Brenda Vermeiren is allerbeste vrouwelijke lasser

Ze was al Belgisch kampioen, maar nu is Brenda Vermeiren ook de beste vrouwelijke lasser van Europa. Op EuroSkills in Boedapest eindigde ze vijfde, met amper zeven punten verschil met de nummer twee.

evdw

EuroSkills is het Europese kampioenschap voor jonge vakmensen tot 25 jaar. Hier wordt gestreden voor de Europese titel ‘beste vakman of vakvrouw’. Bij de lassers zorgde Brenda Vermeiren voor een verbluffend resultaat. Met haar vijfde plek deed nooit eerder een vrouw beter dan zij.

“De titel ging naar een Russische collega, die met voorsprong de wedstrijd won. Het was een ‘oneerlijke’ concurrentie. De man kreeg van de staat faciliteiten waar wij nog niet van dromen. Twee jaar lang mocht hij zich voorbereiden op deze wedstrijd en had hij een budget van een miljoen dollar. Hij werd begeleid als een topsporter. Logisch dus dat hij met voorsprong won”, legt Brenda uit.

“Ik strandde op plaats vijf, met amper zeven punten verschil met nummer twee. Met wat geluk had er nog meer ingezeten, maar ik ben dolblij met dit resultaat. Weten dat je de beste vrouwelijke lasser bent in Europa geeft een serieuze kick.”

Eén ding vindt Brenda jammer. De EuroSkills en de WorldSkills worden afwisselend georganiseerd. “Dit jaar ben ik 25 en dus ben ik net te oud om volgend jaar uit te komen in de WorldSkills.”

Hoewel ze niet de omkadering kreeg van haar Russische collega, moest ze lang en hard trainen om in de eerste plaats geselecteerd te worden voor ons land en in de tweede plaats om zo ver door te dringen in de Europese finale en zich de beste Europese vrouwelijke lasser te mogen noemen. “De voorbije zomervakantie heb ik bijna meer tijd doorgebracht in mijn klaslokaal op het PITO dan elders Zo goed als alle dagen ging ik lassen. Op voorhand wisten we min of meer welk werkstuk we moesten maken en dus werd het deze warme zomer oefenen, oefenen en nog eens oefenen.”

Vlammetje

Brenda Vermeiren volgde op het PITO de afdeling lassen en nu is ze er lerares lassen. “Als leerling wist ik al dat het een atypische keuze was. Op het einde van het zesde jaar zaten er maar twee meisjes in de lasafdeling. Maar lassen interesseert me. Mijn vader is een lasser en als kind was ik al gefascineerd door dat vlammetje. Ik was altijd verbaasd om te zien welke constructies mijn vader kon maken met al die buizen.”