Vlaamse Bouwmeester ergert zich aan 'knutselbeurs': "Batibouw moet mensen in juiste richting sturen"

Wie dacht dat de Vlaming op een zonnige voorjaarsdag wel iets beters te doen had dan tientallen standjes af te lopen voor info over warmtepompen, veranda's of parketvloeren, is duidelijk nog nooit op Batibouw geweest. Het is drummen op de parking, aan de ingang en in de grote hallen. Met 300.000 zijn ze elk jaar, de bouwlustigen op de hoogmis van de baksteen. 

Veel 'Jannekes en Miekes' op de expo, zoals de Vlaamse bouwmeester Leo Van Broeck hen noemt: jonge koppels die net een lap grond hebben gekocht en willen bouwen, of die een huis willen renoveren. Niet zelden moet die woonst drie of vier slaapkamers en een grote tuin hebben en wordt voor de bouw- of opknapwerken de hulp van pa of ma ingeschakeld. 

Marjorie Maes (24) en Mathijs Forrez (27) bijvoorbeeld, die net een alleenstaande woning in Moorsele hebben gekocht en op de 'walk of flame' naar houtkachels speuren. "Wij zoeken vooral informatie over materialen en renovatietechnieken", zegt Mathijs. "De woning is zeker leefbaar, maar zou nog naar onze smaak moeten worden ingericht. Het pand dateert uit 1989 en dat is er wel aan te zien.Gelukkig hebben we handige papa's."

Geen prioriteit

Compleet achterhaald, vindt Van Broeck, die al vaker zijn afschuw uitsprak over die individuele kavels. Marjorie en Mathijs voelen zich niet aangesproken. "Kleiner en duurzamer wonen in de stad? Dat is nu eenmaal niet wat wij willen", zegt Mathijs. "We willen twee of drie kinderen en werken allebei in het onderwijs: we hebben dus veel ruimte nodig. Den buiten was het enige wat budgettair haalbaar was." Marjorie beaamt. "Een warmtepomp of zonnepanelen? Zeer graag, maar dat is nu geen prioriteit." "Iedereen moet dat voor zichzelf uitmaken", besluit Mathijs. "Dat is misschien egoïstisch, maar als het over zulke grote bedragen gaat, mag je wel egoïstisch zijn."

Als het van de Vlaamse Bouwmeester afhangt, zou Batibouw bezoekers veel meer in 'de juiste richting' moeten sturen. De beurs kan volgens hem een verschil maken, net omdat het en masse de 'Jannekes en Miekes' bereikt die hun eerste stappen zetten op de huizenmarkt. "De overheid kan daar wellicht een belangrijke rol in spelen."

Bij Batibouw zelf zijn ze niet onder de indruk. Dat dit niet hun taak is, benadrukt organisator Bart Van Den Kieboom. "We willen gerust een platform creëren, maar het is niet aan ons om mee het beleid te bepalen. Nu, het staat de Vlaamse bouwmeester vrij om hier zelf een aantal vierkante meter af te huren om zijn visie  aan de man te brengen. Maar dan zal hij ook een factuur krijgen."

Gepruts

Ook Carine Cappelle van de Orde van Architecten en Marc Dillen van de Confederatie Bouw zijn het niet eens met Van Broeck.  Volgens hen vinden architecten wel hun gading op de beurs en beseft stilaan iedereen dat 'kleiner wonen' de toekomst is. "Door de schaarste aan ruimte zullen er nu eenmaal steeds minder vrijstaande woningen worden gebouwd", vertelt Dillen in de witte lounge op zijn stand. "Maar de realiteit is dat we nog steeds meer huizen hebben dan appartementen in Vlaanderen. We kunnen niet iedereen doen samenhuizen."

Dillen benadrukt dat er vooral moet worden ingezet op kwalitatieve renovatieprojecten. "Het grote voordeel van Batibouw is dat gezinnen hier tenminste een zicht krijgen op het financiële plaatje. Te vaak wordt daar op bespaard, waardoor je knoeiwerk krijgt. Op die manier gaan we de klimaatdoelstellingen niet halen."  Ook Van Broeck ergert zich aan de zogenaamde 'Dobbit-renovaties'. "We moeten af van dat zelf prutsen. Ik heb al huizen gezien waaraan voor 200.000 euro 'schade' is toegebracht, net omdat men heeft bespaard op een architect."

Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V) vindt niet dat Batibouw een andere koers moet varen. "Het is een beurs van de sector zelf. Bovendien staat ze in het teken van het nieuwe wonen en nieuwe bouwen, volgens de principes van het beleidsplan Ruimte Vlaanderen. De boodschap van de overheid is dus goed doorgedrongen."