of we de kerncentrales inderdaad moeten afbouwen of net niet? In feite moeten onze politieke leiders dankbaar zijn dat deze jongeren voor hen de kastanjes uit het vuur halen. Dan kunnen ze achteraf zeggen dat het niet hun idee was, maar dat van de jongeren. Zo hebben ze dat in Ierland ook gedaan met het referendum over abortus.”

“Hopelijk wordt het wat, want ons klimaatbeleid is een fiasco. 75.000 betogers voor het klimaat en twee dagen later op de Klimaattop in Polen ambitieuzere klimaatdoelstellingen weigeren te onderschrijven. 50.000 mede-eisers in de Klimaatzaak en na drie jaar tot de beslissing komen … in welke taal het behandeld zal worden.”