Jozef, zonder baard
Onmiddellijk werd hij uit de kerker gehaald, hij werd geschoren en kreeg schone kleren aan.
Genesis 41, vers 14b
Soms is het een detail dat de authenticiteit van een verhaal verraadt. De politie kan bepaalde details bewust achterwege laten wanneer gegevens rond een misdaad worden verstrekt. Wanneer iemand dan met een verhaal komt waarin zo’n detail wel wordt genoemd, gaan alle lampjes op rood.
Ook bijbelverhalen kunnen details bevatten die de echtheid van wat wordt verteld onderstrepen. Vandaag een mogelijk voorbeeld uit de geschiedenis van Jozef.
Maar eerst iets anders. Mannen dragen weer baarden. Wie begon er mee? Zit de modewereld, zitten Victor & Rolf er achter? Werden mannelijke modellen eerder door een bad met ontharingscrème getrokken voor ze de catwalk op mochten, nu treden zij ons even harig als quasi-nonchalant tegemoet.
De baard is een verschijnsel dat komt en gaat. Ook in het Midden-Oosten? Leviticus 19 vers 27 verbiedt mannen die in de rouw zijn stukken uit hun baard te knippen. Veel afbeeldingen van Jezus geven hem een baard. Ayatollahs spreken hun volk toe vanuit zorgvuldig bijgehouden baarden, ISIS bestond uit louter baardapen. Moet het enthousiasme waarmee van het kalifaat bevrijde mannen naar de kapper rennen gezien worden als enkel het symbolisch knippen en scheren van ISIS? Ook daar lijkt het beeld divers. Toen ik, alweer jaren geleden, zomers af en toe een korte cursus op Cyprus verzorgde, leerde ik dat een geestelijke er geacht wordt een baard te dragen. Een baardloze westerse gastdocent werd geaccepteerd, maar ik begreep wel dat als je daar echt aan de bak wilt als predikant of priester, de baard een ‘must’ is.
Hoe zat dat in de Oudheid, meer specifiek: in Egypte? Egyptische farao’s lieten zich zorgvuldig scheren, maar droegen wel valse, metalen baarden (zie bijvoorbeeld het dodenmasker van Toetanchamon). Zelfs vrouwelijke farao’s konden ze dragen. Met deze nepbaarden imiteerden ze de goden (bijvoorbeeld Osiris). Het suggereerde een verband tussen farao’s macht en goddelijke macht. Later gold de baard weer als teken van armoede én als een kenmerk van buitenlanders, op wie Egyptenaren neerkeken (zie Genesis 43, vers 32). Op Egyptische afbeeldingen tref je vrijwel consequent gladgeschoren Egyptenaren naast even consequent bebaarde buitenlanders aan.
En nu naar Jozef, in de gevangenis voor de elite. De schenker voor wie, als Jozef zijn droom mag uitleggen, eerherstel wacht, vergeet hem compleet. Maar dan droomt farao van graan en grazers. De schenker herinnert zich Jozef, de droomuitlegger. Jozef wordt gehaald. Maar eerst krijgt hij een scheerbeurt: ‘… hij werd geschoren en kreeg schone kleren aan.’ Dit lijkt me typisch zo’n detail dat de authenticiteit van deze geschiedenis onderstreept. Waarom zou Jozef, Hebreeër, geschoren moeten worden? Om er voor farao presentabel uit te zien. Vast niet omdat hij een hekel had aan zijn baard of omdat het hem – gevangenismanager – eerder aan een scheermes ontbrak.