Direct naar artikelinhoud
Film

Willem Dafoe: "Dit is niet de zoveelste bullshitfilm"

Een moeder en haar kind lopen op straat in 'The Florida Project'. Over hoe veel Amerikaanse gezinnen in motels moeten wonen omdat ze geen huur kunnen betalen.Beeld Marc Schmidt

Maak kennis met de onwaarschijnlijkste Oscar-kandidaat van het jaar: The Florida Project. Grote belofte Sean Baker hoopt ermee de Amerikaanse Ken Loach te worden, en hij liet Willem Dafoe – tot diens grote frustratie – samenspelen met een troep kinderen.

Met The Florida Project is Baker al aan zijn zesde langspeelfilm toe, maar in Hollywood geldt de 46-jarige regisseur pas recent als een grote belofte. Dankzij Tangerine, een rebelse, levendige guerrillafilm uit 2015 over Afro-Amerikaanse transgenderprostituees in Los Angeles, volledig opgenomen met een iPhone.

Toen al was Baker met The Florida Project bezig, vertelde hij ons vorig jaar op het filmfestival van Toronto: “Ik wilde de film zeven jaar geleden al maken, maar we kregen het nodige budget niet bijeen.” Een passieproject dus, dat nu zijn definitieve doorbraak richting bijna-mainstream betekent: net als acteur Willem Dafoe, geldt ook de film als serieuze Oscar-kanshebber.

Armoe naast Disney World

Het idee voor The Florida Project vonden Baker en zijn vaste coscenarist Chris Bergoch in een krantenartikel over verborgen dakloosheid in Kissimee, Florida – ironisch genoeg op een steenworp van Disney World, ‘the happiest place on earth’. Baker: “Sinds de financiële crisis van 2008 zijn heel wat Amerikanen technisch dakloos: ze kunnen geen vaste woning meer betalen, daarom leven ze in goedkope motels.” Al is “goedkoop” erg relatief: “Vaak betalen ze per maand bijna even veel als ik voor mijn appartementje in West Hollywood: 1200 dollar (net geen 1000 euro, LT). Dat is veel geld, maar het is dat of op straat leven.” Velen van hen zijn alleenstaande moeders met kinderen, zoals Halley en haar zesjarige dochter Moonee, de hoofdpersonages van de film. “Heel wat kinderen zijn letterlijk opgegroeid in die motels.”

‘Heel wat kinderen in de VS groeien op in motels’
Sean Baker, regisseur

Baker klinkt strijdvaardig. Hij is een van de weinige Amerikaanse filmmakers die sociaal engagement echt serieus neemt. Niet toevallig is de Britse regisseur Ken Loach, bekend van zijn indringende sociale drama’s,  zijn grote voorbeeld. “Kes was een belangrijke inspiratiebron voor The Florida Project. Ken Loach is mijn held. Hij heeft zijn hele carrière lang sociopolitieke thema’s aangesneden. En toch altijd met humor. Dat evenwicht probeer ik in mijn films ook te bewaren.”

Voor Willem Dafoe, die de manager speelt van het sjofele motel waar Halley en Moonee wonen, was de sociale dimensie van The Florida Project essentieel. “De film zet je aan het denken over je verantwoordelijkheid tegenover andere mensen. Gewoon door, zonder met de vinger te wijzen, te tonen hoe het er aan de onderkant van onze samenleving aan toe gaat. Dit is niet het type film waarbij je even lekker een potje huilt, om dan gewoon weer verder te gaan. Nee, je gaat je afvragen wat er moet gebeuren om deze situatie op te lossen.” Hoe dat dan precies moet, weet Dafoe ook niet. “Maar misschien zou het al helpen als we ons land niet lieten besturen door een zakenman”, sneert hij. “We hebben morele leiders nodig. Het is simpel: willen we ons geld uitgeven aan gevangenissen en politie, of aan onderwijs en huisvesting?”

Willem Dafoe als motelmanager in ‘The Florida Project’.Beeld Marc Schmidt

Geen bullshit

Enkele castleden hebben zelf ervaring met armoede: “Christopher Rivera, die Moonee’s vriendje Scooty speelt, leefde zelf al een paar jaar in een motel toen hij naar de auditie kwam”, vertelt Baker. “Dat kwam van pas op de set: als er iets niet helemaal realistisch was, kon hij me daar meteen op wijzen.”

Bovendien liet Baker heel wat motelbewoners, politiemensen en sociale werkers gewoon zichzelf spelen. “De grens tussen fictie en realiteit werd daardoor heel dun”, getuigt Willem Dafoe. “Dit is niet zomaar de zoveelste bullshitfilm. We stonden met beide voeten in het echte leven. Er waren bijvoorbeeld geen chique woonwagens waarin we ons even konden terugtrekken: mijn loge was gewoon een van de armetierige kamers van het motel. En ondertussen stonden ze op het eind van de gang drugs te dealen.”

‘Dit is niet de zoveelste bullshit film: we stonden met beide voeten in het echte leven’
Willem Dafoe

De bijzondere opnamelocatie, in combinatie met een cast die voor een groot stuk uit kinderen bestond, vroeg een atypische, flexibele aanpak. “Er was een gedetailleerd scenario waarin alle dialogen uitgeschreven stonden”, zegt Dafoe, “maar het was soms moeilijk om ons daaraan te houden: kinderen zijn in de eerste plaats kinderen, en dan pas acteurs. Bijzonder verfrissend, want het houdt je heel erg in het moment. Maar soms ook erg frustrerend.” Baker lacht: “Gelukkig heeft Willem veel geduld! Meer dan ik, alleszins. Ik zonderde me soms even af om in een hoekje tegen een muur te gaan schoppen.”

The Florida Project speelt vanaf 17/01 in de bioscoop.