Lisa del Bo bezingt haar geloof op nieuw album en in kerkconcerten: “Ik kan niet meer zingen wat ik niet mooi vind”

© Frank Abbeloos

Lisa del Bo (57) ruilt de vier heren uit het kaartspel in voor de enige echte Heer. Op Lisa Gelooft bezingt ze in veertien nummers haar geloof en vrijdag gaf ze het eerste van een reeks kerkconcerten. Een opmerkelijke zijsprong in haar carrière, maar net zo goed een lang gekoesterde droom die werkelijkheid wordt. “Het is gedurfd wat we doen”, aldus Lisa. “Als mensen me willen wegzetten als een halve non, dan doen ze maar.”

Joey Bougard

De hemelsbrede glimlach spreekt boekdelen. Haar ogen sprankelen, ze kan met moeite een lach onderdrukken. “Dit is waar ik altijd van gedroomd heb”, zegt Lisa del Bo – née Renilde Goossens (57). “Kijk, zo blij word ik ervan!” Dit, dat is Lisa Gelooft: een vijfdelige concertreeks voor Kerk & Leven in vijf Vlaamse kerken én een gelijknamig album, dat sinds vrijdag verkrijgbaar is. Daarin bezingt ze openlijk haar geloof, in nummers die voor haar geschreven zijn door onder anderen Bart Herman, Jan De Vuyst, John Terra, Daniel Ditmar en Patrick Renier, naast vertaalde songs die haar diep raakten.

Er is maar één plaats waar we kunnen afspreken voor een gesprek over deze werkelijkheid geworden droom: het gerestaureerde kerkje van Mopertingen. De kerk waar Lisa als kind al in het jeugdkoor zong, later zelf het koor leidde en nu nog geregeld naar de mis gaat. De kerk op een boogscheut van het ouderlijk huis dat ze al 57 jaar haar thuis mag noemen, en recht tegenover het dorpsschooltje, waar ze één van haar kleinkinderen nog snel een stiekeme zoen geeft aan de poort.

Waarom is dit een droomproject, zoals je het zelf noemt?

Lisa del Bo: “Omdat ik niet alleen mijn overtuiging mag verkondigen, maar ook muzikaal iets kan doen waar ik volledig achtersta. Het is muziek waar ik al enkele jaren mee bezig ben. Zoals How Great Thou Art van countryzangeres Carrie Underwood, wat op de plaat Hoe Groot Zijt Gij geworden is. Dat nummer had me zo verpletterd, dat ik het acht jaar geleden al op de Virga Jessefeesten wou brengen. Mijn toenmalige manager Piet Roelen koos echter voor mooie, klassieke nummers als Amazing Grace. Nu ben ik in de zoektocht naar muziek, samen met mijn zoon Eli, bewust een andere weg ingeslagen. Ik kan niet meer zingen wat ik niet mooi vind. Dat het er nu eindelijk van gekomen is, dat maakt het nog zoveel mooier. Al besef ik natuurlijk dat het heel gedurfd is wat we gaan doen, omdat niet iedereen voor dit soort muziek gewonnen is. Of voor mijn overtuiging.”

© Frank Abbeloos

Hoe reageren jouw collega’s?

“Die vinden het tof en goed dat ik het doe, maar tegelijk zeggen ze me dat ze het niet zouden durven. Omwille van hun imago, zeker? Het zou altijd kunnen dat dit slecht uitpakt voor mijn carrière, maar uiteindelijk denk ik van niet. Omdat dit in de eerste plaats een zijspoor is, waarin ik muzikaal en persoonlijk een andere kant toon. En omdat het voor een specifiek publiek is. Hierna ga ik ook door met ‘gewone’ platen maken. Al heb ik gezegd tegen mijn producer dat ik voortaan elk album wil afsluiten met een religieus lied. Zo stond Hoe Groot Zijt Gij al op Jokers En Pokers. Om mijn dankbaarheid te tonen voor al het moois dat ik al heb mogen meemaken in mijn leven. Ik heb gewoon het gevoel dat dit op het juiste moment in mijn carrière komt.”

Joske (haar man): “Op je veertigste had je dit niet gedaan.”

Lisa: “Toen was ook alles nog anders. Nu heb ik ook het gevoel, met waar ik sta in het leven, en hoe ik tot nu heb geleefd, dat dit nu moest gebeuren. Misschien is dat mijn zaligheid, dat ik nu gewoon doe wat wil. Ik ben gewoon op een punt in mijn leven beland waarop ik er nul moeite mee heb. Dat dit nu gebeurt, daar word ik alleen maar blij van. (lacht kamerbreed) Kijk, zo blij word ik ervan!”

Heb je dan geen schrik dat ze je in een hoekje gaan wegzetten?

“Nee, want anders begin je er niet aan. Dat werd wel gezegd door mensen in het vak. ‘Ben je daar niet bang voor?’ Dat ze me ineens gingen afschilderen als een halve non. (resoluut) Neen, en zelfs als men mij hiermee zou uitlachen, zit ik er niet mee. Want ik weet wie en hoe ik ben. Het is een kant van mezelf die ik heel graag aan de buitenwereld wil tonen. Tegelijk heb ik al berichten gekregen van fans op sociale media: ‘Heel tof, maar ik heb niks met geloof, dus dit album ga ik niet kopen.’ Geen enkel probleem, even goede vrienden.”

“Het is niet zo dat ik de mensen nu wil bekeren, of met de vinger wil wijzen. Iedereen doet ermee wat hij of zij wil. Maar mocht ik morgen sterven, moet mijn familie kunnen zeggen: ‘Lisa was altijd blij.’ En dat komt door mijn geloof.”

“Ik heb niet veel nodig in het leven. Natuurlijk ben ik graag mooi, maar ik heb geen dure kleding nodig om gelukkig te zijn. Ik ben redelijk onthecht. En ik heb altijd het gevoel gehad dat ik bijgestaan word door… God, of het Universum, hoe je het maar wil benoemen. Ik heb het gevoel dat ik erg gedragen word door hierboven. Elke dag sta ik op, en denk ik: ‘Ach, het komt allemaal wel goed’. En als je zo kan leven, geloof me: dat is een zaligheid.”

Het is dus je ankerpunt?

“Het geeft me innerlijke rust. Natuurlijk blijf ook ik niet van tegengeslagen gespaard, net als iedereen. Maar ik heb het gevoel dat ik die sneller te boven kom, omdat ik hulp krijg bij het dragen. Ik geef die tegenslagen ook sneller een plaats. En als iets niks wordt, zoals deze plaat, is dat maar zo. Ik heb er mijn best voor gedaan, meer kan ik niet doen.”

“Mijn geloof heeft me ook geholpen in mijn carrière. “Hoe lang is Liefde Is Een Kaartspel al geleden? 22 jaar, en het is mijn enige échte hit geweest. Dan mag je wel stellen dat mijn carrière een half mirakel is. Ik heb nooit één dag moeten stoppen met wat ik graag doe: zingen. Niet dat ik denk dat God me dit in de schoot heeft geworpen: de weg die voor me uitgestippeld is, moet ik zelf bewandelen. God is maar de GPS, ik moet nog steeds aan de kar trekken. En dat doe ik nog steeds even hard als 28 jaar geleden, aan het begin van mijn carrière.”

© Frank Abbeloos

Hoe belijd je je geloof?

“Ik bid nog. Niet dat ik de paternosters afratel, maar ik praat nog veel met Onze-Lieve-Heer. Het liefst rijd ik alleen naar optredens, omdat er dan tijd is om na te denken en omdat ik graag alleen ben. Dan maak ik tijd om te praten met God. Ik bid ook altijd voor mijn man, kinderen en familie, en ik spreek nog geregeld met mijn ouders hierboven.”

“Ik onderhandel veel met Onze-Lieve-Heer. Dat doet me toch deugd: je kan soms onzeker zijn, of dingen hebben in je leven waar je niet blij mee bent. Maar dan praat ik en voel ik dat ik niet in het wilde weg praat. Ik voel me geen weirdo. Daarvoor heb ik al te vaak tekens mogen ondervinden.”

“Ik was ook altijd maar aan het zoeken. Dan kwam ik bijvoorbeeld steeds weer uit bij die Amerikaanse worship songs, op de gekste momenten. En dat ze bij Halewijn, de uitgever van Kerk & Leven, meteen weg waren van mijn idee, terwijl ze er zoveel moeten weigeren: ook dat zie ik als een teken dat dit project de zegen heeft. Van die kleine toevalligheden kom ik vaak tegen, dat zoiets net op het juiste moment voorvalt. Nu ja, voor mij is dat geen toeval meer.”

Voor het prachtige ‘Lieve Kleine Liza’ heb je een liefdesgedicht van je vader aan je moeder op muziek laten zetten.

“Ik heb het ook voor het eerst gezongen op de begrafenis van mijn moeder. Het geloof spat ook af van dat gedicht. Mijn vader schreef het voor moeke toen hij halverwege de twintig was, maar toen was hij al jaren verliefd op haar. Moeke ging elke dag naar de kerk, en dan stond pa – die hier verderop in de straat woonde – al aan het hek. Toch heeft het nog lang geduurd, na zes jaar verkering, eer ze mekaar hun jawoord gaven. Op zijn 32ste! En zij was dan ook al dertig. Zo lang heeft ze hem laten wachten. (lacht) Maar het was het wachten waard. Dat was zo’n eenheid, die mensen waren zo verliefd op mekaar.”

“Het gedicht hebben we tijdens het opruimen gevonden in een oude doos vol papieren. Dat blad hebben we hier ingekaderd langs het bed van moeke gezet. Op den duur stof je het af en sta je daar niet meer bij stil. Maar zodra Bart Herman daar muziek voor schreef, besefte ik pas weer hoe mooi dat was. Zelfs de manier waarop het geschreven is: ‘Kloek gaan wij de toekomst tegen.’ Dat ouderwetse taaltje, daar twijfelden we toch even over. Maar Bart zei: ‘Dan is het zijn kracht kwijt.’ Dat moet zo zijn.”

Heb je veel aan je geloof gehad toen je hen moest afgeven?

“Absoluut. Mijn ouders hebben allebei nog bij mij gewoond, hier in het ouderlijk huis. Mijn vader heeft ALS gehad, en hij is hier na een jaar kunnen sterven. Het was erg, en intensief, maar tot de laatste seconde was het ook zo mooi. Dat kon ik niet met moeke, tot de laatste seconde bij haar zijn: ze heeft helaas Alzheimer gekregen. Maar we hebben zoveel aan mekaar gehad: ook toen zij niet meer zelfstandig konden leven, hebben wij en de familie hen kunnen ondersteunen. Op hun beider begrafenissen in deze kerk heb ik gezongen, daar was ik zo trots op. Want zij waren mijn grootste fans. Dat was eerder een eerbetoon dan een droefenis die me overviel.”

“Ik heb vier zusjes en een broer, we zijn allemaal in dezelfde geest opgevoed. Een paar keer per week gingen we met z’n allen naar de kerk. Al denk ik wel dat ik nog het meest van alle zes aan mijn geloof heb. En dat heb ik te danken aan mijn ouders, die me het geloof meegegeven hebben.”

Heb jij jouw geloof op jouw beurt overgedragen op je kinderen Krisia en Eli?

“Dat denk ik wel. Ze zijn christelijk opgevoed, en ik weet zeker dat zij daar op hun manier mee bezig zijn. Als zij het moeilijk hebben, zullen zij natuurlijk niet naar de kerk gaan, en dat hoeft ook niet. Maar ze hebben allebei dezelfde vorm van gelatenheid als ik, het geloof dat alles wel in orde komt. En dat Eli dit project mee ondersteunt, getuigt toch van de eerbied die hij heeft voor mij en het geloof. Hij weet hoeveel dit voor mij betekent.”

Heb je eigenlijk ooit aan Hem getwijfeld?

“Nee. Al ben ook ik dingen tegengekomen in mijn leven die je zouden doen wankelen: mijn lief dat ik op negentienjarige leeftijd verloor, toen hij me naar huis bracht en zich hier in de buurt dood reed. Die plaats passeer ik nog bijna elke dag. Maar ook toen niet heb ik gezegd: ‘Als dit kan, dan bestaat Gij niet.’ Ik heb dat kunnen plaatsen, en die jongen ben ik zeker niet vergeten. Op andere vlakken ben ik godzijdank nog gespaard gebleven: ik heb geen zware ziekte gehad, mijn kinderen zijn gezond. Maar mocht dat voorvallen, hoop ik dat ik veel aan mijn geloof mag hebben.”

‘Lisa Gelooft’ is nu uit. Info over de concertreeks op www.kerknet.be/lisagelooft

Lees meer

Hoofdpunten

Keuze van de redactie

Video