Direct naar artikelinhoud
AnalyseRegeringsrapport

‘Op deze manier slagen we er niet in om ons voor te bereiden op de vergrijzingsgolf’: het rapport van de regeringen in Welzijn en Volksgezondheid

‘Op deze manier slagen we er niet in om ons voor te bereiden op de vergrijzingsgolf’: het rapport van de regeringen in Welzijn en Volksgezondheid
Beeld Mine Dalemans

Voldoende kinderopvang, betere psychologische zorg en betaalbare woon-zorgcentra: de beloftes van de Vlaamse en de federale regering waren niet min aan het begin van de legislatuur. Hoe hebben ze het er in Welzijn en Volksgezondheid vanaf gebracht? ‘De omvorming van de psychologische eerstelijnszorg is een grote vooruitgang.’

en

Pandemieplan

‘Met een generiek pandemieplan moet ons land zich beter voorbereiden op een volgende pandemie en mee in de frontlinie staan in de bestrijding van toekomstige ziekten.’ (federaal)

Je zou het al snel vergeten, maar de federale regering zag het licht in volle coronapandemie. Logisch dan ook dat er in het regeerakkoord aandacht gaat naar hoe we ons beter kunnen voorbereiden op een volgende pandemie.

En daar heeft de regering ook werk van gemaakt. Zo richtte de KU Leuven eind vorig jaar, met behulp van subsidies van de overheid, een state-of-the-art-virusbank op in Heverlee.

In de virusbank zijn virussen van zo goed als alle bekende virusfamilies terug te vinden, net als een portfolio van de bestaande wetenschappelijke literatuur van die families. Ook herbergt de virusbank zo’n 350.000 moleculen van mogelijke medicijnen.

Het doel is om sneller te kunnen reageren als er een nieuwe epidemie dreigt uit te breken, maar ook om onderzoek vooruit te helpen naar virussen waartegen nog geen virusremmers of vaccins bestaan.

Pandemieplan
Beeld Jannik Stegen

Geestelijke gezondheidszorg

‘Er komt een groeipad voor de geestelijke gezondheidszorg. De terugbetaling van psychologische zorgen door klinisch psychologen en klinisch orthopedagogen is de eerste prioriteit’ (federaal)

Een van de grote voornemens van federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) was om psychologische zorg een stuk betaalbaarder en laagdrempeliger te maken. De nieuwe conventie, waardoor mensen de eerste keer gratis en daarna voor een aantal sessies voor 11 euro naar de psycholoog kunnen, kwam door de nodige kinderziektes moeizaam op gang.

Vandaag is de balans wel overtuigend. Sinds 1 september 2021 maakten al 329.096 mensen gebruik van de nieuwe conventie: 215.553 volwassenen en 113.543 jongeren (tot en met 24 jaar).

“De omvorming van de psychologische eerstelijnszorg is een grote vooruitgang”, zegt Kirsten Catthoor, hoofd van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie. “Door een bezoek aan de psycholoog toegankelijker te maken, kunnen we problemen sneller opsporen.”

Voor de groep mensen die al hardnekkige psychiatrische problemen hebben, is er volgens experts veel minder gebeurd in deze legislatuur. “De uitstroom uit de psychiatrie loopt bijzonder moeilijk”, zegt Frieda Matthys, voorzitter van de Staten-generaal Geestelijke Gezondheid. “Ook de situatie van de psychiatrische verzorgingstehuizen gaat erop achteruit. De regeringen hebben chronische zorg voor mensen met psychische problemen te weinig serieus genomen.”

Ziekenhuisfinanciering

‘De ziekenhuisfinanciering moet eenvoudiger en transparanter worden gemaakt.’ (federaal)

Vandenbroucke bouwde stevig voort op de 23 ziekenhuisnetwerken die zijn voorgangster Maggie De Block (Open Vld) had opgericht. Ook concentreerde hij bepaalde ingrepen in enkele ziekenhuizen, vooral in de kankerzorg. Sinds 2019 worden operaties voor pancreaskanker en slokdarmkanker alleen nog in bepaalde ‘referentiecentra’ terugbetaald. Ook voor borstkanker, hoofd- en halskanker en kinderoncologie is Vandenbroucke die oefening begonnen.

Om de facturen voor de patiënten te drukken, bevroor Vandenbroucke de ereloonsupplementen in de ziekenhuizen. In de radiologie verbood hij ereloonsupplementen voor wie overdag naar het ziekenhuis gaat.

Voor de patiënt zijn het stuk voor stuk belangrijke stappen, die weliswaar voor grote onrust zorgen in de sector. Zowel de artsenkringen als Zorgnet-Icuro verwijten Vandenbroucke belangrijke financieringsbronnen weg te halen, terwijl de grote hervorming van de ziekenhuisfinanciering en de nomenclatuur op zich laat wachten. En dat terwijl meer dan acht van de tien ziekenhuizen zich in een financieel precaire situatie bevinden.

“We zien nu al dat ziekenhuizen elders meer inkomsten zoeken door scans naar de avonduren te verschuiven of door meer op echografieën in te zetten. En er zijn steeds meer artsen die zich buiten de ziekenhuizen vestigen”, zegt Margot Cloet van Zorgnet-Icuro. “Zo krijgen we een geneeskunde op twee sporen.”

Eerstelijnsgezondheidszorg

‘In samenwerking met de deelstaten moet de eerstelijnsgezondheidszorg worden gerevaloriseerd en verder versterkt.’ (federaal)

De eerstelijnszorg kreeg het in de coronacrisis hard te verduren. Maar vandaag is van een einde van de crisissfeer nog lang geen sprake. Uit een recent rapport blijkt dat 17 procent van de Belgische huisartsen geen nieuwe patiënten kan aanvaarden, en 58 procent alleen onder bepaalde voorwaarden. Zo’n 42 procent van de Belgen moest soms langer dan een dag op een afspraak bij de huisarts wachten, toonde een doorlichting van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg.

Het is niet dat er deze legislatuur niets gebeurd is om het nijpend tekort te verhelpen. De overheden trokken al de artsenquota op, zodat meer studenten aan de huisartsenopleiding kunnen beginnen. Ook voerde Vandenbroucke een ‘new deal’ voor huisartsen in. Geïnteresseerde huisartsenpraktijken kunnen instappen dat nieuwe systeem, waarbij ze makkelijker ondersteunend personeel kunnen inschakelen en deels vergoed worden door een vast forfait per patiënt.

Toch blijken veel artsen nog niet overtuigd. Sinds 1 april werken 48 praktijken volgens het nieuwe model. “In mijn eigen praktijk zijn acht artsen nog niet overtuigd, omdat het niet duidelijk was welk effect die nieuwe financiering had op samenwerking in de praktijk. De verandering zal dus nog even tijd vragen”, zegt Jeroen van den Brandt, voorzitter van artsenkring Domus Medica.

Het vat volgens de voorzitter het beleid goed samen: er zijn belangrijke stappen gezet, maar er is meer nodig om de situatie voor patiënten en artsen echt te verbeteren. “De afschaffing van het ziektebriefje moet uitgebreid worden naar drie dagen, de huisartsen en huisartsenkringen moeten een duidelijkere rol krijgen, en ook op vlak van preventie moet er heel wat meer gebeuren.”

Kinderopvang

‘We zorgen voor voldoende, toegankelijke en betaalbare kinderopvang’ (Vlaams)

Het duurde tot de dood van een peuter in een Gentse crèche tot de Vlaamse regering inzag hoe diep de crisis in de Vlaamse kinderopvang was. Maar onder de waterlijn groeiden de problemen al vele jaren. En onder de regering-Jambon zijn die allesbehalve weggewerkt. Van de doelstelling om ‘voldoende’ kinderopvang te voorzien, kwam nooit iets in huis.

Integendeel: tussen 2019 en 2023 gingen in Vlaanderen meer dan 1.500 plaatsen verloren (op een totaal van 88.000), waarmee de winst van de voorgaande jaren uitgewist werd. Voor een belangrijk deel is dat te wijten aan een generatie onthaalmoeders die nu geleidelijk aan op pensioen gaat. De Vlaamse regering is er niet in geslaagd om die evolutie tijdig te keren. Met grote gevolgen, want experts schatten dat er zo’n 7.000 à 8.000 plaatsen te kort zijn in de kinderopvang.

Het aantal plaatsen in de kinderopvang daalde globaal, maar de Vlaamse regering trok wel geld uit om meer crèches te subsidiëren.Beeld Wannes Nimmegeers

Zelfs als die plaatsen er opeens zouden zijn, rijst meteen een ander probleem. Vlaanderen kampt met een hardnekkig tekort aan kinderbegeleiders. Ook daarin heeft de Vlaamse regering geen kentering kunnen veroorzaken - al is er aan het eind van de regeerperiode wel een inhaalbeweging gemaakt die het beroep aantrekkelijker moet maken.

Ook het aantal kinderen per begeleider - de zogenaamde kindnorm - ligt nog steeds te hoog. In Vlaanderen mogen begeleiders acht tot negen kinderen onder hun hoede hebben. Dat is veel meer dan in de ons omringende landen, al ligt het gemiddelde in de praktijk eerder tussen zes en zeven kinderen. Experts en de sector zelf zijn het erover eens dat dat tot gevaarlijke situaties leidt.

Toch is niet alles kommer en kwel. Het aantal plaatsen in de kinderopvang daalde globaal, maar de Vlaamse regering trok wel geld uit om meer crèches te subsidiëren zodat de prijs afhankelijk wordt van het inkomen van de ouders. Dat maakt de beschikbare plaatsen financieel toegankelijker voor veel gezinnen. Bovendien komt dat de kwaliteit van de kinderopvang ten goede, want crèches moeten aan strengere voorwaarden voldoen om aanspraak te maken op die subsidies.

Woon-zorgcentra

‘Voor onze ouderen investeren we verder kwaliteitsvolle en betaalbare woon-zorgcentra met een striktere controle op de dagprijsverhogingen.’ (Vlaams)

Ook de investeringen in de woon-zorgcentra trok de Vlaamse regering fors op, van 2,2 miljard in 2019 tot 3,2 miljard in 2024. Toch staat de betaalbaarheid en de kwaliteit van de sector onder druk. Gemiddeld kost een woon-zorgcentrum nu meer dan 2.100 euro. En die hoge prijs vertaalt zich lang niet altijd in hoge kwaliteit: vier van de tien duurste woon-zorgcentra in Vlaanderen hebben een problematisch inspectierapport.

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits (cd&v) zette wel stappen om de betaalbaarheid onder controle te houden. Nieuwe woon-zorginstellingen zullen hun dagprijs niet meer vrij mogen kiezen, maar moeten die verantwoorden op basis van de kosten die ze maken. Ook legde Crevits vast dat de prijs van woon-zorgcentra voortaan de indexering van de pensioenen volgt.

Met een decreet over een verbod op winst in de ouderenzorg probeerde Crevits te verhinderen dat private woon-zorgcentra geld kunnen versluizen naar grote internationale zorggroepen. Maar de oppositie bestempelde dat decreet als een ‘lege doos’ en het raakte niet gestemd. “Ik vrees dat de volgende regering met dezelfde problemen geconfronteerd zal worden”, zegt Cloet. “Ook op vlak van investeringen voor nieuwe voorzieningen is er weinig gebeurd. Op deze manier slagen er niet in om ons voor te bereiden op de vergrijzingsgolf.”

Mensen met een beperking

‘Voor mensen met een beperking dringen we de wachtlijsten zo snel mogelijk terug.’ (Vlaams)

De Vlaamse regering voorzag in 2019 een extra budget van 270 miljoen euro voor de zorg voor mensen met een beperking. Het voornaamste doel was om mensen met de hoogste zorgnoden (prioriteitengroep 1) zo snel mogelijk een budget toe te kennen.

Dat is ook gelukt: de regering beperkte de wachttijd voor die groep van drie jaar tot achttien maanden. In juni vorig jaar (de meest recente cijfers) stonden nog 246 mensen van prioriteitengroep 1 op de wachtlijst. Ook het aantal minderjarigen dat een persoonlijk assistentiebudget krijgt is meer dan verdubbeld.

Voor de mensen uit prioriteitengroep 2 en 3 is de balans minder positief. Hun wachttijd is nog toegenomen. Zo’n 17.000 wachten nog op hun (volledig) zorgbudget, sommigen al meer dan tien jaar.

De ‘actualisering’ die de regering doorvoerde, pakte evenmin goed uit. Door die oefening zagen zo’n 10.000 mensen op de wachtlijst dat hun voorziene budget plots honderden of duizenden euro’s lager zou uitvallen. De Raad van State oordeelde dat dat in strijd was met de grondwet, en de regering werd verplicht om iedereen zijn oorspronkelijk budget toe te kennen.

Ook het ‘experiment’ waarbij 1.100 mensen al de helft van hun zorgbudget toegekend kregen, werd al aangevochten in de arbeidsrechtbank. “Die mensen blijven zonder perspectief, want dat budget volstaat niet voor de zorg die zij nodig hebben”, zegt Katrijn Ruts van GRIP vzw, een mensenrechtenorganisatie van mensen met een beperking.

Jeugdhulp

‘We blijven investeren in rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp zoals ambulante hulp en hulp aan huis.’ (Vlaams)

Ook in de jeugdhulp laat de coronacrisis tot vandaag zijn sporen na. Het aantal jongeren dat aanklopte voor crisishulp of -opvang steeg tussen 2020 en 2023 met 43 procent.

Crevits kondigde in maart vorig jaar een crisisplan aan om de sector uit de nood te helpen. Door dat plan werden extra consulenten aangeworven in de jeugdrechtbanken, kregen crisismeldpunten een extra werknemer, kwam er meer capaciteit in voorzieningen en er werden gezinshuizen opgericht.

“De oprichting van gezinshuizen is een stap die we toejuichen”, zegt Hendrik Delaruelle van het Vlaams Welzijnsverbond. “Meer hulp aan huis moet ook helpen om problemen vroeger aan te pakken. Helaas blijft de realiteit wel dat voor jongeren die vandaag nood hebben aan opvang geen plek is.”

Bart Claes, algemeen directeur van CAW Groep, ziet dat vooral de groep jongeren tussen de 16 en 25 tussen de mazen van het net blijven vallen. “Een op de vier dak- en thuislozen is van die leeftijd, bijvoorbeeld omdat ze een instelling verlaten. Op de transitie naar meerderjarigheid is het cruciaal dat die jongeren een persoon te hebben die hun dossier opvolgt. Zonder een overkoepelend plan op vlak van mentaal welzijn en thuisloosheid, blijven de probleemsituaties zich opstapelen. Denk aan mentaal welzijn, het oplossen van dakloosheid. Op dat vlak zijn er ook deze legislatuur kansen gemist.”