© Getty Images

Waarom ouders het veel zwaarder lijken te hebben met opvoeden dan vroeger: “We laten hen meer in de steek”

Opvoeden valt ouders zwaarder dan vroeger. Nieuwe cijfers tonen hoe ze twijfelen over hun aanpak, geen grenzen durven te stellen en er soms onderdoor gaan. Experts beamen dat de uitdagingen groot zijn. “Er is een veel grotere druk op ouders, en tegelijk laten we hen in de steek.”

Kim Clemens

Een korte anekdote, uit het kabinet van de pediater. Mijn 4-jarige dochter weigerde zich na het onderzoek opnieuw aan te kleden. Ze had koorts, had niet geslapen. Ik ook niet, trouwens, maar dat terzijde. De arts schoof me het visitekaartje toe van een parental coach, om me te helpen met de koppige kleuter. Je zou als ouder voor minder aan jezelf gaan twijfelen. Terwijl ik eigenlijk dacht dat ik al bij al goed bezig was. “Kijk, dat is iets dat we heel vaak horen”, zegt Ilse De Block, directeur van de Opvoedingslijn. “Ouders worden overstelpt met opvoedingsadvies. Met goede raad en met theorieën die elkaar dikwijls dan ook nog eens tegenspreken. Alsof opvoeding iets is om te optimaliseren. Maar het buikgevoel geraakt ondergesneeuwd.”

Bron: Gezinsenquête

Er is iets aan de hand met ouderschap. Leek de zorg voor kinderen vroeger een vanzelfsprekendheid, dan voelt het nu soms als een uitputtingsslag. Dat hoor je aan de schoolpoort of in de gangen van de crèche. Dat blijkt uit de Gezinsenquête van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin van 2021, waarin een derde van de ouders aangaf dat het ouderschap moeilijker is dan ze hadden verwacht. Een vierde zei dat de opvoeding hen emotioneel uitput, een vijfde ervaart fysieke uitputting. Dat lees je in onderzoek van de UCLouvain waaruit blijkt dat één op de twaalf Belgische ouders aan een parentale burn-out lijdt. En dat zie je ook in de nieuwe cijfers van de Opvoedingslijn voor 2023. Opvoeden gaat niet voor iedereen zomaar vanzelf. Voor heel wat mensen slaat de twijfel toe. Bijna de helft van de oproepen gaat over de algemene aanpak van de opvoeding. “Ze weten niet hoe ze grenzen moeten stellen aan hun kind, of ze zijn bang om hun kind te beschadigen door fouten te maken”, zegt Ilse De Block.

“Dikwijls krijgen we vragen over het temperament van kinderen. Een uitbarsting van een weerbarstige kleuter doet meteen alarmbellen afgaan”

Ilse De Block

Professor psychologie en stress-experte

Dat begint al van jongs af aan. Kleine kinderen, kleine zorgen? Dat gaat niet meer op. “De sterkste stijging zien we bij de vragen die gesteld worden over de emotionele ontwikkeling van kinderen”, zegt De Block. “In 2017 ging het nog om 12 procent van de vragen, nu om 16 procent van de vragen. Die vragen gaan over alle leeftijden, maar ook echt al over de kleine peutertjes en kleutertjes. Dikwijls zijn het vragen over het temperament van kinderen dat heel snel wordt geproblematiseerd, vaak door de omgeving. Een uitbarsting van een weerbarstige kleuter doet meteen alarmbellen afgaan.” Dat vertaalt zich al eens in angsten bij ouders (9 procent van de oproepen) en zorgen over de draagkracht (8 procent van de oproepen).

(lees verder onder de foto)

Ilse De Block, directeur van de Opvoedingslijn: “Ouders worden overstelpt met opvoedingsadvies, maar het buikgevoel raakt ondergesneeuwd.”© Fred Debrock

Niet gemaakt om te multitasken

Kind en Gezin startte daarom onlangs een campagne over opvoedstress. “Oudere mensen zeggen wel eens: ‘Vroeger hadden wij toch ook al die verantwoordelijkheden’. Dat is zo. Maar de maatschappij is veel complexer geworden”, zegt professor psychologie en stress-experte Marie-Anne Vanderhasselt (UGent), die meewerkt aan de campagne. “De eigen verwachtingen en de keuzemogelijkheden zijn nu groter dan vroeger. We denken veel na of we het goed doen. Is die hobby het beste, of die school, of borstvoeding of flesjes. Die veelheid aan keuze kan stress geven. Ook naar carrière toe zijn er veel meer opportuniteiten. Je moet je eigen pad uitstippelen.”

“Op sociale media kijken we gemakkelijk bij andere gezinnen binnen. Ook al wéten we dat alleen het mooiste benadrukt wordt, toch is het soms moeilijk om te relativeren”

Marie-Anne Vanderhasselt

Professor psychologie en stress-experte

Om al die ballen tegelijk in de lucht te houden, slaan we dan maar aan het multitasken. “Maar daar zijn onze hersenen niet voor gemaakt”, zegt Marie-Anne Vanderhasselt. “Als ik thuiskom van een zware dag op het werk, moet ik huiswerk maken met de kinderen, eten maken, af en toe zie ik nog een werkmail of een sms binnenkomen. We zijn met zo veel tegelijk bezig, dat we op het einde van de dag uitgeput zijn. Dat zorgt voor aanhoudende stress. We denken dat we efficiënt zijn, maar eigenlijk train je je brein door al dat multitasken om minder te focussen. Daardoor gaat alles trager, ben je minder tevreden, slaap je slechter en ben je nóg vatbaarder voor stress.” Een vicieuze cirkel. “Want hoe meer stress je hebt, hoe meer je gaat multitasken. Het houdt niet op. Op den duur leidt het tot een soort hersenmist, waarbij je moeilijk helder kunt nadenken en makkelijker boos wordt op de mensen rondom je.”

(lees verder onder de foto)

Psychologe Marie-Anne Vanderhasselt: “Oudere mensen zeggen wel eens: ‘Vroeger hadden wij toch ook al die verantwoordelijkheden’. Dat is zo. Maar de maatschappij is veel complexer geworden.”© Guy Puttemans

Eens de twijfel toeslaat, beland je in een piekergedachte. En dan is er nog die bijkomende factor: sociale media. “Goed als het een inspiratiebron is. Maar als je al piekert, kan het ook dat negatieve gaan voeden. We kijken heel gemakkelijk bij andere gezinnen binnen en gaan vergelijken. Ook al wéten we wel dat alleen het mooiste benadrukt wordt. Toch is het soms moeilijk om het te relativeren”, zegt Vanderhasselt.

Stapje gemist

Allemaal factoren die maken dat opvoeden er zeker niet eenvoudiger op geworden is, zeggen de experts. Integendeel. In een recent onderzoek van Amsterdam Universitair Medische Centra rond de eerste 1.000 dagen van het kind gaf 91 procent van de jonge ouders aan het ouderschap een zware taak te vinden. Twee derde zou graag meer hulp vragen, maar durft niet. “Er is een veel grotere druk op ouders en zeker op ouders van jonge kinderen”, zegt professor gezinspedagogiek Michel Vandenbroeck (UGent). “We zeggen hen steeds opnieuw hoe belangrijk de eerste levensjaren zijn voor het kind. Slogans over het belang van de eerste 1.000 dagen wekken de indruk dat als je als ouder niet alles uit de kast haalt, er later schade zal zijn waar niets meer aan te doen is. Mis een stapje en het is om zeep. Ik noem het soms de Olympische Spelen van de ontwikkeling. Kinderen moeten op die leeftijd zindelijk zijn, op die leeftijd stappen. Allemaal flauwekul, maar die adviezen staan in allerlei boekjes en maken je alleen maar onzeker. Daarrond ontstaat dan een heel commercieel circuit van adviseurs en coaches.”

(lees verder onder de cijfers)

Bron: Opvoedingslijn

Bron: Opvoedingslijn

Komt daar nog bij dat de opvoeding vandaag een eenzamere aangelegenheid is dan bij vorige generaties. “We wonen verder van onze ouders, die vaak ook langer aan het werk zijn”, zegt Vandenbroeck. “Maar het gaat om veel meer dan dat. Er wordt heel veel gewezen op de individuele verantwoordelijkheid, terwijl de maatschappelijke ondersteuning tekortschiet. Een voorbeeld. Er zijn duizenden plaatsen te kort in de kinderopvang, maar in vergelijking met andere landen in Europa hebben we zeer kort ouderschapsverlof. We laten ouders in de steek, maar maken er een individueel probleem van. Ondertussen vinden we ook dat kinderen op 2,5 jaar naar school moeten. In het boekje van Kind en Gezin staat dat het niet erg is als je kind op die leeftijd niet zindelijk is, maar o wee als je je kind met een luier naar school brengt. Dan wijzen we met de beschuldigende vinger. Dat zijn heel paradoxale boodschappen. En dan zijn we verwonderd dat ouders het zwaar hebben. De bestseller vandaag in de ouderschapsboeken gaat over zelfzorg. Ook dat moeten ze zelf doen. Dan breekt mijn klomp.”

“In het boekje van Kind en Gezin staat dat het niet erg is als je kind op die leeftijd niet zindelijk is, maar o wee als je je kind met een luier naar school brengt. Dan wijzen we met de beschuldigende vinger”

Michel Vandenbroeck

Professor gezinspedagogiek

Uit onderzoek van Vandenbroeck blijkt tijdnood het grootste pijnpunt van ouders. Wat hen het meest helpt, is informele sociale steun. “Vrienden die onder elkaar informatie delen, zeggen dat ze goed bezig zijn of een andere ouder die je kind kan meenemen na school als je er niet geraakt. Maar net die informele steun is veel moeilijker dan vroeger.”

De meester had gelijk

Niet dat het daarom nu ook allemaal slechter is. Historica Noëmi Willemen doet onderzoek naar de geschiedenis van het moederschap. “Je kan moeilijk zeggen dat moeders die zes kinderen grootbrachten aan de haard zonder wasmachine het minder zwaar hadden”, zegt ze. “Maar de uitdagingen zijn anders. Het menu is uitgebreid. Vroeger was er een gedeelde verantwoordelijkheid. Je stuurde je kind naar de dorpsschool waar de meester altijd gelijk had, zonder daar verder je kop over te breken. Terwijl vandaag de norm is dat je als ouder ook nog eens het schoolproces monitort en evalueert. Maar ook niet te veel, want dan krijg je dáár weer commentaar op. Het is bevrijdend dat je nu zelf kan kiezen welke stijl van ouderschap bij je past. Maar het wordt ook een heel individuele verantwoordelijkheid als het misgaat.”

“Je kan moeilijk zeggen dat moeders die zes kinderen grootbrachten aan de haard zonder wasmachine het minder zwaar hadden. Maar de uitdagingen zijn anders”

Noëmi Willemen

Historica

Dat gaat soms heel ver. Er zijn ouders die niets aan het toeval willen overlaten. We weten nu veel meer dan vroeger over hoe het brein zich ontwikkelt, over de invloed van borstvoeding, bijvoorbeeld, over hoe trauma werkt en stress. Zeker ouders van een baby worden soms helemaal meegezogen door artikels over het belang van borstvoeding of slaap. “Het is niet gek dat ouders zich zo gedragen”, zegt Willemen. “We zeggen dat ze niet té perfectionistisch mogen zijn, maar tegelijkertijd is er een waslijst over wat ze moeten doen en laten. Je wilt niet weten hoeveel mensen hun wereld instort als ze een keizersnede hebben en ze het eerste uur huid op huid hebben gemist. Of als de borstvoeding niet lukt. Ze denken echt dat ze hun kind al verknoeid hebben. De maatschappelijke druk is enorm.” Vooral dan op moeders, zegt ze. “Als een kind slecht is aangekleed of vuile nagels heeft, zijn het nog altijd zij die scheef worden bekeken.”

(lees verder onder de foto)

Huiswerk maken en spelen met de kinderen, en intussen nog werken: voor veel ouders een herkenbare situatie.© Shutterstock

Rust, reinheid, regelmaat

Dat ouders door al die verwachtingen gaan wankelen, voelt kinderpsychiater Lieve Swinnen in haar praktijk. “Mensen durven hun gevoel niet meer te laten spreken”, zegt ze. “Natuurlijk zijn er kinderen die een aparte handleiding nodig hebben, maar er zijn heel veel kinderen waar ouders in hun eigen kracht mogen gaan staan. Ouders zijn er om kinderen te leren wat ze nodig hebben om goed te leven. Als je iets niet weet, mag je het vragen, maar je moet er niet van uitgaan dat je het niet weet”, zegt de arts. Alleen tonen de vragen van de Opvoedingslijn dat het nu vaak omgekeerd is. Dat merkt ook Lieve Swinnen. “Alles lijkt een medisch probleem geworden, maar dat klopt niet. Ik bagatelliseer de problemen van sommige kinderen zeker niet. Maar 80 procent van de kinderen heeft géén mentale problemen”, zegt ze. “Tegenwoordig lijkt het soms omgekeerd. Een kind dat zich niet kan concentreren? Een probleem. Een kind dat niet kan slapen? Dat moet melatonine krijgen. Vaak is het gewoon een kwestie van regelmaat.”

“Alles lijkt een medisch probleem geworden, maar dat klopt niet. Ik bagatelliseer de problemen van sommigen zeker niet. Maar 80 procent van de kinderen heeft géén mentale problemen”

Lieve Swinnen

Kinderpsychiater

Ze is nog van de oude stempel, zegt Lieve Swinnen. “Rust, reinheid, regelmaat. Ik denk dat jonge ouders slachtoffer zijn van de mogelijkheden. Alles is maakbaar. Ben je verantwoordelijk als je kind geen wiskundeknobbel heeft? Natuurlijk niet, maar het wordt wel zo gezien, want je kan het naar de bijles sturen. Laat dat perfectionisme los.”

Ze pleit voor een terugkeer naar de basis. “Je moet tijd steken in je kinderen. Daarnaast kom je al heel ver met gezond verstand, je best doen en opvoeden. Dat is wat we ons onder collega’s wel eens afvragen: wordt er eigenlijk nog wel opgevoed? Zijn er nog afspraken? Ieder kind heeft grenzen nodig, maar we durven te weinig afbakenen.”

Ze geeft het voorbeeld van schermtijd. “We leven in een complexe maatschappij, met veel meer prikkels dan vroeger. Vroeger ging de televisie aan om zeven uur ’s avonds. Simpel. Nu komt alles van de wereld altijd binnen. Dat mogen we niet onderschatten. Daarom dat het belangrijk is om schermpjes te beperken. Alle ouders weten dat. Maar het gebeurt te weinig.”

Goed bezig

Het zijn soms moeilijke evenwichtsoefeningen, zegt Ilse De Block van de Opvoedingslijn nog. “Enerzijds verwachten we heel veel van kinderen. We willen dat ze luisteren, snel doorslapen, al van jongs af aan goed presteren, en er bellen ouders om te vragen of ze hun 14-jarige wel mogen zeggen dat ze niet naar een fuif mogen gaan. Tegelijkertijd houden we onze pubers klein. Een kind van twaalf alleen met de fiets naar school, dat gebeurt bijna niet meer”, zegt ze. “Maar ouderschap is geen exacte wetenschap. Je mag er ook gewoon in groeien, samen met je kind. Je hebt er 18 jaar de tijd voor. Ik denk dat niet iedereen dat tegenwoordig even eenvoudig vindt, dat het soms gewoon even moeilijk gaat, en dat er niet voor alles een hapklare oplossing is.”

Misschien een geruststelling: het grootste deel van de ouders krijgt van de Opvoedingslijn vooral bevestiging. “70 procent van de oproepers hoort dat het oké is wat ze denken. Dat ze goed bezig zijn en dat ze gelijk hebben. Door hun oor even te luister te leggen, ebt de stress weg. Daarmee kunnen ze verder”, zegt De Block.

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer