Direct naar artikelinhoud
ReportageGasindustrie VS

De zuidkust van Texas wordt vervuild en vergiftigd: ‘Ik wéét dat Europa gas nodig heeft, maar deze volumes zijn simpelweg verwoestend’

Gregory, een voorstadje van Corpus Christi, ligt ingeklemd tussen snelweg, raffinaderijen en een industriële spoorlijn.Beeld Rory Doyle

Sinds de oorlog in Oekraïne importeert Europa grote hoeveelheden Amerikaans aardgas. De industrie ronkt, en Europa is blij. Maar met raffinaderijen tot aan hun achtertuin, gif uit de kraan, kanker, geboorteafwijkingen en verpauperde gemeenschappen, betalen de inwoners van Corpus Christi uiteindelijk de rekening.

Een grijze rugvin snijdt door de golven. Er verschijnt een tweede, dan een derde. “Dolfijnen”, zegt Patrick Nye (69). “Ze ­komen hier jagen.” De dieren volgen zijn boot die over het schuimende water stuitert. Plotseling slaan ze af, synchroon, richting een fabriek die opdoemt aan de Texaanse oever.

Knallen klinken vanaf de kade, staal op staal, de soundtrack van industrie. De lucht verzuurt. Tegen een decor van buizen, stoom en vlammende schoorstenen verdwijnen de dolfijnen weer onder de oppervlakte.

“Ze zoeken vis”, zegt geoloog Nye, een ernstige blik op zijn gezicht. “Dit water is zo vervuild dat ­vissen geen steek zien. Dolfijnen gebruiken sonar, dat geeft ze een voordeel.” De nadelen zijn groter. “Ik vind ze steeds vaker aangespoeld. Dood, vergiftigd.”

Dichter bij land blijkt de zeelucht verstikkend. Elke ademteug brandt. “Smerig, hè?”, brult Nye ­boven de motor uit. “Lijkt me toch een belangrijk ­besef voor een Europeaan. Hier komt jullie gas vandaan.”

Corpus Christi is de uitlaat van Amerika. Vanuit heel het land eindigen duizenden kilometers aan pijpleiding hier, aan de subtropische zuidkust van Texas, waar dagelijks zeetankers aanmeren voor hun lading aardgas. Bestemming: Europa.

De oorlog in Oekraïne wekte in Europa een ­onstilbare honger naar niet-Russisch gas. De VS hebben dat gat gevuld. Afgelopen jaar werden de VS, voor het eerst in de geschiedenis, ’s werelds grootste aardgasexporteur. Dat record zal dit jaar nog worden verbroken.

De industrie ronkt, Europa is blij. “Het is ons ­gelukt om in slechts achttien maanden de afhankelijkheid van Rusland voor gas af te bouwen”, ­jubelde demissionair Nederlands premier Mark Rutte dit jaar in de ­internationale pers. Maar hier, in Corpus Christi, heeft dat grote gevolgen. En niet slechts voor ­dolfijnen.

Oog van Sauron

De avond valt, maar donker wil het niet worden. Uit de skyline van schoorstenen schieten ­huizenhoge vlammen. De felste, van gasproducent Cheniere, wordt lokaal het ‘Oog van Sauron’ genoemd; naar de kwaadaardige toren uit The Lord of the Rings. De nacht telt hier een veelvoud aan zonnen.

Patrick Nye heeft zijn boot aangemeerd en warmt zich in zijn hardhouten woonkamer met een glas rode wijn. Vanaf de schoorsteen kijkt het fossiel van een zaaghaai op hem neer. Jarenlang speurde Nye als geoloog in de fossiele industrie naar kansrijke plekken om te boren. Hij verdiende een fortuin met, in zijn woorden, “het plaatsen van x’en op de kaart”.

Verborgen in de Amerikaanse bodem – onder de West-Texaanse rotswoestijnen, de moerassen van Louisiana, de bergketens van Appalachia – schuilt een ontzaglijk reservoir aan gas. Slechts Rusland, Iran en Qatar bezitten meer. Met hun voorraad aardgas kunnen de VS nog ruim een eeuw vooruit.

Aardgas is een pijler van de Amerikaanse economie, maar export speelde tot voor kort geen rol. De VS importeerden meer, via pijpleidingen uit Canada, dan ze uitvoerden. Tech­nologische innovaties, zoals het omstreden ‘fracking’, veranderden dat. Het ontsluiten van eigen gas is nu lucratiever dan ooit. Tegelijk groeide de wereldwijde vraag naar lng: aardgas dat in speciale installaties, zoals hier in Corpus Christi, tot vloeibare staat wordt gekoeld.

Dat biedt kansen. Vloeibaar gas kun je immers zonder pijpleiding vervoeren. Met zeetankers is de hele wereld ­binnen handbereik. “Geen gekke propositie,” zegt Patrick Nye, “voor een land met oceaan aan weerszijden.”

Maar toen brak de oorlog uit en verveelvoudigde de export. Nye verruilde de fossiele industrie voor de noodklok. “Ik wéét dat Europa gas nodig heeft,” zegt hij, “maar deze volumes zijn simpelweg verwoestend.” Door zijn achterruit tuurt de geoloog over de Golf van Mexico, waar de meeuwen opnieuw ­bezitnemen van zijn steiger. “Vroeger zwom ik daar elke dag”, zegt hij. “Nu verbiedt ik het mijn kleinkinderen. Mensen worden hier ziek.”

‘Het moreel juiste’

Gas is niet groen. Bij het vloeibaar maken van aardgas komen schadelijke stoffen vrij, waaronder methaan, koolmonoxide en roet. Volgens recent onderzoek van Cornell University is lng in al zijn facetten – fracking, pijplijntransport, koeling, vervoer over zee – zelfs vervuilender dan steenkool.

De Verenigde Staten exporteerden vorig jaar zo’n 89 miljoen ton vloeibaar gas; bijna drie keer meer dan vóór de ­oorlog. Dat was een harde belofte van Joe Biden. De VS zouden hun Europese bondgenoten, afgesloten van de Russische ­toevoer, met hun gas uit de brand helpen. Daarvoor was Biden bereid zijn eigen klimaatambities te offeren. “Dit is het moreel juiste om te doen”, zei de president in een toespraak in 2022.

Dat was twee jaar geleden. Nu menen critici dat Biden is doorgeschoten. Er zijn in Europa geen tekorten meer. Desondanks keurde Biden tientallen nieuwe gasprojecten goed. De Europese vraag blijft groeien, synchroon aan de toenemende opslagcapaciteit. Rond 2028 moet de Amerikaanse export opnieuw zijn verdubbeld.

“Oekraïne, vrijheid, democratie – het zijn stoplappen geworden”, zegt Jenny Espino, werkzaam voor de non-profitorganisatie Texas Campaign for the Environment. “Uiteindelijk gaat het gewoon om geld. En de gevolgen zijn voor onze rekening.”

Gifstoffen

“Ik ben duizelig”, zegt Angela Arevalo (55). “Geef me even.” Met een zucht zijgt ze neer op een klapstoel achter in de keuken van Sarcastic Susies, haar kleurrijke burgertent buiten Corpus Christi. Hoest zwelt op in haar borst als onweer uit de verte. Arevalo blaft in de mouw van haar shirt. “Sorry, sorry, sorry.”

Sarcastic Susies (slogan: ‘Krappy burgers and chili dogs’) ligt aan de rand van het voorstadje Gregory. Dit cluster houten huisjes ligt ingeklemd tussen snelweg, raffinaderijen en een industriële spoorlijn. Daarover denderen onophoudelijk treinstellen, soms wel een kilometer lang, met op de zijkant ‘Inhalation Danger’ geschreven.

Robert Flores zou graag verhuizen. Hij is zelf ­gezond, maar bezorgd. Familieleden kampen met longklachten.Beeld Rory Doyle

Industrie bracht Corpus Christi veel goeds. Bedrijvigheid, restaurants, motels – de binnenstad groeit uit de kluiten. Daar, kilometers verwijderd van de raffinaderijen, blinken de straattegels en zijn de palmbomen behangen met feestverlichting. Dit is de snelst uitdijende haven van Amerika. Zelfs doordeweeks bruisen de cafés, vol dronken werknemers uit de industrie. Maar de lusten en lasten zijn oneerlijk verdeeld.

Het zijn de arme buitenwijken zoals Gregory, waar niet eens alle straten verhard zijn, die leven onder de schoorstenen. Stoom uit de fabrieken hangt als mist boven de huizen. Om de haverklap geldt er een ‘boil water notice’: het advies om kraanwater eerst te koken, omdat er gifstoffen in zijn aangetroffen.

Arevalo haalt een drietal inhalators uit haar tas tevoorschijn. Ze kiest, schudt, zuigt met kracht. Echtgenoot Mike (54) zucht, terwijl hij doorgaat met het schoonkrabben van de grill.

Environmental racism

“Bijna al mijn meldingen betreffen ademnood”, zegt een lokale ambulanceverpleegkundige, die met haar naam niet in de krant mag. “Ik ben de hele nacht bezig. Zuurstof toedienen, wachten, meer kunnen we niet doen.” Ze draait een rondje met haar wijsvinger. “Wij zijn door vlammen omsingeld.”

Rond Corpus Christi komen longaandoeningen, geboorteafwijkingen en bepaalde vormen van kanker bovengemiddeld vaak voor. Het recentste grootschalige gezondheids­onderzoek stamt uit 2016 — toen was de gasproductie nog maar een fractie van nu. Het Texas Health Institute berekende dat de de levensverwachting tussen rijke en arme buurten hier zo’n vijftien jaar ­uiteenloopt.

In Gregory spreken ze van ‘environmental racism’. De meerderheid van de inwoners is latino, zwart of inheems-­Amerikaans. Zij zagen de raffinaderijen optrekken tot aan hun achtertuinen. Daarover krijgen zij geen inspraak. De zeggenschap ligt bij het havenbestuur in Corpus Christi, kilometers verderop. “Beslissingen over onze gezondheid,” zegt activist Jenny Espino, “worden genomen door rijke, witte bestuurders die zelf de gevolgen niet voelen.”

Soms dringt het verleden zich op. Dan beseft Robert ­Flores (65), opeens, hoezeer zijn leefomgeving is veranderd. “Toen ik een kind was, had je hier niets”, zegt hij voor zijn deur in ­Gregory. “Katoenvelden, maïs, een stel paarden. En moet je nu zien.” Boven de kaarsrechte huizenrijen, de gazons vol speelgoed, torent de schoorsteen van Cheniere. De vlam ­wappert. Rook lost op in het heiige grijs van het wolkendek.

Flexibele limieten

Flores trekt een biertje open. In de verte bonken heipalen. “Er is hier ’s nachts bijna meer licht dan overdag”, zegt hij. Op vrije dagen, zoals nu, klust hij aan zijn passieproject: een ­gebutste sportauto. “Ik blijf maar wassen tegenwoordig. De lak raakt steeds besmeurd met van dat fijne, roestkleurige stof.”

Afgelopen jaren overschreed Cheniere in Corpus Christi honderden keren de wettelijke uitstootlimiet, blijkt uit onderzoek van persbureau Reuters. De staat Texas treedt daar nauwelijks tegen op. In plaats van de productie te beknotten, kiezen ze hier liever voor een andere oplossing: het ophogen van de limieten.

Cheniere produceert inmiddels ruim dubbel zoveel gas als bij de opening in 2018. Twee nieuwe terminals, nu in aanbouw, moeten de capaciteit nog eens verdrievoudigen.

Activiste Jenny Espino: 'Beslissingen over onze gezondheid worden genomen door rijke, witte bestuurders die zelf de gevolgen niet voelen.'Beeld Rory Doyle

Protesten van bewoners rond Corpus Christi, de laatste van een paar weken terug, brengen geen verandering. “Ik zou graag verhuizen”, zegt Flores. Hij is zelf ­gezond, zegt hij, maar bezorgd. Familieleden kampen met longklachten. “Zo gemakkelijk kom je hier alleen niet weg.”

Met elke uitbreiding van de raffinaderijen daalt de ­woningprijs. Terwijl de industrie oprukt, verpaupert zo de gemeenschap.

“Wij zijn trots op hoe we Europa kunnen ondersteunen”, zegt de woordvoerder van Cheniere in een reactie. Het gasbedrijf benadrukt dat het de wettelijke limieten in acht neemt. In de buitenwijken Gregory and Portland heeft Cheniere meetstations geplaatst om de lucht­­kwaliteit te monitoren. Die voldoet, volgens de data die zij publiceren, aan de standaard.

De lokale bevolking wordt met een speciaal sms-­systeem gewaarschuwd als de schoorsteun van Cheniere fakkelt. Dan kunnen omwonenden ervoor kiezen hun ramen te sluiten. Maar volgens inwoners werkt dat ­systeem lang niet altijd.

“Kijk zelf maar”, zegt Jenny Espino, nadat ze uit haar auto is gestapt aan de rand van de buitenwijk. “Zie je het Oog van Sauron?” Een metershoge vlam likt langs de schoorsteen. Espino trekt haar telefoon tevoorschijn. “Niets gekregen.”

Sloppy joe

In Washington D.C. lijkt inmiddels iets te verschuiven. President Biden verkondigde dit voorjaar, onder druk van klimaatactivisten en progressieve partijleden, een ­tijdelijke stop op nieuwe lng-vergunningen. “Deze pauze,” zei Biden, “neemt de klimaatcrisis voor wat die is: de ­existentiële bedreiging van onze tijd.” Het huidige exportniveau blijft intussen behouden.

De geest laat zich echter niet zomaar terug in de fles dwingen. Zestien staten spanden een rechtszaak aan tegen de federale overheid. ­Intussen namen Republikeinen in het Huis van Afgevaardigden een ­motie aan die Bidens pauze ongedaan moet maken. “Ontketen de Amerikaanse energie!”, riep voor­zitter Mike Johnson op Fox News.

Klimaatexperts houden hun hart vast. Krijgen de voorgestelde projecten alsnog groen licht, dan groeit de jaarlijkse uitstoot door Amerikaanse lng-export tot zo’n 3,2 miljard ton broeikasgas – ruwweg de totale uitstoot van de ­Europese Unie.

De grill sist. De inhalator doet zijn werk, Angela Arevalo is uit­gehoest. Met haar ellenbogen steunt ze op het roestvrijstalen ­keukenblad. “Mijn nicht haalt mijn medicijnen over de grens”, zegt ze. “In Mexico zijn ze goedkoper.”

Echtgenoot Mike komt aange­lopen met een bord dampende sloppy joe’s, de klassieke Amerikaanse broodjes met gehakt in ­tomatensaus. “Mijn specialiteit”, zegt Mike. “Mijn soulmate”, glimlacht Angela.

Dit is het favoriete voedsel van de werklui op de raffinaderijen, waar de Arevalo’s regelmatig de catering verzorgen. Gisteren bezorgden ze er nog een stuk of zestig. Daarin schuilt de tweeledigheid van de gasexport, zegt Mike. “Goed voor de zaken, slecht voor de gezondheid.”

Ze zijn óók trots, willen ze allebei benadrukken. “Dat wij Europa ­kunnen helpen.” Angela glimlacht wrang. “Maar wij betalen wel een prijs.”